ECLI:NL:RBNHO:2025:12098
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Huurtoeslag en medebewoners: beoordeling van inkomen van kinderen
In deze zaak heeft de rechtbank Noord-Holland op 27 augustus 2025 uitspraak gedaan over de huurtoeslag van eiser, die in geschil is vanwege de inkomsten van twee van zijn kinderen. Eiser ontving een huurtoeslag, maar de Dienst Toeslagen had het inkomen van zijn kinderen, die tijdelijk op zijn adres stonden ingeschreven, meegeteld bij de berekening van de huurtoeslag. Eiser betwistte dit en stelde dat zijn kinderen nooit daadwerkelijk op zijn adres hebben gewoond. De rechtbank heeft de kinderen onder ede gehoord en kwam tot de conclusie dat zij feitelijk nooit op het adres van eiser hebben gewoond. De rechtbank oordeelde dat de Dienst Toeslagen ten onrechte het inkomen van de kinderen had meegeteld, wat leidde tot een onterecht vastgesteld gezamenlijk toetsingsinkomen. De rechtbank verklaarde het beroep van eiser gegrond, vernietigde de beslissing op bezwaar en stelde de huurtoeslag voor het jaar 2022 vast op basis van een aangepast gezamenlijk toetsingsinkomen van € 30.511. Tevens werd de Dienst Toeslagen opgedragen het betaalde griffierecht aan eiser te vergoeden.