Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
[verdachte],
officier van justitiedraagt de zaak voor en wijst op de vordering van de benadeelde partij.
De verdachte verklaart in reactie op de verdenking het volgende.
voorzitterhoudt het NFI Rapport ‘Onderzoek naar biologische sporen en DNA-onderzoek’ van 1 september 2023 op pagina 43 van het dossier voor. De voorzitter deelt mede dat daaruit blijkt dat er aanwijzingen zijn voor de aanwezigheid van DNA van de verdachte in bepaalde bemonsteringen. In twee bemonsteringen van de binnenste schaamlippen, te weten ZAAE4191NL#06 en #12, is bij autosomaal DNA-onderzoek een DNA-mengprofiel aangetroffen. Er is ten aanzien van deze bemonsteringen tevens Y-chromosomaal DNA-onderzoek verricht. Uit het rapport volgt dat bij dit Y-chromosomaal onderzoek in de voornoemde bemonsteringen DNA-materiaal is aangetroffen van minimaal twee mannen, en dat de verdachte één van de donoren van dit DNA-spoor kan zijn. Destijds beschikte het NFI niet over een gevalideerde methode voor het bepalen van de bewijskracht van een overeenkomst met een Y-chromosomaal DNA-mengprofiel. De voorzitter deelt mede dat het de rechtbank zeer recent ambtshalve bekend is geworden dat het – onder bepaalde voorwaarden – sinds kort wel mogelijk is om in dergelijke gevallen een bewijskracht te berekenen. Om die reden verneemt de rechtbank graag of de officier van justitie dan wel de verdediging aanleiding ziet om het NFI te vragen alsnog de bewijskracht van voornoemde onderzoeksresultaten te bepalen.
officier van justitiegeeft aan tijd nodig te hebben voor het innemen van een standpunt en vraagt om een korte schorsing.
raadsmangeeft in een eerste reactie aan dat de verdediging geen behoefte heeft aan nader onderzoek. Het onderzoek op de zitting voortzetten heeft dan ook de voorkeur van de verdediging, maar niet als de rechtbank nu al voorziet dat dit zal leiden tot een tussenvonnis in plaats van een eindvonnis.
De rechtbank onderbreekt kort het onderzoek ter zitting.
Na hervatting voert de officier van justitie het woord als volgt:
De raadsman voert het woord als volgt:
De officier van justitie reageert als volgt.
De raadsman reageert als volgt:
De officier van justitie reageert als volgt:
De verdachte krijgt gelegenheid tot het laatste woord:
De rechtbank onderbreekt het onderzoek op de zitting voor beraad in raadkamer.
De rechtbank hervat het onderzoek.
voorzitterdeelt mee dat de rechtbank oog heeft voor het belang van, onder andere, de verdachte bij een voortvarende behandeling van deze zaak en de tijd die inmiddels verstreken is sinds het eerste verhoor van de verdachte bij de politie. De rechtbank acht evenwel het belang van de waarheidsvinding dat is gemoeid met een bewijskrachtbepaling van de DNA-sporen door het NFI op dit moment groter dan het belang van een voortvarende behandeling van de zaak. De rechtbank zal het verzoek van de officier van justitie tot aanhouding van de zaak dan ook toewijzen.
De rechtbank beslist :
: 180 minuten);
naar aanleiding van de bevindingen in dat NFI-rapportbinnen drie weken na oplevering ervan door het NFI aan de rechter-commissaris kenbaar moeten maken.