ECLI:NL:RBNHO:2025:12117

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
30 september 2025
Publicatiedatum
21 oktober 2025
Zaaknummer
14/810569-05
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beëindiging van de tbs-maatregel onder voorwaarde van vertrek naar Somalië

In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland op 30 september 2025 uitspraak gedaan over de terbeschikkingstelling (tbs) van de betrokkene, die al ongeveer zestien jaar onder deze maatregel valt. De betrokkene is in 2019 tot ongewenst vreemdeling verklaard, wat betekent dat hij geen rechtmatig verblijf in Nederland heeft en niet in aanmerking komt voor resocialisatie gericht op de Nederlandse samenleving. De rechtbank heeft vastgesteld dat de behandeling van de betrokkene stagneert zonder zicht op uitgebreidere verlofmogelijkheden. De rechtbank heeft op basis van artikel 6:6:10b van het Wetboek van Strafvordering (Sv) besloten de tbs te beëindigen, onder de voorwaarde dat de betrokkene Nederland verlaat en niet terugkeert. De rechtbank heeft de tbs met één jaar verlengd, zodat de praktische voorbereiding van zijn vertrek kan plaatsvinden. De rechtbank heeft ook geconstateerd dat er in Somalië een passende zorgstructuur is getroffen, waar de betrokkene klinisch kan worden opgenomen in de Savannah Higher Clinic in Mogadishu. De betrokkene heeft aangegeven achter deze repatriëring te staan, en de rechtbank concludeert dat de geplande repatriëring een verantwoord vervolgtraject is. De beslissing is genomen in het belang van de veiligheid van de samenleving en de betrokkene zelf.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Team Straf, zittingsplaats Alkmaar
Meervoudige kamer
Parketnummer: 14/810569-05
Uitspraakdatum: 30 september 2025
Beslissing ex artikel 6:6:10 eerste lid, van het Wetboek van Strafvordering (Sv)
op de vorderingen van de officier van justitie tot verlenging van de termijn van de terbeschikkingstelling (hierna: tbs) met één jaar, en tot beëindiging van de tbs onder de voorwaarde dat de vreemdeling niet naar Nederland terugkeert, van:
[betrokkene],
geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats],
nu verblijvende in Centrum voor Transculturele Psychiatrie (CTP) Veldzicht te Balkbrug,
hierna: de betrokkene.

1.De procedure

Bij vonnis van deze rechtbank van 14 november 2006 is aan de betrokkene de tbs-maatregel
met bevel tot verpleging van overheidswege opgelegd wegens – zakelijk weergegeven – verkrachting. Dit vonnis is bij arrest van het gerechtshof Amsterdam van 3 augustus 2007 bevestigd. Bij arrest van de Hoge Raad van 27 januari 2009 is de betrokkene in zijn cassatieberoep tegen voornoemd arrest niet-ontvankelijk verklaard.
De termijn van de tbs ving aan op 5 oktober 2009. De termijn is voor het laatst verlengd bij beslissing van deze rechtbank van 15 oktober 2024 met één jaar.
De vorderingen waar de rechtbank nu over moet beslissen zijn op 15 augustus 2025
bij de rechtbank ingediend.
De rechtbank heeft kennisgenomen van de processtukken, waaronder:
  • een advies als bedoeld in artikel 6:6:12, lid 1, aanhef en onder a Sv, van 22 juli 2025, afkomstig van CTP Veldzicht (hierna: de kliniek) en ondertekend door [deskundige 1], eerste geneeskundige en [deskundige 2], directeur behandeling;
  • aanvullende informatie inzake repatriëring, van 18 september 2025, van [adviseur repatriëring], adviseur repatriëring;
  • een afschrift van de aantekeningen omtrent de lichamelijke en geestelijke gesteldheid van de betrokkene als bedoeld in artikel 6:6:12, lid 1, aanhef en onder b Sv.
Op 30 september 2025 zijn de vorderingen op een openbare terechtzitting besproken. De betrokkene en deskundigen van de kliniek, te weten [behandelaar 1], hoofdbehandelaar, en [behandelaar 2], assistent hoofdbehandelaar, zijn gehoord. Verder waren aanwezig de officier van justitie en de raadsman van de betrokkene, mr. M. Berbee, advocaat te Den Helder. Hiervan is afzonderlijk proces-verbaal opgemaakt.

2.Het advies van de kliniek

In het advies van de kliniek staat onder meer het volgende:
Bij patiënt is sprake van een langdurige en complexe psychiatrische problematiek, bestaande uit schizofrenie, zwakbegaafdheid, stoornissen in het gebruik van cannabis, alcohol en cocaïne (in remissie binnen een gestructureerde setting), en een persoonlijkheidsstoornis met antisociale en narcistische trekken.
Deze stoornissen vormen samen de basis voor het risicoprofiel en het delictgevaar, zoals tot uiting kwam in het indexdelict. Dankzij langdurige TBS-behandeling - met nadruk op externe structuur, toezicht en medicatie - is het toestandsbeeld van patiënt aanzienlijk gestabiliseerd. De schizofrenie is onder controle, patiënt is delictvrij, volgt de dagstructuur en is medicatietrouw. Binnen CTP Veldzicht wordt het risico op gewelddadig gedrag als laag ingeschat. Bij begeleid verlof wordt dit risico als laag tot matig beschouwd. Echter, bij het volledig wegvallen van structuur en zorg - zoals bij zelfstandig functioneren zonder toezicht - wordt het risico op gewelddadig gedrag matig tot hoog ingeschat. Deze inschatting is mede gebaseerd op het geringe behandelrendement in de afgelopen jaren, waarbij patiënt beperkt heeft kunnen profiteren van de aangeboden interventies, en op het feit dat de seksuele problematiek tot op heden nog niet expliciet is behandeld.
Hoewel patiënt zich in het verleden beperkt gemotiveerd toonde, is sinds de afwijzing van de longstaystatus door de LFPZ (augustus 2024) sprake van een duidelijke wending. Patiënt toont meer ziekte-inzicht, werkt mee aan aanvullende delictanalyse en heeft voor het eerst openheid gegeven over de rol van middelengebruik en achterdocht bij zijn delictgedrag. Deze ontwikkeling biedt aanknopingspunten voor voortzetting van zorg buiten het TBS-kader. De ingezette koers is gericht op beëindiging van de TBS onder voorwaarde van repatriëring naar Somalië. In dat kader is een samenwerking tot stand gekomen met de Savannah Higher Clinic in Mogadishu, die bereid is patiënt gedurende circa twee jaar klinisch op te nemen. Patiënt heeft zich bereid verklaard tot vrijwillige opname bij aankomst.
Samenvattend is het gevaarscriterium binnen de huidige setting goed onder controle dankzij langdurige behandeling, structuur en medicatie. Buiten deze beschermde context blijft het risico op ontregeling reëel, vooral bij wegval van toezicht en middelencontrole. Door de inmiddels tot stand gekomen zorgstructuur in Somalië - met langdurige klinische opname, medicatiebeschikbaarheid en lokale begeleiding - ontstaat een reële mogelijkheid om de ingezette stabilisatie voort te zetten in een passende, gesloten setting. De geplande repatriëring wordt daarmee gezien als een verantwoord vervolgtraject, waarbij de noodzakelijke randvoorwaarden voor risicobeheersing kunnen worden gewaarborgd.
Farmacotherapie en het hanteren van een signaleringsplan zijn doorlopend onderdeel van de behandeling. Arbeidstherapie zal worden voortgezet. De begeleide verloven worden voortgezet, waarbij de gepraktiseerde verlofbewegingen worden geëvalueerd, alvorens verdere uitbreiding conform verlofstappenplan plaatsvindt.Patiënt heeft een verlofmachtiging en de verlofbewegingen verlopen naar wens en conform verlofwerkplan. Ook zijn intussen de nodige voorbereidingen voor repatriëring naar het land van herkomst getroffen. Alles overwegend komt de kliniek tot het advies om de tbs met 1 jaar te verlengen en de verpleging te beëindigen onder voorwaarde van vertrek.
Daarnaast heeft [adviseur repatriëring], adviseur repatriëring, bij brief van 18 september 2025 aanvullende informatie verstrekt. In deze brief staat onder meer:
Bij vertrek naar Somalië zal patiënt klinisch worden opgenomen in de Savannah
Higher Clinic in Mogadishu, een psychiatrische instelling waar patiënt intensieve
zorg zal ontvangen onder leiding van [deskundige 3], werkzaam in de genoemde
kliniek. Er is al overleg geweest met [deskundige 3], en in samenwerking met CTP
Veldzicht is het advies gegeven om patiënt langdurig (minimaal twee jaar) op te
nemen, met een geleidelijke opbouw van vrijheden en afbouw van beperkingen,
afhankelijk van de voortgang van de behandeling. De initiële opname zal minimaal twee maanden duren. Gedurende deze periode zal er intensieve zorg worden geboden met als doel de stabilisatie van patiënt. Er is geen vooraf vastgestelde einddatum voor de opname, aangezien de duur afhankelijk is van de voortgang van de behandeling. De kliniek kan besluiten om de zorg voort te zetten, mogelijk levenslang, indien dat nodig blijkt om de stabiliteit van patiënt te waarborgen.
De klinische behandeling richt zich op stabilisatie, integratie en psycho-educatie
voor zowel patiënt als zijn familie, in zijn moedertaal en met aandacht voor
culturele verschillen. De voortgang zal elke twee weken gerapporteerd worden
aan CTP Veldzicht, zodat er zicht blijft op de veiligheid van patiënt en ruimte is
voor overleg. In geval van decompensatie of verslechtering van de toestand van
patiënt, zal onmiddellijk een behandelaar worden benaderd voor verdere
behandeling.
Zowel zijn somatische medicatie als de antipsychotica en slaapmedicatie zijn
verkrijgbaar in Somalië. Vergoedingen voor medicatie in Somalië zijn als volgt
georganiseerd: het eerste jaar wordt medicatie vergoed door de overheid. Na dit
eerste jaar komt de vergoeding voor de medicatie vanuit de verzekering. In geval
van opname in een kliniek wordt de medicatie door de kliniek betaald. De opname
in de Savannah Higher Clinic zal worden gefinancierd door CTP Veldzicht.
Na de klinische opname kan patiënt onderdak vinden bij zijn familie in Mogadishu.
Zijn oom, [oom 1], en neef, [neef] Waays, beiden woonachtig in
Mogadishu, hebben aangegeven bereid te zijn patiënt te ondersteunen bij zijn
resocialisatie en integratie in de Somalische samenleving. Beide familieleden
beschikken over een eigen woning en hebben een goede relatie met patiënt, die
zich reeds meer dan twee jaar in contact bevindt met hen. De betrokkenheid van deze familieleden is essentieel voor het herstel en de maatschappelijke integratie van patiënt. De familieleden hebben het signaleringsplan ontvangen en zijn hierin getraind onder begeleiding van [oom 2] (oom) in Nederland. De familie zal nauw betrokken blijven bij de zorg en ondersteuning van patiënt, en hen helpen zich aan te passen aan het leven in Somalië.
Na de klinische opname blijft patiënt regelmatig in contact met zijn behandelaren
van de kliniek. Er zullen wekelijkse consulten plaatsvinden om de voortgang van
de behandeling te evalueren. Indien patiënt een decompensatie doormaakt, wordt
er onmiddellijk contact opgenomen met een lokale behandelaar in Somalië, die
verder kan ondersteunen.
Beide netwerkleden in Nederland blijven actief betrokken bij patiënts welzijn. Zij ondersteunen patiënt en fungeren als schakel tussen Nederland en Somalië. Dit is van groot belang voor de voortgang van de behandeling en de integratie van patiënt, aangezien zij zowel professionele als familiale steun bieden.
De mogelijkheid voor civielrechtelijke gedwongen opname in geval van acute
decompensatie wordt gewaarborgd door de lokale wetgeving en zorginstellingen
in Somalië. Patiënt zal altijd toegang hebben tot noodzakelijke zorg, en indien
nodig kan hij civielrechtelijk gedwongen opgenomen worden om zijn veiligheid en
welzijn te waarborgen. Lokale autoriteiten en zorginstellingen zijn geïnformeerd
en bereid om in geval van nood in te grijpen. Deze zorg is van staatswege.
Patiënt is niet in het bezit van een reisdocument. Hij heeft een geboorteakte kunnen aanleveren. Met deze geboorteakte moet een poging gedaan worden om via de Somalische ambassade een (tijdelijk) reisdocument of laissez-passer aan te vragen. In het verleden heeft CTP Veldzicht dit met succes weten te bereiken door naast de geboorteakte een handgeschreven brief van familie uit Somalië en een opname verklaring van de Savannah kliniek bij te voegen. Vervolgens was het nodig om patiënt met de immigratiedienst in Somalië te laten bellen om te verklaren dat het daadwerkelijk om een vrijwillige terugkeer gaat. Er heeft zich ook een situatie voorgedaan waarin deze stappen niet gezet konden worden waarop middels een EU-staat gevlogen moest worden. Ook dit zou mogelijk moeten zijn om te organiseren wanneer we naar het verleden kijken. In beide gevallen wil dit zeggen dat het organiseren van reisdocumenten enige tijd in beslag zal nemen.
De deskundigen [behandelaar 1] en [behandelaar 2] hebben bij de behandeling van de vordering ter terechtzitting, namens de kliniek, het advies gehandhaafd en nader toegelicht.

3.Het standpunt van de officier van justitie

De officier van justitie heeft gepersisteerd bij de vordering tot verlenging van de termijn van de tbs met één jaar. Ook heeft de officier van justitie gepersisteerd bij de vordering tot beëindiging van de tbs onder de voorwaarde dat de betrokkene niet naar Nederland terugkeert.

4.Het standpunt van de betrokkene

De betrokkene is het eens met de vorderingen van de officier van justitie. Hij wil graag terug naar Somalië en nooit meer terugkeren naar Europa. Namens de betrokkene heeft de raadsman in het bijzonder naar voren gebracht dat al in 2019 definitief duidelijk was dat de betrokkene geen rechtmatige verblijfsstatus meer in Nederland had. Daardoor is het tbs-traject gestagneerd. Zonder verblijfsstatus zal hij in Nederland nooit met onbegeleid verlof kunnen. Sindsdien is vaak gekeken naar de mogelijkheden voor terugkeer naar Somalië. Nu kan dat op een verantwoorde manier.

5.De beoordeling

De rechtbank stelt vast dat de tbs is opgelegd wegens een misdrijf dat is gericht tegen of gevaar veroorzaakt voor de onaantastbaarheid van het lichaam van een persoon. De tbs is daarom niet in duur beperkt.
De rechtbank is, gelet op de stukken en het verhandelde op de zitting, van oordeel dat:
  • er bij de betrokkene nog steeds sprake is van een gebrekkige ontwikkeling en/of ziekelijke stoornis van de geestvermogens;
  • de veiligheid van anderen dan wel de algemene veiligheid van personen verlenging van de termijn van de tbs van de betrokkene vereist.
De tbs-maatregel van de betrokkene is ongeveer zestien jaar geleden aangevangen. De betrokkene is in Nederland in 2019 tot ongewenst vreemdeling verklaard. Dit betekent dat hij geen rechtmatig verblijf heeft in Nederland en dat hij niet in aanmerking komt voor een op de Nederlandse samenleving gerichte resocialisatie. Op grond van artikel 6:6:10b Sv is het mogelijk de tbs te beëindigen, onder de voorwaarde dat de vreemdeling Nederland verlaat en niet naar Nederland terugkeert.
De rechtbank stelt vast dat uit het advies van de instelling blijkt dat de betrokkene sinds augustus 2024 belangrijke stappen heeft gezet. Hij heeft meer ziekte-inzicht gekregen, meegewerkt aan aanvullende delictanalyse en hij heeft voor het eerst openheid gegeven over de rol van middelengebruik en achterdocht bij zijn delictgedrag. Echter zal hij gelet op zijn illegale status in Nederland niet in aanmerking komen voor meer dan begeleid verlof. Doel van de tbs is het beveiligen van de samenleving waarbij hoort het geleidelijk resocialiseren. Vanwege de status als ongewenst vreemdeling kan dit doel binnen het huidige kader niet worden verwezenlijkt. Zonder zicht op uitgebreidere verlofmogelijkheden om te oefenen met de verworven vaardigheden stagneert de behandeling. De (verdere) resocialisatie lijkt nu op verantwoorde wijze te kunnen worden ingevuld in Somalië. De Savannah Higher Clinic in Mogadishu is bereid de betrokkene klinisch op te nemen. De betrokkene heeft verklaard hier zelf ook achter te staan. Door de inmiddels tot stand gekomen zorgstructuur in Somalië met langdurige klinische opname, medicatiebeschikbaarheid en lokale begeleiding ontstaat een reële mogelijkheid om de ingezette stabilisatie voort te zetten in een passende, gesloten setting. Er is dus in Somalië een passende voorziening getroffen die met voldoende waarborgen is omkleed voor zowel de betrokkene als de maatschappij waarmee het risico op nieuwe (zeden)delicten tot een aanvaardbaar niveau is teruggebracht. De geplande repatriëring wordt daarmee gezien als een verantwoord vervolgtraject.
Gelet op al het vorenstaande is de rechtbank van oordeel dat de tbs met verpleging van overheidswege moet eindigen op grond van het bepaalde in artikel 6:6:10b Sv. Als voorwaarde voor de beëindiging geldt dat de betrokkene Nederland verlaat en niet naar Nederland terugkeert. Omdat de praktische voorbereiding van zijn vertrek nog enige tijd in beslag zal nemen, wordt de tbs met één jaar verlengd en eindigt de maatregel op het moment dat de betrokkene Nederland heeft verlaten. De tbs herleeft van rechtswege indien de betrokkene in Nederland terugkeert.

6.De beslissing

De rechtbank:
Wijst de vordering van de officier van justitie toe en
verlengtde termijn van de terbeschikkingstelling met bevel tot verpleging van overheidswege van
[betrokkene]met
één jaar;
Beëindigt ex. artikel 6:6:10b van het Wetboek van Strafvordering de terbeschikkingstelling met verpleging van overheidswege vanaf het moment en onder de voorwaarde dat de veroordeelde Nederland verlaat en dat hij niet naar Nederland terugkeert.
Samenstelling rechtbank en uitspraakdatum
Deze beslissing is gegeven door
mr. J.M. Jongkind, voorzitter,
mr. S.J. Riem en mr. H. Bakker, rechters,
in tegenwoordigheid van mr. M. Bleijendaal, griffier,
en in het openbaar uitgesproken op 30 september 2025.