ECLI:NL:RBNHO:2025:12587
Rechtbank Noord-Holland
- Bodemzaak
- Rechtspraak.nl
Toetsing van precontractuele informatieplichten en vernietiging van huurprijswijzigingsbeding in huurovereenkomst
In deze bodemzaak, behandeld door de Rechtbank Noord-Holland, heeft de kantonrechter op 29 oktober 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen een B.V. als eisende partij en een gedaagde partij. De zaak betreft de toetsing van precontractuele informatieplichten en de oneerlijkheid van een huurprijswijzigingsbeding in de algemene voorwaarden van de eisende partij. Bij tussenvonnis van 9 juli 2025 is de eisende partij in de gelegenheid gesteld om zich uit te laten over de wijze waarop zij heeft voldaan aan haar informatieplichten en het oordeel over het prijswijzigingsbeding. De eisende partij heeft een akte ingediend, maar de gedaagde partij heeft hierop niet gereageerd. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de eisende partij voldoende heeft aangetoond dat zij aan haar informatieplichten heeft voldaan. Tevens is het prijswijzigingsbeding in de algemene voorwaarden beoordeeld. De kantonrechter oordeelt dat het beding oneerlijk is, omdat het niet duidelijk is hoe de prijswijziging is gebaseerd en geen grond voor wijziging vermeldt. Hierdoor wordt artikel 14.3 van de algemene voorwaarden vernietigd, wat betekent dat alleen de oorspronkelijke huurprijs toewijsbaar is. De vordering tot vergoeding van rente en buitengerechtelijke incassokosten wordt afgewezen, maar de vordering tot betaling van de oorspronkelijke hoofdsom wordt toegewezen, minus deelbetalingen. De gedaagde partij wordt veroordeeld tot ontruiming van de opslagunit en betaling van de toewijsbare hoofdsom, vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten. De kantonrechter heeft de veroordelingen uitvoerbaar bij voorraad verklaard.