Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
uitspraak van de enkelvoudige kamer van 3 november 2025 in de zaak tussen
[eiser] , uit [plaats 1] , eiser,
Samenvatting
Procesverloop
De totstandkoming van het bestreden besluitVoorgeschiedenis
I. Toestemming wordt verleend voor het uitvoeren van werkzaamheden aan het drijvend clubhuis (monteren van raamkozijnen en gevelpanelen). Dit betreft een vergunning zoals bedoeld in de artikelen 5.61 en 5.68 van de Verordening fysieke leefomgeving Zaanstad (VFL).
II. Een ontheffing wordt verleend van het ligplaatsverbod op deze locatie.
III. De vergunning wordt verleend voor bepaalde tijd.
I. overtreding van artikel 5.61 VFL, omdat eiser zonder vergunning ligt.
De dwangsom van € 1.500,- per week dat een overtreding wordt geconstateerd (met een maximum van € 9.000,-) is erop gericht om de overtredingen te laten beëindigen en beëindigd te houden. Eiser kan de verbeuring van een dwangsom voorkomen door zich te houden aan de last en de locatie te verlaten. Eiser heeft tegen het primaire besluit bezwaar gemaakt.
De beoordeling door de rechtbank
Voor eiser is het bovendien onmogelijk om aan de last te voldoen. Eiser is niet in staat om het clubhuis te bereiken, omdat het pand van het bouwbedrijf vanwege het ingestorte dak niet meer betreden mag worden. Voor het wegslepen van het clubhuis is bovendien toestemming van het college noodzakelijk, die niet is verleend. Gelet hierop is sprake van bijzondere omstandigheden om van handhaving af te zien.
Handhavend optreden is alleen onevenredig als er in het concrete geval omstandigheden zijn waaraan een zodanig zwaar gewicht toekomt dat het algemeen belang dat gediend is met handhaving daarvoor moet wijken. Dan is er een bijzonder geval waarin toch van handhavend optreden moet worden afgezien. Een bijzonder geval kan zich bijvoorbeeld voordoen bij concreet zicht op legalisatie, maar ook andere omstandigheden van het concrete geval kunnen leiden tot het oordeel dat er een bijzonder geval is. Andere redenen om van handhavend optreden af te zien kunnen zich bijvoorbeeld voordoen bij een schending van het gelijkheidsbeginsel of het vertrouwensbeginsel. [1]