ECLI:NL:RBNHO:2025:13984
Rechtbank Noord-Holland
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Wraking van rechter in bestuursrechtelijke procedure wegens vermeende partijdigheid
Op 20 november 2025 heeft verzoekster schriftelijk een wrakingsverzoek ingediend tegen mr. I.M. Ludwig, de rechter in de hoofdzaak met zaaknummer HAA 25/4926 BRP. Verzoekster was van mening dat de rechter partijdig was, omdat deze de mondelinge behandeling had verplaatst van 25 november 2025 om 15:15 uur naar 13:00 uur, een tijdstip waarop verzoekster al een andere zitting had. De wrakingskamer heeft op 26 november 2025 uitspraak gedaan en het verzoek tot wraking afgewezen. De wrakingskamer oordeelde dat de beslissing van de rechter om de zitting te verplaatsen een procesbeslissing is die niet kan worden aangevochten via een wrakingsverzoek. De wrakingskamer concludeerde dat er geen objectieve aanwijzingen waren voor partijdigheid van de rechter en dat het verzoek kennelijk ongegrond was. De rechtbank heeft vervolgens bevolen dat het proces in de hoofdzaak wordt voortgezet in de stand waarin het zich bevond ten tijde van het indienen van het verzoek.