ECLI:NL:RBNHO:2025:326

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
15 januari 2025
Publicatiedatum
16 januari 2025
Zaaknummer
11366066 \ CV EXPL 24-3537
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Tussenvonnis inzake consumentenkoop en dwaling met betrekking tot een camper

In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Noord-Holland, heeft de kantonrechter op 15 januari 2025 een tussenvonnis gewezen in een geschil tussen twee eisers en de gedaagde partij, Kombi Kings B.V. De eisers vorderden primair dat de kantonrechter zou verklaren dat zij de koopovereenkomst van een camper bij brief van 21 september 2023 hadden ontbonden. De kantonrechter wees deze vordering af, omdat Kombi Kings op dat moment niet in verzuim verkeerde. De eisers stelden dat de camper non-conform was, omdat deze niet veilig aan het verkeer kon deelnemen. De kantonrechter oordeelde dat de eisers Kombi Kings nooit een redelijke termijn hebben gegeven om de camper te herstellen, wat noodzakelijk is voor ontbinding van de koopovereenkomst volgens artikel 7:22 BW.

Daarnaast vorderden de eisers subsidiair dat de koopovereenkomst vernietigd zou worden op basis van dwaling. De kantonrechter overwoog dat er sprake was van wederzijdse dwaling, omdat beide partijen in mei 2023 ervan uitgingen dat de camper veilig was, terwijl dit in februari 2024 niet het geval bleek te zijn. Het bewijsvermoeden van artikel 7:18a lid 2 BW werd ingeroepen, wat inhoudt dat bij consumentenkoop vermoed wordt dat de zaak bij aflevering niet aan de overeenkomst beantwoordt als de afwijking zich binnen een jaar na aflevering openbaart. De kantonrechter liet Kombi Kings toe tot tegenbewijs om aan te tonen dat de camper bij aflevering wel veilig was.

De kantonrechter hield verdere beslissingen aan en bepaalde dat bewijslevering door middel van het overleggen van stukken uiterlijk op de rolzitting van 29 januari 2025 moet plaatsvinden. Dit vonnis is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknr./rolnr.: 11366066 \ CV EXPL 24-3537
Uitspraakdatum: 15 januari 2025
Tussenvonnis van de kantonrechter in de zaak van:

1.[eiser 1] ,

die woont in [plaats] ,
2.
[eiser 2],
die woont in [plaats] ,
de eisende partijen,
verder te noemen: [eisers] ,
gemachtigde: mr. J.P. Nonnekes,
tegen
KOMBI KINGS B.V.,
die is gevestigd in Enkhuizen,
de gedaagde partij,
verder te noemen: Kombi Kings,
gemachtigde: mr. M. Sliphorst-Dekker.

1.Het verdere procesverloop

1.1.
Deze rechtbank heeft de zaak, in de stand waarin de zaak zich bevond, bij vonnis van 9 oktober 2024 verwezen naar de kantonrechter. Vervolgens heeft de kantonrechter bepaald dat in deze zaak vonnis zal worden gewezen.

2.De verdere beoordeling

Is de koopovereenkomst rechtsgeldig ontbonden?
2.1.
[eisers] vorderen primair dat de kantonrechter voor recht verklaart dat zij de koopovereenkomst bij brief van 21 september 2023 hebben ontbonden. De kantonrechter zal deze vordering afwijzen omdat Kombi Kings op 21 september 2023 niet in verzuim verkeerde. Dit oordeel licht de kantonrechter als volgt toe.
2.2.
[eisers] baseren hun vorderingen op de stelling dat de camper niet aan de overeenkomst beantwoordt (non-conform is) omdat met de camper niet veilig aan het verkeer deelgenomen kan worden. De koper kan de koopovereenkomst in principe pas ontbinden als de zaak niet aan de overeenkomst beantwoordt en de verkoper de zaak niet binnen een redelijke termijn heeft hersteld of herstel onmogelijk is (artikel 7:22 van het Burgerlijk Wetboek (BW)). Daargelaten de vraag of de camper non-conform is, staat vast dat [eisers] Kombi Kings nooit een redelijke termijn hebben gegeven om de camper te herstellen, terwijl herstel wel mogelijk was. Volgens [eisers] hoefden zij Kombi Kings die gelegenheid niet te geven omdat Kombi Kings op 23 augustus 2023 zou hebben laten weten dat zij de koopovereenkomst niet zal nakomen. De kantonrechter is het echter met Kombi Kings eens dat dit niet is af te leiden uit de e-mail die Kombi Kings op 23 augustus 2023 naar [eisers] heeft gestuurd (zie 2.13 van het vonnis van de rechtbank van 11 september 2024). De strekking van die e-mail is juist dat Kombi Kings de camper wilde terugnemen en de camper wilde herstellen. Dat Kombi Kings in deze e-mail heeft vermeld: “We gaan de bus niet omtoveren naar een gerestaureerde bus maar veiligheid staat boven aan.” is naar het oordeel van de kantonrechter niet op te vatten als een mededeling dat Kombi Kings de camper niet ‘conform’ wilde maken.
2.3.
Dit betekent dat de primaire en de subsidiaire vorderingen van [eisers] , die te maken hebben met de ontbinding van de koopovereenkomst, niet toewijsbaar zijn.
Dwaling
2.4.
[eisers] vorderen (meer subsidiair) dat de kantonrechter de koopovereenkomst vernietigt. Deze vordering baseren [eisers] op dwaling. [eisers] stellen dat zij bij de totstandkoming van de koopovereenkomst hebben gedwaald, onder meer omdat zij in de veronderstelling verkeerden dat zij een camper geleverd zouden krijgen waarmee zij veilig de weg op konden. Volgens [eisers] bleek dit echter niet het geval.
2.5.
Kombi Kings bestrijdt dat [eisers] hebben gedwaald. Volgens de stellingen van Kombi Kings kunnen [eisers] wat de veiligheid betreft geen onjuiste voorstelling van zaken hebben gehad. Volgens Kombi Kings is de camper namelijk in mei 2023, kort voor de aflevering, door de RDW goedgekeurd. Daaruit blijkt, aldus Kombi Kings, dat de camper wel degelijk veilig was toen deze aan [eisers] werd afgeleverd. Daarover kunnen [eisers] dus niet hebben gedwaald.
2.6.
Niet in geschil is dat [eisers] de camper hebben gekocht om ermee op vakantie te gaan. Vaststaat dat Kombi Kings wist dat de camper was bedoeld om aan het verkeer deel te nemen. Uit de door [eisers] overgelegde brieven van de RDW van 26 en 29 februari 2024 volgt dat per 26 februari 2024 een verbod geldt om met de camper de weg op te rijden vanwege de door de RDW op 1 februari 2024 geconstateerde gebreken. De kantonrechter vindt, gelet op deze stukken van de RDW, dat kan worden vastgesteld dat deelname van de camper in het verkeer op 1 februari 2024 een gevaar voor de verkeersveiligheid opleverde. Dit is ook niet in geschil. Beide partijen zijn er dus van uitgegaan dat de camper in mei 2023 veilig was, terwijl in februari 2024 is komen vast te staan dat dat, in ieder in februari 2024, niet het geval was.
2.7.
De vraag is vervolgens of de camper al bij aflevering niet veilig was om in het verkeer deel te nemen. Het bewijsvermoeden van artikel 7:18a lid 2 BW speelt hierbij een rol. Op grond van deze wetsbepaling wordt bij consumentenkoop vermoed dat de zaak bij aflevering niet aan de overeenkomst beantwoordt als de afwijking zich binnen één jaar na aflevering openbaart. Hieraan is in deze zaak voldaan omdat de afwijking (het vanwege gebreken niet veilig kunnen deelnemen in het verkeer) zich in februari 2024, binnen één jaar na aflevering (26 mei 2023), heeft geopenbaard. Op grond van dit bewijsvermoeden gaat de kantonrechter er dus voorshands van uit dat de camper bij aflevering niet veilig was om in het verkeer deel te nemen. In dat geval is sprake van wederzijdse dwaling, omdat beide partijen er in mei 2023 van uitgingen dat dat wel het geval was. Het bewijsvermoeden kan alleen worden weerlegd als Kombi Kings bewijst dat de camper ten tijde van de aflevering feitelijk wel veilig was, zoals Kombi Kings ook heeft aangevoerd. Daarvoor is, gezien de afkeuring door de RDW vanwege een aantal ernstige gebreken in februari 2024 terwijl van gebruik van enige betekenis van de camper na mei 2024 niet is gebleken, op zichzelf onvoldoende dat de camper in mei 2023 door de RDW is goedgekeurd. De kantonrechter zal Kombi Kings toelaten tot tegenbewijs van de voorshands als juist aan te nemen stelling dat de camper bij aflevering niet veilig was om in het verkeer deel te nemen.
2.8.
De kantonrechter houdt iedere verdere beslissing aan.

3.De beslissing

De kantonrechter:
3.1.
laat Kombi Kings toe tot tegenbewijs als bedoeld onder 2.7 van dit vonnis;
3.2.
bepaalt dat bewijslevering door middel van het overleggen van stukken plaatsvindt vóór of uiterlijk op de rolzitting van
29 januari 2025 te 09:30 uur;
3.3.
wanneer Kombi Kings voor bewijslevering getuigen wil laten horen, moeten uiterlijk op deze rolzitting ook het aantal en de personalia van de getuigen worden opgegeven evenals de verhinderdata van
beidepartijen, de gemachtigden en - voor zover mogelijk - van de getuigen. Daarna zal een tijdstip voor het verhoor worden bepaald;
3.4.
uitstel wordt in beginsel niet verleend. Bij het ontbreken van tijdig bericht van Kombi Kings wordt er van uitgegaan dat zij geen gebruik wenst te maken van de gelegenheid tot bewijslevering.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.M. Auwerda, kantonrechter, bijgestaan door mr. N.M. Bindhammer, griffier, en op bovengenoemde datum in het openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter