In deze zaak heeft de nicht van betrokkene verzocht om de instelling van curatele voor haar tante, waarbij zij zichzelf als curator heeft voorgesteld. De nicht vermoedt dat de kinderen van de overleden partner van de tante misbruik maken van haar situatie. De kantonrechter heeft het verzoek tot ondercuratelestelling afgewezen, omdat de noodzaak voor curatele niet is aangetoond en er geen bewijs is van misbruik door de kinderen. Wel is er een mentorschap ingesteld, waarbij de dochter van de overleden partner als mentor is benoemd, in overeenstemming met de voorkeur van de tante.
De kantonrechter heeft kennisgenomen van het verzoekschrift en de bijlagen, en heeft op 11 maart 2025 een mondelinge behandeling gehouden. Tijdens deze zitting heeft de nicht verklaard dat haar tante, die lijdt aan het syndroom van Korsakov, niet meer in staat is om voor zichzelf te zorgen. De nicht heeft ook aangegeven dat de kinderen van de overleden partner zich als contactpersonen hebben gepresenteerd, waardoor zij geen informatie over haar tante kan verkrijgen.
De dochter van de overleden partner heeft ter zitting verklaard dat zij betrokken is bij de zorg voor betrokkene en dat zij niet vindt dat er een curatele nodig is. Betrokkene zelf heeft aangegeven niet onder curatele gesteld te willen worden, maar wel akkoord te gaan met de instelling van een mentorschap. De kantonrechter heeft geconcludeerd dat de noodzaak voor ondercuratelestelling onvoldoende is aangetoond en dat de belangen van betrokkene adequaat kunnen worden behartigd met een mentorschap. De beslissing is genomen op basis van de relevante wetgeving, waarbij de voorkeur van betrokkene voor de benoeming van een mentor is gerespecteerd.