In deze zaak hebben de passagiers compensatie gevraagd van de vervoerder, Egyptair Airlines Company, voor een vlucht die meer dan drie uur vertraagd was. De vertraging werd door de vervoerder toegeschreven aan buitengewone omstandigheden, namelijk een defect aan de ‘airframe & engine’ en beperkingen opgelegd door de luchtverkeersleiding. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de passagiers met een vertraging van meer dan drie uur op hun eindbestemming zijn aangekomen, wat in beginsel recht geeft op compensatie. De vervoerder kon echter niet aantonen dat de vertraging volledig het gevolg was van buitengewone omstandigheden. De kantonrechter oordeelde dat het defect aan de ‘airframe & engine’ geen buitengewone omstandigheid opleverde, terwijl de vertraging van 13 minuten door luchtverkeersleiding wel als zodanig werd erkend. Omdat niet kon worden vastgesteld of de passagiers hun aansluitende vlucht hadden kunnen halen zonder de buitengewone omstandigheden, werd de vordering tot betaling van de hoofdsom toegewezen. De kantonrechter heeft ook de buitengerechtelijke incassokosten en de wettelijke rente toegewezen, en de vervoerder werd veroordeeld in de proceskosten. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard.