Uitspraak
RECHTBANK Noord-Holland
1.De procedure
- de conclusie van antwoord in incident (exceptie van nietigheid dagvaarding).
2.De beoordeling in het incident
3.De beslissing
18 juni 2025voor conclusie van antwoord in voorwaardelijke reconventie,
Rechtbank Noord-Holland
Op 7 mei 2025 heeft de Rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Alkmaar, uitspraak gedaan in een incident betreffende de exceptie van nietigheid van de dagvaarding. De zaak betreft een geschil tussen de Vereniging van Eigenaren (VvE) en Vol Bouwprojecten B.V. De VvE, vertegenwoordigd door advocaat mr. M.A. Pool, heeft de dagvaarding ingediend, terwijl Vol Bouwprojecten, vertegenwoordigd door advocaten mr. W.S. van Dijk en mr. S.F.T.C. van Veen, de nietigheid van de dagvaarding heeft ingeroepen. Vol Bouwprojecten stelt dat de dagvaarding niet voldoet aan de eisen van artikel 111 lid 2 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering, omdat deze aanzeggingen bevat die alleen van toepassing zijn bij meerdere gedaagden. De VvE betwist deze claim en vraagt om afwijzing van de vordering van Vol Bouwprojecten, met veroordeling in de proceskosten.
De rechtbank heeft geoordeeld dat de dagvaarding niet nietig is. De rechtbank concludeert dat de dagvaarding alle vereiste gegevens bevat voor een enkele gedaagde en dat de extra aanzeggingen die betrekking hebben op meerdere gedaagden niet fout of gebrekkig zijn, aangezien deze niet van toepassing zijn in deze situatie. De rechtbank heeft Vol Bouwprojecten in het ongelijk gesteld en veroordeeld tot betaling van de proceskosten, die zijn begroot op € 792,00, inclusief wettelijke rente vanaf de vijftiende dag na het vonnis. De zaak zal op 18 juni 2025 weer op de rol komen voor conclusie van antwoord in de voorwaardelijke reconventie, waarbij verdere beslissingen zijn aangehouden.