ECLI:NL:RBNHO:2025:5173

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
12 mei 2025
Publicatiedatum
12 mei 2025
Zaaknummer
11480737 BZ VERZ 25-61
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Klacht tegen voormalig bewindvoerder over toerekenbare tekortkomingen en schadevergoeding

In deze zaak hebben de bewindvoerder D. de Roode en de mentor M. IJzerman een klacht ingediend tegen de voormalig bewindvoerder Budgetondersteuning Nederland B.V. (BON) vanwege onterechte betalingen en tekortkomingen in de zorg van een goed bewindvoerder. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de voormalig bewindvoerder toerekenbaar tekort is geschoten in zijn verantwoordelijkheden, wat heeft geleid tot schade voor de betrokkene. De bewindvoerder en de mentor hebben verschillende onterechte uitgaven geclaimd, waaronder kosten voor een hondenverzekering, internetabonnement, en andere onnodige uitgaven. De kantonrechter heeft de schade vastgesteld op een totaalbedrag van € 5.108,00, dat BON aan de betrokkene moet vergoeden. De uitspraak benadrukt de verplichtingen van een bewindvoerder om zorgvuldig om te gaan met het vermogen van de betrokkene en de aansprakelijkheid bij tekortkomingen. De beslissing is openbaar uitgesproken op 12 mei 2025.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknummer: 11480737 BZ VERZ 25-61 sc
Uitspraakdatum: 12 mei 2025
BM nummer: 49887
Beschikking op een klacht tegen de voormalig bewindvoerder
in de zaak van:
D. de Roode h.o.d.n. Profez de Roode,
gevestigd te Oldenzaal,
hierna ook te noemen: bewindvoerder
en
M. IJzerman, h.o.d.n. Buitengewone Mentor,
gevestigd te Noordwijkerhout,
hierna ook te noemen: mentor,
in het bewind van:
[betrokkene],
geboren te [geboorteplaats] op [geboortedatum],
van wie het adres bekend is bij deze rechtbank,
hierna ook te noemen: [betrokkene],
tegen:
Budgetondersteuning Nederland B.V.,
gevestigd te Zaandam,
hierna ook te noemen: BON.

1.procedure

1.1.
De kantonrechter heeft kennisgenomen van:
  • de klacht van de bewindvoerder en de mentor, ter griffie ingekomen op
  • het verzoek van de bewindvoerder en de mentor voor de toekenning van extra uren, ter griffie ingekomen op 27 december 2024;
  • de reactie op de klacht van BON, ter griffie ingekomen op 28 februari 2025;
  • de mail van 18 maart 2025 van de bewindvoerder;
  • de mail van 18 maart 2025 van de mentor.
1.2.
De zaak is behandeld op de terechtzitting van 24 maart 2025. De griffier heeft
aantekeningen gemaakt van hetgeen ter zitting is besproken.

2.uitgangspunten

2.1.
Bij beschikking van 26 november 2012 is een bewind ingesteld over de goederen die (zullen) toebehoren aan [betrokkene] op grond van haar geestelijke toestand, met benoeming van (de voorganger van) BON tot bewindvoerder.
2.2.
Bij beschikking van 25 juli 2023 is een mentorschap ingesteld ten behoeve van [betrokkene];
2.3.
bij beschikking van 22 januari 2024 is M. IJzerman benoemd tot opvolgend mentor;
2.4.
bij beschikking van 6 augustus 2024 is BON ontslagen en is De Roode benoemd tot bewindvoerder.

3.de standpunten van partijen

3.1.
De bewindvoerder en de mentor hebben na de overname van het dossier veel onregelmatigheden en onduidelijkheden geconstateerd. Namens [betrokkene] hebben zij BON benaderd voor opheldering maar geen reactie gekregen. Ook hebben zij een brief aan de klachtencommissie van BON gestuurd, maar geen antwoord gekregen. BON heeft geen overdracht gedaan naar de bewindvoerder en er is ook geen eindrekening en verantwoording overgelegd. Gebleken is dat [betrokkene] tot september 2024 heeft opgetreden als penningmeester van [stichting] volgens de Kamer van Koophandel (hierna: KvK). BON heeft dit niet onderzocht, noch gestaakt. Het bevreemdt de bewindvoerder en de mentor dat uitschrijving uit de KvK plaatsvond na ontslag van BON. De bewindvoerder en de mentor willen de volgende onnodige uitgaven terugvorderen bij BON:
a de premie voor de hondenverzekering is 8 jaar doorbetaald aan de verzekeringsmaatschappij terwijl de hond al was overleden: € 6.621,12;
b de kosten voor internet zijn 1 jaar te lang doorbetaald aan KPN € 1.034,16;
c de kosten voor de rechtsbijstandverzekering verkeersdeelnemer aan [verzekeraar] zijn sinds de opname van [betrokkene] in een verpleeghuis onnodig gemaakt: € 365,04;
d BON heeft in 2023 ten onrechte kosten geïnd voor een eindrekening en verantwoording: € 266,20;
e BON heeft in 2024 de kosten voor een eindrekening en verantwoording dubbel geïnd: € 281,93;
f de kosten voor de mobiele telefoon zijn doorbetaald ondanks meldingen dat [betrokkene] sinds de opname in het verpleeghuis niet kan omgaan met een mobiele telefoon:
€ 60,00;
g opvragen statuten bij de KvK: € 32,40;
Concluderend stellen de bewindvoerder en de mentor dat een schadevergoeding aan [betrokkene]
op zijn plaats is voor niet-terechte betalingen van in totaal € 8.660,85. De bewindvoerder en
de mentor vragen de kantonrechter om BON aansprakelijk te stellen voor de geleden schade.
3.2.
De bewindvoerder en de mentor hebben extra werk gehad aan het uitzoeken van de financiën van [betrokkene] en claimen extra uren. De bewindvoerder claimt 9,69 uren en de mentor claimt 6,55 uren omdat het uitzoekwerk buiten de normale werkzaamheden valt. Een onderbouwing van de extra gemaakte uren is bij de stukken gevoegd.
3.3.
BON, inmiddels overgenomen door Verder Groep, heeft excuses aangeboden voor het feit dat niet is gereageerd op de klacht. Hieronder de reactie van BON per onderdeel:
a BON kan in haar dossier geen informatie terugvinden waaruit blijkt dat [betrokkene] haar in kennis heeft gesteld van het overlijden van haar hond.
De verzekeringsmaatschappij wil vanaf 1 juni 2021 de premie restitueren.
BON wil van de bewindvoerder weten welk bedrag is of wordt gerestitueerd waarna BON een voorstel wil doen voor een vergoeding aan [betrokkene];
b BON erkent dat het haar had moeten opvallen dat het internetabonnement bij KPN ten onrechte heeft doorgelopen en wil de schade aan [betrokkene] vergoeden;
c BON erkent dat het haar had moeten opvallen dat de verzekering bij [verzekeraar] niet meer noodzakelijk was en wil de schade aan [betrokkene] vergoeden;
d BON erkent dat zij in 2023 ten onrechte kosten heeft geïnd voor een eindrekening en verantwoording en wil de schade van € 266,20 aan [betrokkene] vergoeden;
e BON erkent dat zij in 2024 de kosten voor een eindrekening en verantwoording dubbel heeft geïnd en wil de schade van € 281,93 aan [betrokkene] vergoeden;
f BON erkent dat het haar had moeten opvallen dat het abonnement voor de mobiele telefoon niet meer nodig was en wil de schade aan [betrokkene] vergoeden;
g Voor BON bestond destijds geen aanleiding om onderzoek te doen naar een inschrijving in de KvK. BON vraagt zich af of de gemaakte kosten voor het opvragen van de statuten geen normale tot het dossier behoren de kosten betreft. Immers had BON deze kosten ook voor [betrokkene] moeten maken als zij op de hoogte was geweest van een KvK-inschrijving. Om deze reden betwist BON dat sprake is van schade.

4.De beoordeling

4.1.
De bewindvoerder en de mentor klagen over het door BON gevoerde bewind. De bewindvoerder en de mentor verzoeken BON te veroordelen in de schade die [betrokkene] door de tekortkomingen van BON heeft geleden. Volgens de bewindvoerder en de mentor bestaat de geleden schade uit onterechte betalingen en de extra werkzaamheden die zij hebben gehad om het dossier op orde te krijgen.
Algemeen
4.2.
Een bewindvoerder dient zorg te dragen voor een zorgvuldig beheer van het vermogen van betrokkene. Bij handelingen die de bewindvoerder namens betrokkene verricht dient altijd het belang van betrokkene en zijn vermogen voorop te staan.
4.3.
Ingevolge artikel 1:444 BW is een bewindvoerder jegens de betrokkene aansprakelijk, indien hij in de zorg van een goed bewindvoerder tekort schiet, tenzij de tekortkoming hem niet kan worden toegerekend.
4.4.
Op grond van artikel 1:362 BW (dat ingevolge artikel 1:445 lid 5 BW van overeenkomstige toepassing is bij bewind) kan de kantonrechter de schade vaststellen, die de betrokkene door slecht bewind van de voormalige bewindvoerder heeft geleden en de voormalige bewindvoerder tot vergoeding daarvan veroordelen.
De vorderingen
4.5.
Met betrekking tot de klachten van de bewindvoerder en de mentor uiteengezet bij 3.1. onder b t/m f, is de kantonrechter van oordeel dat de bewindvoerder en de mentor concreet en onderbouwd hebben aangegeven dat er op deze punten schade is geleden. BON heeft deze vorderingen niet betwist. De volgende bedragen liggen voor toewijzing gereed:
internetabonnement bij KPN € 1.034,00;
rechtsbijstandverzekering verkeersdeelnemer bij [verzekeraar] € 365,00;
eindrekening en verantwoording BON 2023 € 266,00;
eindrekening en verantwoording BON 2024 € 281,00;
abonnement voor de mobiele telefoon € 60,00.
4.6.
Met betrekking tot de klacht van de bewindvoerder en de mentor over de hondenverzekering, uiteengezet bij 3.1. onder a, is de kantonrechter van oordeel dat de bewindvoerder en de mentor concreet en onderbouwd hebben aangegeven dat er op dit punt schade is geleden. BON heeft de hoogte van de vordering betwist. Ten tijde van de mondelinge behandeling is duidelijk geworden dat de verzekeringsmaatschappij € 2.394,76 heeft gerestitueerd aan de bewindvoerder. In overleg met partijen heeft de kantonrechter
de geleden schade vastgesteld op € 1.812,00.
4.7.
Met betrekking tot de klacht van de bewindvoerder en de mentor over de kosten voor het opvragen van de statuten bij de KvK, uiteengezet bij 3.1. onder g, is de kantonrechter van oordeel dat de bewindvoerder en de mentor concreet en onderbouwd hebben aangegeven dat er op dit punt schade is geleden. BON heeft de vordering betwist. Ten tijde van de mondelinge behandeling is duidelijk geworden dat de bewindvoerder een uitgebreider en dus duurder uittreksel nodig had dan waar in eerste instantie door BON had kunnen worden volstaan met een minder uitgebreid en dus goedkoper uittreksel van € 10,00. In overleg met partijen heeft de kantonrechter de geleden schade vastgesteld op € 22,00.
4.8.
Met betrekking tot de door de bewindvoerder en de mentor geclaimde extra uren, uiteengezet bij 3.2., heeft BON ten tijde van de mondelinge behandeling erkend dat het redelijk is dat hiervoor een vergoeding wordt gevraagd en dat de twee urenstaten niet onredelijk zijn. De kantonrechter is van oordeel dat dit aan te merken is als schade, want [betrokkene] heeft dit moeten betalen. Rekeninghoudend met een uurtarief van € 93,90 inclusief btw heeft de kantonrechter de geleden schade vastgesteld op € 1.268,00.
4.9.
De kantonrechter is van oordeel dat BON tekort is geschoten in de zorg van een goed bewindvoerder. De onterechte betalingen en de extra werkzaamheden die de bewindvoerder en de mentor hebben verricht om het dossier op orde te krijgen, zijn aan te merken als schade. BON dient de genoemde bedragen aan [betrokkene] als schadevergoeding te voldoen. Het verzoek om schadevergoeding zal dan ook worden toegewezen.
4.10.
De slotsom is dat BON zal worden veroordeeld tot betaling van € 5.108,00.

5.beslissing

De kantonrechter:
5.1.
stelt vast dat BON in haar taak als bewindvoerder toerekenbaar is tekortgeschoten;
5.2.
stelt de schade die [betrokkene] hierdoor heeft geleden vast op een bedrag van
€ 5.108,00;
5.3.
veroordeelt BON tot betaling van een bedrag van € 5.108,00;
5.4.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. M.P. de Valk, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op bovengenoemde datum in aanwezigheid van de griffier.
De griffier, De kantonrechter,
Tegen deze beschikking kan hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam binnen drie maanden na de dag van deze uitspraak (dit dient te geschieden door een advocaat).