Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
1.Tenlastelegging
4.
9.
2.Voorvragen
3.Beoordeling van het bewijs
4.Kwalificatie en strafbaarheid van de feiten
5.Strafbaarheid van de verdachte
6.Motivering van de sanctie
dertien maandenmoet worden opgelegd. De rechtbank zal echter bepalen dat een gedeelte daarvan, te weten drie maanden, vooralsnog niet ten uitvoer zal worden gelegd en zal daaraan een proeftijd verbinden van twee jaren, zodat de verdachte ervan wordt weerhouden zich voor het einde van die proeftijd opnieuw schuldig te maken aan een strafbaar feit.
7.Vorderingen benadeelde partijen en schadevergoedingsmaatregel
8.Beslissingen omtrent beslag
- 1 STK Hamer (goednummer: PL1100-2023122881-1495354);
- 1 STK Mes (goednummer: PL1100-2023122881-1495355);
- 1 STK Mes (Broodmes) (goednummer: PL1100-2023122881-1495356).
- 1 STK Mes (uitklapbaar mes) (goednummer: PL1100-2023122881-1495355);
- 1 STK Mes (Broodmes) (goednummer: PL1100-2023122881-1495356);
9.Toepasselijke wettelijke voorschriften
10.Beslissing
13 (dertien) maanden;
nietten uitvoer zal worden gelegd en stelt daarbij een proeftijd vast van 2 (twee) jaren;
- ten behoeve van het vaststellen van zijn identiteit medewerking zal verlenen aan het nemen van een of meer vingerafdrukken of een identiteitsbewijs als bedoeld in artikel 1 van de Wet op de identificatieplicht ter inzage aanbiedt;
- medewerking zal verlenen aan het reclasseringstoezicht, bedoeld in artikel 14c, zesde lid, Sr, de medewerking aan huisbezoeken en het zich melden bij de reclassering zo vaak en zolang als de reclassering dit noodzakelijk acht, daaronder begrepen;
[slachtoffer 10]geleden schade tot een bedrag van
€ 300,-, bestaande uit vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 7 juni 2023 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 10], voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting;
[slachtoffer 5]geleden schade tot een bedrag van
€ 200,-, bestaande uit vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 7 juni 2023 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 5], voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting;
[slachtoffer 8]geleden schade tot een bedrag van
€ 300,-, bestaande uit vergoeding voor de immateriële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 7 juni 2023 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 8], voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting;
[slachtoffer 7]geleden schade tot een bedrag van
€ 1.500,-, bestaande uit vergoeding voor de materiële schade, en veroordeelt de verdachte tot betaling van dit bedrag vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 7 juni 2023 tot aan de dag der algehele voldoening, aan [slachtoffer 7], voornoemd, tegen behoorlijk bewijs van kwijting;
- 1 STK Hamer (goednummer: PL1100-2023122881-1495354);
- 1 STK Mes (uitklapbaar mes) (goednummer: PL1100-2023122881-1495355);
- 1 STK Mes (Broodmes) (goednummer: PL1100-2023122881-1495356);