ECLI:NL:RBNHO:2025:5276
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing vordering tot gijzeling in bestuursrechtelijke verkeersboetezaak
In deze zaak vordert de officier van justitie een machtiging om betrokkene in gijzeling te nemen, omdat betrokkene een openstaande boete voor een verkeersovertreding niet heeft betaald. Gijzeling is een vrijheidsbenemend dwangmiddel dat alleen mag worden toegepast als voldoende is aangetoond dat de betrokkene wel kan, maar niet wil betalen. De kantonrechter overweegt dat de officier van justitie in dit geval niet voldoende bewijs heeft geleverd voor betalingsonwil van betrokkene. De kantonrechter wijst de vordering tot gijzeling af, omdat er onvoldoende bewijs is dat betrokkene in staat is om te betalen, maar niet wil betalen. De officier van justitie heeft geprobeerd om betaling te verkrijgen, maar zonder succes. Betrokkene heeft geen beroep ingesteld tegen de opgelegde boetes en is niet verschenen op de zitting. De kantonrechter concludeert dat de vordering van de officier van justitie moet worden afgewezen, ook de subsidiaire vordering om gijzeling onder voorwaarden toe te staan wordt afgewezen.