6.3Oordeel van de rechtbank
Bij de beslissing over de sancties die aan de verdachte moet worden opgelegd, heeft de rechtbank zich laten leiden door de aard en de ernst van het bewezenverklaarde en de omstandigheden waaronder dit is begaan, alsmede de persoon van de verdachte, zoals van een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken.
De ernst van het feit
In het bijzonder heeft de rechtbank het volgende in aanmerking genomen.
De verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een poging tot zware mishandeling. De verdachte is, terwijl hij onder invloed van alcohol verkeerde, in zijn auto gestapt en gaan rijden. Op het moment dat hij een persoon op een fatbike zag, is hij daar bewust op ingereden. De verdachte heeft zijn auto daarbij als wapen ingezet en het slachtoffer frontaal geraakt, waardoor het slachtoffer enkele meters door de lucht is geslingerd en op zijn rug op de grond is gevallen. Met zijn handelen heeft de verdachte inbreuk gemaakt op de lichamelijke integriteit van het toen 14-jarige slachtoffer. De verdachte mag van geluk spreken dat het letsel bij het slachtoffer beperkt is gebleven; het had veel ernstiger kunnen aflopen. Verder neemt de rechtbank het de verdachte kwalijk dat hij zich niet heeft bekommerd om het slachtoffer, maar na de aanrijding direct is weggereden.
De persoon van de verdachte
Met betrekking tot de persoon van de verdachte heeft de rechtbank in het bijzonder gelet op:
- het op naam van de verdachte staand Uittreksel Justitiële Documentatie (strafblad), gedateerd 16 april 2025, waaruit blijkt dat de verdachte terzake van verkeersdelicten is veroordeeld.
- het over de verdachte uitgebrachte voorlichtingsrapport, gedateerd 23 april 2025, van L. de Graaf, als reclasseringswerker verbonden aan GGZ Reclassering Fivoor. Hieruit blijkt het navolgde.
De verdacht is meermaals met justitie in aanraking gekomen vanwege rijden onder invloed. Tijdens de gesprekken met de reclassering bagatelliseert hij zijn alcoholgebruik. De reclassering acht het zorgelijk dat hij wederom onder invloed van alcohol in de auto is gestapt. Het recidiverisico alsmede het risico op letsel wordt momenteel ingeschat als gemiddeld. Om het recidiverisico te verlagen adviseert de reclassering reclasseringstoezicht met onder andere deelname aan de gedragsinterventie Leefstijl 24/7. Op deze manier krijgt de verdachte meer inzicht in zijn alcoholgebruik en delictgedrag.
Bij een veroordeling adviseert de reclassering een (deels) voorwaardelijke straf met de onderstaande bijzondere voorwaarden:
Meldplicht bij reclassering;
Gedragsinterventie middelengebruik;
Ambulante behandeling;
Meewerken aan middelencontrole.
Strafmaat
De strafeis van de officier van justitie is in overeenstemming met de straffen die ten aanzien van dit soort strafbare feiten in vergelijkbare gevallen pleegt te worden opgelegd. Noch in de omstandigheden waaronder het feit is begaan, noch in de persoonlijke omstandigheden van verdachte, vindt de rechtbank aanleiding daarvan af te wijken.
Alles afwegende is de rechtbank van oordeel dat een vrijheidsbenemende straf van na te noemen duur moet worden opgelegd. De rechtbank zal echter bepalen dat een gedeelte daarvan vooralsnog niet ten uitvoer zal worden gelegd en zal daaraan een proeftijd verbinden van twee jaren, opdat de verdachte ervan wordt weerhouden zich voor het einde van die proeftijd schuldig te maken aan een strafbaar feit, met daaraan gekoppeld de bijzondere voorwaarden, zoals door de reclassering zijn geadviseerd.