Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
Stichting Woningbeheer De Vooruitgang
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Zaanstad, op 15 mei 2025 een verstekvonnis uitgesproken in een huurzakenprocedure. De eisende partij, Stichting Woningbeheer De Vooruitgang, heeft de huurder gedagvaard wegens huurachterstand en vordert ontbinding van de huurovereenkomst, ontruiming van de woning en betaling van de huurachterstand tot en met maart 2025, vermeerderd met buitengerechtelijke incassokosten en wettelijke rente. De huurder is niet verschenen in de procedure.
De kantonrechter heeft ambtshalve de Algemene Huurvoorwaarden van de huurovereenkomst getoetst aan de hand van de Richtlijn 93/13/EEG betreffende oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten. De rechter heeft vastgesteld dat de huurovereenkomst onder sociale huur valt en dat de algemene voorwaarden niet oneerlijk zijn ten opzichte van de consument-huurder. De vordering van de verhuurder is toegewezen, omdat de huurachterstand meer dan drie maanden bedraagt, en de ontruimingstermijn is vastgesteld op veertien dagen na betekening van het vonnis.
De kantonrechter heeft de huurder veroordeeld tot betaling van een bedrag van € 2.163,30, vermeerderd met wettelijke rente, en een gebruiksvergoeding van € 608,38 per maand voor iedere maand dat de huurder het gehuurde in gebruik houdt. Daarnaast is de huurder in de proceskosten veroordeeld. Het vonnis is uitvoerbaar bij voorraad verklaard en de vordering voor het overige is afgewezen.