ECLI:NL:RBNHO:2025:6567

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
7 mei 2025
Publicatiedatum
16 juni 2025
Zaaknummer
11433289
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Geschil over de eindstand na beëindiging van de overeenkomst tot levering van gas tussen Qwint B.V. en EMCShop B.V.

In deze bodemzaak, behandeld door de Rechtbank Noord-Holland, is er een geschil ontstaan tussen Qwint B.V. en EMCShop B.V. over de eindstand van een gasleveringsovereenkomst. De overeenkomst, gesloten op 21 december 2020, had een looptijd van drie jaar en betrof de levering van gas door Qwint aan EMCShop. Na beëindiging van de overeenkomst heeft Qwint een eindnota gestuurd aan EMCShop, waarin een bedrag van € 10.258,16 werd gevorderd voor geleverde gas. EMCShop heeft deze eindnota echter niet betaald en betwist de hoogte van het gefactureerde bedrag, stellende dat de beginstand van de gasmeter onjuist is vastgesteld door Qwint.

De procedure begon met een dagvaarding op 28 november 2024, gevolgd door een conclusie van antwoord en een tussenvonnis. Tijdens de zitting heeft de kantonrechter de argumenten van beide partijen gehoord. Qwint vorderde betaling van het openstaande bedrag, terwijl EMCShop in reconventie een schadevergoeding van € 2.000,00 eiste voor de tijd die zij aan de procedure had besteed.

De kantonrechter heeft geoordeeld dat Qwint niet voldoende bewijs heeft geleverd om haar vordering te onderbouwen. De bewijslast lag bij Qwint, en de kantonrechter concludeerde dat de onduidelijkheid over de meterstand voor haar risico kwam. Daarom werd de vordering van Qwint afgewezen en werd zij veroordeeld tot betaling van de proceskosten aan EMCShop. De tegenvordering van EMCShop werd eveneens afgewezen, omdat deze onvoldoende was onderbouwd. Het vonnis werd uitgesproken op 7 mei 2025.

Uitspraak

RECHTBANKNOORD-HOLLAND
Civiel recht
Kantonrechter
Zittingsplaats Haarlem
Zaaknummer: 11433289 \ CV EXPL 24-8547
Vonnis van 7 mei 2025
in de zaak van
de besloten vennootschap
QWINT B.V.,
te Hengelo,
eiseres in conventie,
verweerster in reconventie,
hierna te noemen: Qwint,
gemachtigde: [gemachtigde 1], Armaere Incassospecialisten & Gerechtsdeurwaarders,
tegen
EMCSHOP B.V.,
te Beverwijk,
gedaagde in conventie,
eiseres in reconventie,
hierna te noemen: EMCShop,
verschenen bij [gemachtigde 2].

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 28 november 2024;
- de conclusie van antwoord in conventie, tevens conclusie van eis in reconventie van 11 december 2024;
- het tussenvonnis van 8 januari 2025, waarbij bepaalde mondelinge behandeling is bepaald van 9 april 2025, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
- de conclusie van antwoord in reconventie tevens overleggen producties van Qwint van 28 maart 2025.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Tussen partijen is op 21 december 2020 een overeenkomst voor de duur van 3 jaar gesloten op grond waarvan Qwint gas heeft geleverd aan EMCShop.
2.2.
Op 11 maart 2024 heeft Qwint over de periode van 23 december 2021 tot 26 januari 2023 een eindnota gestuurd, waarin staat dat EMCShop een bedrag van € 10.258,16 moet betalen.
2.3.
Op de bij de eindnota gevoegde “specificatie gas” staat onder andere het volgende vermeld:
(…)
2.4.
EMCShop heeft, ondanks herhaalde sommaties, deze eindnota niet betaald.
2.5.
Op 27 maart 2025 heeft Qwint naar aanleiding van het verweer van EMCShop een interne mail gestuurd, waarin onder andere het volgende is opgenomen:
(…)
“5. Op de foto in de pdf staat een meterstand van meternummer 0021049349, dit is ook het meternummer dat bij ons geregistreerd staat.
De meterstand is 10.269m3, vermoedelijk per 20-7-2020, dit zou betekenen dat de beginstand zo’n 4.000 m3 te laag is.
Maar, dit betekent ook dat de eindstand van de vorige leverancier te laag geweest is.”
(…)

3.Het geschil

3.1.
Qwint vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad, om EMCShop te veroordelen tot betaling van € 2.324,83 aan hoofdsom, € 348,72 aan buitengerechtelijke incassokosten en
€ 45,37 aan vervallen rente, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf datum dagvaarding en de proceskosten.
3.2.
EMCShop voert verweer en vordert bij wijze van tegenvordering dat de kantonrechter Qwint veroordeelt tot betaling van € 2.000,00 voor de door EMCShop aan de onderhavige procedure bestede tijd.
3.3.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover nodig, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
De vordering en de tegenvordering lenen zich voor gezamenlijke behandeling.
4.2.
De vraag die de kantonrechter moet beantwoorden is of EMCShop € 10.258,16, vermeerderd met rente en kosten aan Qwint moet betalen. Qwint heeft aan haar vordering ten grondslag gelegd dat EMCShop tekort is geschoten in de nakoming van de tussen partijen gesloten leveringsovereenkomst, omdat zij niet aan haar betalingsverplichting heeft voldaan. De kantonrechter wijst de vordering van Qwint af en overweegt daartoe als volgt.
4.3.
De kantonrechter stelt voorop dat volgens de in artikel 150 Rv neergelegde hoofdregel voor de bewijslastverdeling de bewijslast in een civiele procedure rust op de partij die daarmee een bepaald rechtsgevolg wil bewerkstelligen, in dit geval Qwint. Die partij zal aldus de feiten die het intreden van het door haar gewenste rechtsgevolg kunnen rechtvaardigen moeten stellen en – bij voldoende betwisting- vervolgens moeten bewijzen.
4.4.
EMCShop heeft het bestaan van de overeenkomst niet betwist. Verder staat vast dat Qwint in de periode van 23 december 2021 tot 26 januari 2023 gas aan EMCShop heeft geleverd, zodat EMCShop in beginsel gehouden is om ook de eindnota over deze periode te betalen. EMCShop heeft echter de hoogte van de eindnota betwist. Zij heeft zich op het standpunt gesteld dat het gefactureerde bedrag niet kan kloppen, omdat het is gebaseerd op een onjuiste beginstand van de meter [1] . Qwint is volgens EMCShop uitgegaan van een beginstand van 6.338 m3, terwijl de stand van de gasmeter op 10 juli 2020 10.269 m3 was. Ter onderbouwing heeft EMCShop heeft een mail van 10 juli 2020 met daarbij een foto van de gasmeter overgelegd, waaruit deze stand blijkt. Volgens EMCShop is Qwint ten onrechte van een berekende beginstand uitgegaan in plaats van de door haar aan de oude gasleverancier doorgegeven eindstand van de gasmeter.
4.5.
Qwint betwist dat EMCShop de foto aan de oude gasleverancier heeft doorgegeven, omdat zij een meterstand van 6.338 m3 van hen heeft doorgekregen. Ter zitting heeft Qwint een schermafdruk uit het systeem van Qwint getoond waaruit dit volgens haar zou blijken. Ook heeft zij verwezen naar de interne mail waarin wordt gesteld dat de oude gasleverancier een te lage stand aan haar heeft doorgegeven. Of de stand is berekend of dat deze, zoals Qwint veronderstelt, door de oude gasleverancier aan haar is doorgegeven, blijkt hier niet uit. Uit de schermafdruk kan enkel worden opgemaakt dat de beginstand op 23 december 2021- een jaar na de totstandkoming van de leveringsovereenkomst - 6.338 m3 was. Ook de interne mail waarnaar wordt verwezen is onvoldoende om aan te nemen dat de oude gasleverancier deze lagere meterstand aan Qwint heeft doorgegeven. Daarbij komt dat op de door Qwint bij de eindnota meegezonden “
specificatie gas” bij de eindstand 6.338C staat aangegeven. Volgens de legenda betekent de toevoeging C dat de herkomst van de meterstand is berekend (zie r.o. 2.3). Gezien de gemotiveerde betwisting van EMCShop had het op de weg van Qwint gelegen om aan te tonen dat 6.338 m3 de meterstand is die de oude gasleverancier van EMCShop aan haar had doorgegeven. Daarin is zij niet geslaagd. Onduidelijk is gebleven of de beginstand van de meter door Qwint is berekend of de lagere meterstand aan haar is doorgegeven door de oude gasleverancier omdat EMCShop de meterstand die staat aangegeven op de foto van 10 juli 2020 niet aan de oude gasleverancier heeft doorgegeven. Gezien de bewijslastverdeling komt deze onduidelijkheid voor risico van Qwint. Dit betekent dat de kantonrechter de vordering van Qwint als onvoldoende onderbouwd afwijst.
4.6.
Qwint is in het ongelijk gesteld en moet daarom de proceskosten van EMCShop betalen. Zowel op 11 december 2024 als op 10 april 2025 is EMCShop naar de rechtbank gekomen om verweer te voeren. Op 6 februari 2023 heeft het Landelijk Overleg Vakinhoud Civiel en Kanton (LOVCK) aanbevolen dat indien een gedaagde die in persoon procedeert op een zitting verschijnt een forfaitair bedrag van € 50,00 aan reis-, verblijf- en verletkosten wordt toegekend. De kantonrechter volgt deze aanbeveling en zal Qwint veroordelen tot het betalen van € 100,00 aan proceskosten van EMCShop.
4.7.
EMCShop heeft in reconventie veroordeling van Qwint gevorderd tot betaling van een bedrag van € 2.000,00. Zij stelt 40 uur te hebben besteed aan een intern onderzoek en rekent daarvoor € 50,00 per uur. Omdat Qwint heeft betwist dit bedrag aan EMCShop verschuldigd te zijn en EMCShop haar vordering niet verder heeft onderbouwd door bijvoorbeeld een berekening van haar schade te overleggen, zal de kantonrechter de vordering als onvoldoende onderbouwd afwijzen. EMCShop zal worden veroordeeld in de proceskosten die aan de kant van Qwint worden vastgesteld op nihil.

5.De beslissing

De kantonrechter
de vordering
5.1.
wijst de vorderingen van Qwint af,
5.2.
veroordeelt Qwint in de proceskosten van € 100,00, te betalen binnen veertien dagen na aanschrijving daartoe, te vermeerderen met de kosten van betekening als Qwint niet tijdig aan de veroordelingen voldoet en het vonnis daarna wordt betekend,
de tegenvordering
5.3.
wijst de vordering van EMCShop af,
5.4.
veroordeelt EMCShop in de proceskosten, die voor Qwint worden vastgesteld op nihil.
de vordering en de tegenvordering
5.5.
verklaart dit vonnis voor zover het de proceskostenveroordeling betreft uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.N. Schipper en in het openbaar uitgesproken op 7 mei 2025.
De griffier De kantonrechter

Voetnoten

1.met meternummer 0021049349