ECLI:NL:RBNHO:2025:7151

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
25 juni 2025
Publicatiedatum
27 juni 2025
Zaaknummer
11167435
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Bodemzaak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verantwoordelijkheid van vervoerder bij vluchtwijzigingen en compensatie voor passagiers

In deze zaak heeft AirHelp Germany GmbH, vertegenwoordigd door mr. D.E. Lof, een vordering ingesteld tegen Xiamen Airlines, vertegenwoordigd door mr. D. Korzec, wegens compensatie voor een vertraagde vlucht. De passagier had een vervoersovereenkomst gesloten voor een reis van Amsterdam naar Bangkok met een overstap in Xiamen. De vervoerder wijzigde het schema van de vlucht, waardoor de passagier met meer dan drie uur vertraging op de eindbestemming aankwam. AirHelp vorderde compensatie op basis van de Europese Verordening (EG) nr. 261/2004, maar de vervoerder betwistte de vordering door te stellen dat hij de passagier tijdig had geïnformeerd over de wijziging.

De kantonrechter oordeelde dat de vervoerder niet voldoende had aangetoond dat de passagier tijdig op de hoogte was gesteld van de wijziging. De enkele mededeling dat een vluchtwijziging gevolgen kan hebben voor een overstap was onvoldoende. De kantonrechter stelde vast dat de verantwoordelijkheid om de passagier te informeren bij de vervoerder ligt. Aangezien de vervoerder geen ander verweer had gevoerd, werd de vordering van AirHelp toegewezen. De vervoerder werd veroordeeld tot betaling van € 600,00 aan compensatie, vermeerderd met wettelijke rente, en de proceskosten. Dit vonnis is uitgesproken door mr. S.N. Schipper op 25 juni 2025.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Insolventie
locatie Haarlem
Zaaknr./rolnr.: 11167435 \ CV EXPL 24-4082
Uitspraakdatum: 25 juni 2025
Vonnis van de kantonrechter in de zaak van:
de vennootschap naar het recht harer vestiging
AirHelp Germany GmbH
gevestigd te Berlijn (Duitsland)
eiseres
hierna te noemen: AirHelp
gemachtigde: mr. D.E. Lof (Lof Legal Services)
tegen
de buitenlandse vennootschap
Xiamen Airlines
gevestigd te Xiamen (China)
gedaagde
hierna te noemen: de vervoerder
gemachtigde: mr. D. Korzec (Liance Law)
De zaak in het kort
AirHelp heeft van de vervoerder (onder meer) compensatie gevraagd voor een meer dan drie uur vertraagde vlucht. De vervoerder voert echter aan dat hij niet gehouden is AirHelp te compenseren, nu er sprake was van een schemawijziging en hij de passagier hier tijdig over heeft geïnformeerd. Het betoog van de vervoerder slaagt niet. De vordering van AirHelp wordt daarom toegewezen.

1.Het procesverloop

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding;
- de conclusie van antwoord;
- de conclusie van repliek;
- de conclusie van dupliek.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
[betrokkene] (hierna: de passagier) heeft een vervoersovereenkomst gesloten op grond waarvan de vervoerder haar moest vervoeren van Amsterdam-Schiphol Airport via Xiamen Gaoqi International Airport (China) naar Bangkok Suvarnabhumi Airport (Thailand) op 3 en 4 januari 2024, met de vluchtcombinatie MF812 en MF833.
2.2.
De vervoerder heeft het schema van vlucht MF812 van Amsterdam naar Xiamen (hierna: de vlucht) gewijzigd. De passagier is met een vertraging van meer dan drie uur aangekomen op de eindbestemming.
2.3.
De passagier heeft haar vermeende vorderingsrecht gecedeerd aan AirHelp.
2.4.
AirHelp heeft daarom compensatie van de vervoerder gevorderd.
2.5.
De vervoerder heeft niet uitbetaald.

3.Het geschil

3.1.
AirHelp vordert dat de vervoerder, bij uitvoerbaar bij voorraad te verklaren vonnis, veroordeeld zal worden tot betaling van:
- € 600,00, vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf de datum van de vlucht tot aan de dag der algehele voldoening;
- de proceskosten, te vermeerderen met wettelijke rente;
- de nakosten.
3.2.
AirHelp baseert haar vordering op de Verordening (EG) nr. 261/2004 (hierna: de Verordening) en de rechtspraak van het Hof van Justitie van de Europese Unie (hierna: het Hof). AirHelp stelt dat de vervoerder haar vanwege de schemawijziging en de vertraging op de eindbestemming moet compenseren met een bedrag van € 600,00. [1]
3.3.
De vervoerder betwist de vordering. Op zijn verweer wordt ingegaan bij de beoordeling.

4.De beoordeling

4.1.
De kantonrechter stelt ambtshalve vast dat hij bevoegd is om van de vordering kennis te nemen.
4.2.
Vast staat dat het reisschema van de passagier is gewijzigd en dat zij daardoor met een vertraging van meer dan drie uur op de eindbestemming is aangekomen. In beginsel moet de vervoerder dan compenseren. Dit is anders als de vervoerder de schemawijziging tijdig aan de passagier heeft medegedeeld. [2]
4.3.
De vervoerder voert aan dat hij de schemawijziging(en) meer dan twee weken van tevoren aan de passagier heeft medegedeeld. Hij verwijst daarbij naar een schermafbeelding van een intern systeem. Hieruit blijkt dat er op 16 december 2023 een e-mail is verstuurd naar het e-mailadres van de passagier, waarin werd meegedeeld dat er een schemawijziging was voor vlucht MF812. Derhalve was het voor de passagier direct duidelijk dat zij haar aansluitende vlucht niet meer zou kunnen halen. Bovendien is de passagier de mogelijkheid geboden om de vlucht te annuleren of te wijzigen, zodat zij op de hoogte was van alternatieve oplossingen, aldus de vervoerder.
4.4.
De kantonrechter is van oordeel dat AirHelp zich terecht op het standpunt heeft gesteld dat de passagier niet tijdig op de hoogte is gesteld van de omboeking op vlucht MF853 een dag later. De verantwoordelijkheid om de passagier te informeren over wijzigingen in het reisschema ligt bij de vervoerder. [3] De enkele mededeling dat een vluchtwijziging gevolgen kan hebben voor een overstap is daartoe echter onvoldoende. Nu de vervoerder voor het overige geen verweer heeft gevoerd, zal de gevorderde hoofdsom worden toegewezen. De over de hoofdsom gevorderde wettelijke rente is als onvoldoende gemotiveerd weersproken toewijsbaar.
4.5.
De vervoerder zal in het ongelijk worden gesteld. Daarom zal hij worden veroordeeld in de kosten van de procedure. Ook de nakosten worden toegewezen, voor zover deze kosten daadwerkelijk door AirHelp worden gemaakt. De gevorderde rente wordt toegewezen vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis.

5.De beslissing

De kantonrechter:
5.1.
veroordeelt de vervoerder tot betaling aan AirHelp van € 600,00, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 3 januari 2024 tot aan de dag van voldoening van dit bedrag;
5.2.
veroordeelt de vervoerder tot betaling van de proceskosten die aan de kant van AirHelp tot en met vandaag worden begroot op de bedragen zoals deze hieronder zijn gespecificeerd:
dagvaarding € 135,97;
griffierecht € 328,00;
salaris gemachtigde € 270,00;
vermeerderd met de wettelijke rente over deze bedragen vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis;
5.3.
veroordeelt de vervoerder tot betaling van € 67,50 aan nakosten, voor zover AirHelp daadwerkelijk nakosten zal maken, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de datum gelegen 14 dagen na betekening van dit vonnis;
5.4.
verklaart dit vonnis uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. S.N. Schipper, kantonrechter, en is uitgesproken op de openbare terechtzitting van bovengenoemde datum in aanwezigheid van de griffier.
De griffier De kantonrechter

Voetnoten

1.Artikel 7 van de Verordening.
2.Artikel 5 lid 1 sub c onder i (analoog).
3.HvJEU 11 mei 2017, C-302/16, ECLI:EU:C:2017:359.