Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
eiseres in het incident,
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak heeft AirHelp Germany GmbH, gevestigd in Berlijn, een vordering ingesteld tegen Delta Air Lines Inc., gevestigd in Wilmington, VS, met betrekking tot een incident van onbevoegdheid. De vervoerder, Delta Air Lines, heeft aangevoerd dat de Nederlandse rechter niet bevoegd is om kennis te nemen van de vordering, omdat het beginpunt van de vluchtcombinatie Hamburg (Duitsland) was. AirHelp heeft niet gereageerd op deze stelling. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de statutaire zetel van de vervoerder in de Verenigde Staten ligt, waardoor deze geen woonplaats in Nederland heeft. Ook is er geen bewijs dat het kantoor van de vervoerder op Schiphol betrokken was bij het vervoer van de passagier. De kantonrechter heeft vervolgens de rechtsmacht van de Nederlandse rechter beoordeeld aan de hand van de Brussel I bis-Verordening en het Nederlandse procesrecht. Aangezien de stelling van de vervoerder dat het beginpunt van de vlucht Hamburg was niet is betwist door AirHelp, heeft de kantonrechter geoordeeld dat de Nederlandse rechter onbevoegd is om van het geschil kennis te nemen. AirHelp is veroordeeld in de kosten van het incident, vastgesteld op € 82,00. Het vonnis is uitgesproken door mr. S. Kleij op 28 mei 2025.