ECLI:NL:RBNHO:2025:7846

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
11 juli 2025
Publicatiedatum
11 juli 2025
Zaaknummer
C/15/348258 / FA RK 24-265
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Voornaamswijziging en inschrijving buitenlandse geboorteakte van verzoeker geboren in China

Op 11 juli 2025 heeft de Rechtbank Noord-Holland, locatie Haarlem, uitspraak gedaan in een zaak betreffende de voornaamswijziging van een verzoeker die geboren is in China. De verzoeker, vertegenwoordigd door advocaat mr. E.P.J. Appelman, heeft verzocht om zijn voornaam te wijzigen vanwege de negatieve connotaties die deze naam met zich meebrengt. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verzoeker in Nederland woont en dat de Nederlandse rechter rechtsmacht heeft op basis van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering. De rechtbank heeft ook vastgesteld dat het Nederlands recht van toepassing is op het verzoek van de verzoeker. De rechtbank heeft de gronden van het verzoek beoordeeld en geconcludeerd dat er een voldoende zwaarwichtig belang is voor de wijziging van de voornaam. De rechtbank heeft besloten om de inschrijving van de buitenlandse geboorteakte van de verzoeker in de registers van de burgerlijke stand van de gemeente Den Haag te gelasten. De beschikking is openbaar uitgesproken en er is een termijn van drie maanden gesteld voor het instellen van hoger beroep.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Familie en Jeugd
Locatie Haarlem
Voornaamswijziging en inschrijving buitenlandse geboorteakte
zaak-/rekestnr.: C/15/348258 / FA RK 24-265
beschikking van de enkelvoudige kamer voor familiezaken van 11 juli 2025
in de zaak van:
[verzoeker] ,
wonende te [plaats] ,
hierna mede te noemen: verzoeker,
advocaat mr. E.P.J. Appelman, kantoorhoudende te Alkmaar,
strekkende tot het wijzigen van de voornaam ‘ [voornaam] ’ in ‘ [voornaam] ’.
De rechtbank merkt als belanghebbende aan:
de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Den Haag,
gevestigd te Den Haag,
hierna mede te noemen: de ambtenaar.

1.Verloop van de procedure

1.1.
Voor het verloop van de procedure verwijst de rechtbank naar de volgende stukken:
- het op 17 januari 2024 ontvangen verzoekschrift met bijlagen van verzoeker;
- de berichten van de advocaat van verzoeker van 11 maart 2024, 28 mei 2024, 7 juni 2024, 11 juni 2024 en 1 november 2024,
- de brieven van de ambtenaar van 3 mei 2024, 14 mei 2024 en 17 juni 2025;
- het e-mailbericht van de ambtenaar van 24 juni 2025.
1.2.
De geagendeerde mondelinge behandeling van de zaak op 2 juli 2025 heeft, met instemming van verzoeker en de ambtenaar, niet plaatsgevonden.

2.Vaststaande feiten

2.1.
Verzoeker is geboren op [geboortedatum] te [plaats] , China.
2.2.
Bij koninklijk besluit van [datum] is verzoeker genaturaliseerd.
2.3.
Verzoeker heeft thans de Nederlandse nationaliteit.

3.Het verzoek

3.1.
Verzoeker heeft verzocht om zijn voornaam ‘ [voornaam] ’ te wijzigen in ‘ [voornaam] .
3.2.
Ter onderbouwing van zijn verzoek heeft verzoeker aangegeven dat hij is geboren in China. Hij heeft daarbij de voornaam ‘ [voornaam] ’ gekregen. Verzoeker ondervindt veel hinder van deze voornaam. Het is een Chinese term die vaak wordt gebruikt om te verwijzen naar China of het Chinese volk en wordt gebruikt in officiële namen zoals de ‘Volksrepubliek China’ en wordt gebruikt als patriottische uitdrukking. Verzoeker acht dit vervelend, mede omdat verzoeker zich niet kan verenigen met de negatieve connotatie van de naam, omdat verzoeker meent dat China niet positief wordt geassocieerd met vrijheid of mensenrechten. Verzoeker heeft al van jongs af aan vervelende ervaringen opgedaan met zijn voornaam. Verzoeker gebruikt in het dagelijks leven de naam ‘ [voornaam] ’ en wil dit formaliseren. De andere verzochten namen vindt verzoeker mooi, zowel als naam als de betekenis ervan en wenst die aan de naam ‘ [voornaam] ’ toe te voegen.

4.Standpunt van de ambtenaar

4.1.
Ten aanzien van het verzoek om een voornaamswijziging refereert de ambtenaar zich aan het oordeel van de rechtbank.
4.2.
Ten aanzien van de benodigde last tot inschrijving van de geboorteakte van verzoeker in de registers van de burgerlijke stand van de gemeente Den Haag, dat, indien het verzoek tot voornaamswijziging wordt toegewezen, hij geen bezwaar heeft tegen een last tot inschrijving van de Chinese geboorteakte van verzoeker in het register van geboorten van de gemeente Den Haag.

5.Beoordeling van het verzoek

internationaal rechterlijke aspecten
5.1.
Nu verzoeker in Nederland woont, heeft de Nederlandse rechter rechtsmacht op grond van artikel 3 aanhef en onder a van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.
5.2.
Ingevolge artikel 10:20 van het Burgerlijk Wetboek (BW) is Nederlands recht op het
verzoek van toepassing.
voornaamswijziging
5.3.
Op grond van artikel 1:4 lid 4 BW kan de rechter wijziging van de voornamen gelasten op verzoek van de betrokken persoon of zijn wettelijk vertegenwoordiger. De gevraagde voornamen mogen volgens artikel 1:4 lid 2 BW niet ongepast zijn of overeenstemmen met bestaande geslachtsnamen, tenzij deze tevens gebruikelijke voornamen zijn.
5.4.
De rechtbank is van oordeel dat met de aangevoerde gronden een voldoende zwaarwichtig belang bestaat om te komen tot de verzochte wijziging van de voornaam van verzoeker. Daarbij is in aanmerking genomen dat verzoeker aannemelijk heeft gemaakt dat zijn voornaam bij hem vervelende associaties oproept en dat hinder ondervindt bij het gebruik van zijn voornaam. Nu voorts naar het oordeel van de rechtbank de verzochte voornamen niet in strijd zijn met de in artikel 1:4 lid 2 BW geformuleerde maatstaven, zal het verzoek op na te melden wijze worden toegewezen.
last tot inschrijving
5.5.
Een voornaamswijziging geschiedt ingevolge artikel 1:4 lid 4 BW doordat van de beschikking een latere vermelding aan de akte van geboorte wordt toegevoegd. In geval van wijziging van de voornamen van een buiten Nederland geboren persoon geeft de rechtbank die de beschikking geeft, voor zoveel nodig ambtshalve hetzij een last tot inschrijving van de akte van geboorte, hetzij de in artikel 1:25c BW bedoelde beschikking.
5.6.
Met betrekking tot verzoeker is geen geboorteakte ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand van de gemeente Den Haag. In het dossier bevinden zich de geboorteakte van verzoeker (birth notarial certificate), afgegeven op [datum] en voorzien van legalisatie, de huwelijksakte van de ouders van verzoeker (Certificate of Marriage notarial certificate), afgegeven op [datum] en voorzien van legalisatie, alsook het Household Register van de ouders van verzoeker (Household Register notarial certificate), afgegeven op [datum] en voorzien van legalisatie. Met de ambtenaar is de rechtbank van oordeel dat met deze stukken de buitenlandse geboorteakte vatbaar is voor inschrijving in het register van geboorten van de gemeente Den Haag. Dit brengt met zich dat de rechtbank (ambtshalve) een last zal geven tot inschrijving van deze geboorteakte in het register van geboorten van de gemeente Den Haag.

6.Beslissing

De rechtbank:
6.1.
gelast de inschrijving in het register van geboorten van de gemeente Den Haag van het birth notarial Certificate, nummer ( [nummer] ) L.S.Z.W.Zi No. [nummer] , afgegeven door notary [notary] , verbonden aan [notary office] Notary Office, Volksrepubliek China, waarvan een fotokopie aan deze beschikking is gehecht;
6.2.
gelast de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Den Haag om de voornaam van verzoeker te wijzigen, in die zin dat deze komen te luiden:
‘ [voornaam] ’.
6.3.
draagt - op grond van artikel 1:20e lid 1 BW - de griffier op niet eerder dan drie maanden na de dag van de uitspraak van deze beschikking -en indien daartegen geen hoger beroep is ingesteld- een afschrift van deze beschikking te zenden aan de ambtenaar van de burgerlijke stand van de gemeente Den Haag.
Deze beschikking is gegeven door mr. M. Flipse, rechter, in tegenwoordigheid van H.M. Zonneveld, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 11 juli 2025.
Tegen deze beschikking kan – voor zover er definitief is beslist – door tussenkomst van een advocaat hoger beroep worden ingesteld bij het gerechtshof te Amsterdam. De verzoekende partij en de verschenen belanghebbenden dienen het hoger beroep binnen de termijn van drie maanden na de dag van de uitspraak in te stellen. Andere belanghebbenden dienen het beroep in te stellen binnen drie maanden na de betekening van deze beschikking of nadat deze hun op andere wijze bekend is geworden.