In deze zaak heeft AirHelp Germany GmbH, vertegenwoordigd door mr. D.E. Lof, een vordering ingesteld tegen Egyptair Airlines Company, vertegenwoordigd door mr. T. Teke, wegens compensatie voor een vertraagde vlucht. De passagier had een vervoersovereenkomst gesloten voor een vlucht van Amsterdam via Caïro naar New Delhi, maar arriveerde met een vertraging van meer dan drie uur op de eindbestemming. De vervoerder voerde aan dat de vertraging het gevolg was van buitengewone omstandigheden, maar de kantonrechter oordeelde dat de vertraging niet volledig te wijten was aan deze omstandigheden. De kantonrechter stelde vast dat de passagier haar vorderingsrecht aan AirHelp had gecedeerd en dat de vervoerder niet had aangetoond dat de vertraging het gevolg was van buitengewone omstandigheden. De vordering van AirHelp werd toegewezen, en de vervoerder werd veroordeeld tot betaling van € 600,00, vermeerderd met wettelijke rente en proceskosten. De kantonrechter oordeelde dat de vervoerder in het ongelijk was gesteld en dat de proceskosten niet gecompenseerd hoefden te worden, aangezien de vervoerder inhoudelijk verweer had gevoerd. Het vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard.