ECLI:NL:RBNHO:2025:7958

Rechtbank Noord-Holland

Datum uitspraak
13 juni 2025
Publicatiedatum
15 juli 2025
Zaaknummer
NL:TZ:0000021102:B001
Instantie
Rechtbank Noord-Holland
Type
Uitspraak
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schadevergoeding door voormalige bewindvoerder wegens tekortkomingen in beheer van rechthebbende

In deze zaak heeft de opvolgend bewindvoerder een klacht ingediend over de eindrekening en verantwoording van de vorige bewindvoerder, Budgetondersteuning Nederland B.V. (BON). De klacht betreft schade die de rechthebbende heeft geleden door onterechte betalingen en misgelopen bijzondere bijstand. De kantonrechter heeft vastgesteld dat de vordering van de bewindvoerder niet is weersproken door BON, die niet op de zitting is verschenen. De kantonrechter heeft de schade vastgesteld op basis van verschillende onderdelen, waaronder onterechte uitgaven voor persoonlijke verzorging en gemiste bijzondere bijstand. De kantonrechter heeft geoordeeld dat BON tekort is geschoten in haar zorgplicht als bewindvoerder en heeft haar veroordeeld tot betaling van een schadevergoeding van € 4.711,02 aan de rechthebbende. De uitspraak is gedaan op 13 juni 2025 en kan binnen drie maanden in hoger beroep worden aangevochten bij het Gerechtshof te Amsterdam.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-HOLLAND

Handel, Kanton en Bewind
locatie Alkmaar
Zaaknummer: NL:TZ:0000021102:B001 sc
Uitspraakdatum: 13 juni 2025
BM nummer: 52475
Beschikking op een klacht tegen de voormalig bewindvoerder
in de zaak van:
Stichting Beheer Privé-gelden Cliënten Prinsenstichting,
gevestigd te Purmerend,
hierna ook te noemen: bewindvoerder
in het bewind van:
[rechthebbende] ,
geboren te [geboorteplaats] , [geboorteland] , op [geboortedatum] ,
van wie het adres bekend is bij deze rechtbank,
hierna ook te noemen: [rechthebbende] ,
tegen:
Budgetondersteuning Nederland B.V.,
gevestigd te Zaandam,
hierna ook te noemen: BON.

1.procedure

1.1.
De kantonrechter heeft kennisgenomen van:
  • de eindrekening en verantwoording van BON, ter griffie ingekomen op
  • het verzoek schadevergoeding van de bewindvoerder, ter griffie ingekomen op
1.2.
De zaak is behandeld op de terechtzitting van 19 februari 2025 en 4 juni 2025. Hoewel behoorlijk opgeroepen is BON, zonder bericht van verhindering, niet verschenen.
De griffier heeft aantekeningen gemaakt van hetgeen ter zitting is besproken.

2.uitgangspunten

2.1.
Bij beschikking van 16 september 2014 is een bewind ingesteld over de goederen die (zullen) toebehoren aan [rechthebbende] op grond van zijn geestelijke of lichamelijke toestand, met benoeming van BON tot bewindvoerder.
2.2.
Bij beschikking van 6 augustus 2024 is BON ontslagen en is de Stichting Beheer Privé-gelden Cliënten Prinsenstichting benoemd tot bewindvoerder.

3.de standpunten van partijen

3.1.
De bewindvoerder is niet akkoord met de door BON ingediende eindrekening en verantwoording. De bewindvoerder heeft na de overname van het dossier enkele onregelmatigheden en onduidelijkheden geconstateerd. De bewindvoerder heeft meerdere malen informatie opgevraagd bij BON maar na enkele herinneringen slechts summiere of verkeerde informatie ontvangen. De bewindvoerder vordert schadevergoeding met betrekking tot de volgende onderdelen:
3.1.1.
op de uitgavenpost persoonlijke verzorging staat € 6.129,25 en dat is € 306,45 per maand. De bewindvoerder vindt dit een buitensporig hoog bedrag en vindt
€ 100,00 per maand meer dan redelijk als het gaat om persoonlijke verzorging en hygiëne. De bewindvoerder vordert terugbetaling van BON van het meerdere van € 4.129,25;
3.1.2.
[rechthebbende] is op 13 mei 2024 verhuisd van gemeente de gemeente Zaanstad naar de gemeente Purmerend. BON heeft geen bijzondere bijstand aangevraagd bij de gemeente Purmerend. [rechthebbende] heeft daardoor tussen 13 mei 2024 en 16 augustus 2024 bijzondere bijstand misgelopen voor de kosten van de bewindvoerder en de mentor. De bewindvoerder vordert terugbetaling van BON van drie maanden mentorschapskosten à € 133,10 en drie maanden bewindvoeringskosten à
€ 133,10, bij elkaar € 798,60;
3.1.3.
[rechthebbende] heeft voor twee inboedel- en aansprakelijkheidsverzekeringen premie betaald. De bewindvoerder heeft beide verzekeringen opgezegd omdat [rechthebbende] als intramurale cliënt onder de collectieve inboedel- en aansprakelijkheidsverzekering voor cliënten van de zorginstelling valt. De bewindvoerder vordert terugbetaling van BON van € 482,74;
3.1.4.
[rechthebbende] betaalde zowel aan Ben als aan Vodafone voor een mobiel abonnement. BON mailde de bewindvoerder dat het abonnement bij Vodafone is opgeheven, maar [rechthebbende] had dit abonnement juist in gebruik. De bewindvoerder heeft het abonnement bij Ben van € 16,00 per maand opgezegd per november 2024. De bewindvoerder vordert terugbetaling van BON van 23 maanden abonnementskosten bij Ben (van 1 januari 2023 tot en met de laatste betaling op 28 november 2024), zijnde een bedrag van € 365,42.
Concluderend stelt de bewindvoerder dat een schadevergoeding aan [rechthebbende] op zijn plaats is
voor niet-terechte betalingen en misgelopen bijzondere bijstand van in totaal € 5.776,01. De
bewindvoerder vraagt de kantonrechter om BON aansprakelijk te stellen voor de geleden
schade.
3.2.
BON, inmiddels overgenomen door Verder Groep, heeft de vordering niet weersproken.

4.De beoordeling

4.1.
De bewindvoerder klaagt over het door BON gevoerde bewind. De bewindvoerder verzoekt BON te veroordelen in de schade die [rechthebbende] door de tekortkomingen van BON heeft geleden. Volgens de bewindvoerder bestaat de geleden schade uit onterechte betalingen en misgelopen bijzondere bijstand.
Algemeen
4.2.
Een bewindvoerder dient zorg te dragen voor een zorgvuldig beheer van het vermogen van betrokkene. Bij handelingen die de bewindvoerder namens betrokkene verricht dient altijd het belang van betrokkene en zijn vermogen voorop te staan.
4.3.
Ingevolge artikel 1:444 BW is een bewindvoerder jegens de betrokkene aansprakelijk, indien hij in de zorg van een goed bewindvoerder tekort schiet, tenzij de tekortkoming hem niet kan worden toegerekend.
4.4.
Op grond van artikel 1:362 BW (dat ingevolge artikel 1:445 lid 5 BW van overeenkomstige toepassing is bij bewind) kan de kantonrechter de schade vaststellen, die de betrokkene door slecht bewind van de voormalige bewindvoerder heeft geleden en de voormalige bewindvoerder tot vergoeding daarvan veroordelen.
De vorderingen
4.5.
Met betrekking tot de klachten van de bewindvoerder uiteengezet bij 3.1.2, 3.1.3. en 3.1.4., is de kantonrechter van oordeel dat de bewindvoerder concreet en onderbouwd heeft aangegeven dat er op deze punten schade is geleden. BON heeft deze vorderingen niet betwist. De volgende bedragen liggen voor toewijzing gereed:
bijzondere bijstand € 798,60;
premie inboedel- en aansprakelijkheidsverzekeringen € 482,74;
abonnementskosten bij Ben € 365,42.
4.6.
Met betrekking tot de klacht van de bewindvoerder over de uitgavenpost persoonlijke verzorging uiteengezet bij 3.1.1., heeft de bewindvoerder op de zitting toegelicht dat alle cliënten van de Prinsenstichting groepsgeld betalen. Van dit groepsgeld koopt de Prinsenstichting collectief shampoo, doucheschuim, tandpasta en dergelijke in. Bovendien zit [rechthebbende] in een rolstoel, kan zelf niets en moet gewassen worden door het personeel van de Prinsenstichting en dat gebeurt met spullen van de Prinsenstichting. De bewindvoerder vindt het daarom vreemd dat € 300,00 per maand aan verzorgingsproducten wordt uitgegeven. [rechthebbende] is verstandelijk beperkt en net als alle andere cliënten van de Prinsenstichting wil hij altijd meer geld. De bewindvoerder moet daar afspraken over maken en het is de taak van de bewindvoerder om ervoor te zorgen dat [rechthebbende] daar niet onder lijdt, aldus de bewindvoerder.
De kantonrechter is van oordeel dat de bewindvoerder concreet en onderbouwd heeft aangegeven dat er op dit punt schade is geleden. BON heeft de hoogte van de vordering niet betwist. De kantonrechter overweegt dat [rechthebbende] wel € 300,00 per maand heeft gekregen en heeft kunnen besteden. De kantonrechter is van oordeel dat in casu een bedrag van € 150,00 per maand redelijk is voor kosten voor persoonlijke verzorging. Dat komt erop neer dat 50% van € 6.129,25 wordt vergoed en dat de andere 50% schade is, want dat is onnodig uitgegeven en daar had BON [rechthebbende] voor moeten behoeden. De kantonrechter stelt de geleden schade vast op € 3.064,62.
4.7.
De kantonrechter is van oordeel dat BON tekort is geschoten in de zorg van een goed bewindvoerder. De onterechte betalingen en de misgelopen bijzonder bijstand zijn aan te merken als schade. BON dient de genoemde bedragen aan [rechthebbende] als schadevergoeding te voldoen. Het verzoek om schadevergoeding zal dan ook worden toegewezen.
4.8.
De slotsom is dat BON zal worden veroordeeld tot betaling van € 4.711,02.

5.beslissing

De kantonrechter:
5.1.
stelt vast dat BON in haar taak als bewindvoerder toerekenbaar is tekortgeschoten;
5.2.
stelt de schade die [rechthebbende] hierdoor heeft geleden vast op een bedrag van
€ 4.711,02;
5.3.
veroordeelt BON tot betaling van een bedrag van € 4.711,02;
5.4.
wijst af het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. M.P. de Valk, kantonrechter, en in het openbaar uitgesproken op bovengenoemde datum in aanwezigheid van de griffier.
De griffier, De kantonrechter,
Tegen deze beschikking kan hoger beroep worden ingesteld bij het Gerechtshof te Amsterdam binnen drie maanden na de dag van deze uitspraak (dit dient te geschieden door een advocaat).