ECLI:NL:RBNHO:2025:8530
Rechtbank Noord-Holland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Vaststelling omgangsregeling en verklaring voor recht over hoofdverblijfplaats van een minderjarige
In deze zaak heeft de rechtbank Noord-Holland op 25 juli 2025 uitspraak gedaan in een geschil tussen de moeder en de vader van een minderjarige. De moeder, vertegenwoordigd door advocaat mr. E.D. Radenovska, heeft een verzoek ingediend om de hoofdverblijfplaats van de minderjarige bij haar vast te stellen en een omgangsregeling met de vader te creëren. De vader is, ondanks behoorlijke oproeping, niet verschenen op de zitting van 9 juli 2025. De rechtbank heeft vastgesteld dat de ouders en de minderjarige de Bulgaarse nationaliteit bezitten en dat de minderjarige zijn gewone verblijfplaats in Nederland heeft. Hierdoor is de Nederlandse rechter bevoegd om van het verzoek kennis te nemen. De rechtbank heeft de hoofdverblijfplaats van de minderjarige bij de moeder vastgesteld, aangezien zij het gezag over hem uitoefent. Tevens is een omgangsregeling vastgesteld waarbij de minderjarige om de week op zondag van 10.00 uur tot 17.00 uur bij de vader verblijft. De rechtbank heeft de beschikking uitvoerbaar bij voorraad verklaard en het meer of anders verzochte afgewezen. De beschikking is openbaar uitgesproken door rechter J.C.M. Swinkels, tevens kinderrechter, en kan door de partijen worden aangevochten bij het gerechtshof te Amsterdam binnen drie maanden na de uitspraak.