Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
[verzoeker 1] en [verzoeker 2] , uit [woonplaats] , verzoekers
het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Enkhuizen
Stichting Woondiensten Enkhuizenuit Enkhuizen (derde-partij).
Procesverloop
.
Rechtbank Noord-Holland
Op 17 juli 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland, zittingsplaats Alkmaar, uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke zaak. Verzoekers, [verzoeker 1] en [verzoeker 2], hebben bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Enkhuizen, dat op 6 mei 2025 een omgevingsvergunning heeft verleend aan derde-partij, Stichting Woondiensten Enkhuizen, voor het verduurzamen en renoveren van 21 woningen aan de Violenstraat en de Piet Smitstraat in Enkhuizen. De verzoekers vroegen de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening om de werkzaamheden stil te leggen in afwachting van de beslissing op hun bezwaar, om onherstelbare gevolgen te voorkomen.
Tijdens de zitting op 17 juli 2025 heeft de voorzieningenrechter het verzoek behandeld, waarbij de verzoekers, de gemachtigde van het college en vertegenwoordigers van de derde-partij aanwezig waren. Na de zitting heeft de voorzieningenrechter onmiddellijk uitspraak gedaan. De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen, omdat er geen spoedeisend belang meer aanwezig was; de werkzaamheden waren inmiddels volledig afgerond. Hierdoor kon de voorzieningenrechter de werkzaamheden niet meer stilleggen.
De voorzieningenrechter heeft verder opgemerkt dat de derde-partij het risico heeft aanvaard dat de uitgevoerde werkzaamheden ongedaan gemaakt moeten worden, mocht blijken dat de omgevingsvergunning niet verleend had mogen worden. Er was geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken en een afschrift is verzonden aan de betrokken partijen. Tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.