Uitspraak
RECHTBANK NOORD-HOLLAND
[verzoekster] B.V., uit [plaats] , verzoekster
de burgemeester van de gemeente Amsterdam
Inleiding en procesverloop
.Het terras aan de gevel van het café mag wel worden uitgezet.
Rechtbank Noord-Holland
Op 30 juli 2025 heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Holland uitspraak gedaan in een zaak betreffende een verzoek om een voorlopige voorziening. Verzoekster, een besloten vennootschap eigenaar van een café in Amsterdam, had bezwaar gemaakt tegen een besluit van de burgemeester van Amsterdam. Dit besluit verbood verzoekster om haar terras uit te zetten op 2 augustus 2025, tijdens de botenparade van het evenement Pride Amsterdam. De burgemeester had dit besluit genomen op basis van artikel 3.20 van de Algemene Plaatselijke Verordening 2008, waarbij de burgemeester de bevoegdheid heeft om terrassen tijdelijk te laten verwijderen in het belang van crowd-management en openbare orde.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek van verzoekster afgewezen. De rechtbank oordeelde dat het belang van verzoekster om haar terras op te zetten niet opwoog tegen het belang van de burgemeester om een eenduidig beleid te voeren ter waarborging van de openbare orde tijdens het evenement. De rechtbank nam daarbij in overweging dat de politie had geadviseerd om alle terrassen langs de kade of op brugvleugels te verwijderen om het publiek vrij zicht te geven op de boten. De burgemeester had bovendien toegelicht dat vergelijkbare maatregelen waren opgelegd aan andere terrasvergunninghouders langs de route van de botenparade.
De voorzieningenrechter concludeerde dat de burgemeester voldoende aanleiding had om het terrasverbod op te leggen en dat verzoekster haar terras op de genoemde datum niet mocht opzetten. Er werd geen aanleiding gezien voor vergoeding van griffierecht of proceskosten. De uitspraak werd gedaan in aanwezigheid van de griffier en is openbaar uitgesproken.