Uitspraak
RECHTBANK Noord-Holland
1.De procedure
- de dagvaarding met producties 1 t/m 10 in de zaak C/15/368080 / KG ZA 25-503
- de dagvaarding met producties 1 t/m 5 in de zaak C/15/368257 / KG ZA 25-514
2.De feiten
van 4-7 bij de man
Rechtbank Noord-Holland
In deze zaak, behandeld door de Rechtbank Noord-Holland op 22 augustus 2025, zijn de ouders van een vierjarig kind verwikkeld in een geschil over de zorgregeling en de inschrijving van het kind op een basisschool. De man, vertegenwoordigd door advocaat mr. D. Eijpe, vordert nakoming van de zorgregeling die in een eerdere beschikking is vastgesteld, waarin is bepaald dat het kind hoofdverblijf bij hem heeft. De vrouw, vertegenwoordigd door advocaat mr. A.M.C.A. Ippel, weigert uitvoering te geven aan deze beschikking en vordert schorsing van de executie ervan. De voorzieningenrechter wijst de vordering van de vrouw tot schorsing af en verleent de man vervangende toestemming om het kind in te schrijven bij een basisschool en in het BRP-register, evenals voor het aanvragen van een nieuw paspoort. De voorzieningenrechter oordeelt dat de vrouw niet aannemelijk heeft gemaakt dat nakoming van de zorgregeling niet in het belang van het kind zou zijn. De man heeft een spoedeisend belang bij zijn vorderingen, aangezien de schoolperiode aanstaande is en het kind zo snel mogelijk moet worden ingeschreven. De vrouw heeft geen alternatieve scholen voorgesteld en haar bezwaren tegen de schoolkeuze van de man zijn niet onderbouwd. De voorzieningenrechter benadrukt het belang van frequent contact tussen het kind en beide ouders en wijst de vorderingen van de vrouw af, terwijl de man in zijn vorderingen wordt toegewezen.