In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 22 maart 2013 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van zware mishandeling. De verdachte heeft op 24 november 2012 in Leeuwarden een persoon genaamd [slachtoffer] opzettelijk zwaar lichamelijk letsel toegebracht door deze met kracht een trap tegen de linkerknie te geven. De rechtbank heeft gelet op de verklaringen van de verdachte, het slachtoffer en een medeverdachte, alsook op geneeskundige verklaringen die het letsel van het slachtoffer documenteren. Het slachtoffer heeft als gevolg van de mishandeling een breuk van het onderbeensplateau van de linkerknie opgelopen en heeft zes weken niet kunnen lopen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte opzettelijk handelde en de aanmerkelijke kans op zwaar lichamelijk letsel heeft aanvaard.
De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een gevangenisstraf van negen maanden, waarvan drie maanden voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden. De rechtbank heeft ook de vordering van de benadeelde partij [slachtoffer] tot schadevergoeding toegewezen, tot een bedrag van € 2.026,70. De rechtbank heeft de verdachte ook verplicht om zich te houden aan reclasseringstoezicht en behandeling voor alcoholmisbruik. De rechtbank heeft de zaak beoordeeld op basis van de artikelen 14a, 14b, 14c, 14d, 36f, en 302 van het Wetboek van Strafrecht, en heeft geoordeeld dat de verdachte strafbaar is voor het bewezenverklaarde feit.