In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 19 maart 2013 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van het in bezit hebben van een grote hoeveelheid kinderpornografische afbeeldingen en filmfragmenten. De rechtbank heeft vastgesteld dat op 23 maart 2012 in de woning van de verdachte een externe harde schijf in beslag is genomen, waarop 5605 afbeeldingen en 30 films zijn aangetroffen die als kinderpornografisch zijn aangemerkt. De verdachte heeft verklaard dat hij op zijn computer foto’s en filmpjes van naturistische aard heeft bekeken en deze op zijn harde schijf heeft bewaard. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat de verdachte opzettelijk in het bezit was van deze afbeeldingen, ongeacht zijn claim dat hij niet bewust naar kinderpornografisch materiaal zocht.
De rechtbank heeft de tenlastelegging beoordeeld en geconcludeerd dat niet bewezen kon worden dat de verdachte een gewoonte had gemaakt van het in bezit hebben van kinderpornografisch materiaal, omdat niet kon worden aangetoond dat hij deze afbeeldingen gedurende een langere periode in zijn bezit had. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld tot een taakstraf van 210 uren en een gevangenisstraf van 24 weken, waarvan 22 weken voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden zoals een meldingsgebod en een behandelverplichting.
De rechtbank heeft bij de strafoplegging rekening gehouden met de ernst van het feit, de omstandigheden waaronder het is begaan en de persoon van de verdachte. De rechtbank heeft ook het advies van de Reclassering in overweging genomen, dat pleitte voor een voorwaardelijke gevangenisstraf en een behandelverplichting. De rechtbank heeft uiteindelijk besloten om de verdachte een taakstraf op te leggen, naast een voorwaardelijke gevangenisstraf, en heeft de onvoorwaardelijke gevangenisstraf beperkt gehouden, gezien de omstandigheden van de zaak.