Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.De vaststaande feiten
De standpunten van partijen
3.De beoordeling
- verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad;
- ontzegt het meer of anders gevorderde.
Rechtbank Noord-Nederland
In deze zaak vorderde het Zorgkantoor, vertegenwoordigd door GGN gerechtsdeurwaarders, betaling van een bedrag van € 4.930,96 van gedaagde, die een persoonsgebonden budget (PGB) had ontvangen. Het Zorgkantoor stelde dat gedaagde niet de volledige verantwoording had afgelegd over het ontvangen PGB, waardoor een bedrag van € 3.932,58 onterecht was verstrekt. Gedaagde had bezwaar gemaakt tegen de eindafrekening, maar dit bezwaar was ongegrond verklaard door het Zorgkantoor. Gedaagde had ook beroep ingesteld, maar dit was eveneens ongegrond verklaard. De kantonrechter oordeelde dat, gezien de formele rechtskracht van de eindafrekening, gedaagde gehouden was het bedrag terug te betalen. De kantonrechter wees de vordering tot terugbetaling van € 3.932,58 toe, maar wees de vordering tot betaling van rente en buitengerechtelijke incassokosten af, omdat gedaagde had gesteld dat zij geen aanmaningen had ontvangen. Gedaagde werd veroordeeld in de proceskosten. Het vonnis werd uitgesproken op 3 oktober 2013 door mr. J. de Vroome.