ECLI:NL:RBNNE:2013:6968
Rechtbank Noord-Nederland
- Voorlopige voorziening
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening legesaanslag wegens gebrek aan spoedeisend belang
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland op 19 november 2013 uitspraak gedaan op een verzoek om voorlopige voorziening in het kader van een legesaanslag. Verzoekster, een particulier, had een bedrag van € 4.362 aan leges ontvangen van de heffingsambtenaar van de gemeente Westerveld. Na een uitspraak op bezwaar, waarin het bezwaar van verzoekster ongegrond werd verklaard, heeft zij beroep ingesteld. In het kader van dit beroep verzocht verzoekster de voorzieningenrechter om een voorlopige voorziening, omdat zij de leges niet kon betalen zonder de bouw van haar recreatiewoning stil te leggen, wat gevolgen zou hebben voor de verhuurmogelijkheden.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat het verzoek om een voorlopige voorziening uitsluitend was gebaseerd op een financieel belang. Dit belang op zich is volgens vaste jurisprudentie niet voldoende om een voorlopige voorziening te treffen, tenzij er sprake is van een financiële noodsituatie. De voorzieningenrechter concludeerde dat verzoekster niet in een zodanig slechte financiële positie verkeerde dat zij de beroepsprocedure niet kon afwachten. Daarom werd het verzoek om voorlopige voorziening afgewezen.
Daarnaast heeft de voorzieningenrechter verweerder, die niet ter zitting was verschenen, veroordeeld in de proceskosten van verzoekster, vastgesteld op € 46. De voorzieningenrechter oordeelde dat de afwezigheid van verweerder ongepast was, gezien de publieke taak en het feit dat dit de behandeling van de bodemzaak vertraagde. De uitspraak werd openbaar uitgesproken en er stond geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.