ECLI:NL:RBNNE:2013:7888
Rechtbank Noord-Nederland
- Bodemzaak
- Rechtspraak.nl
Onbevoegdheid van de kantonrechter in civiele procedure betreffende erfpacht
In deze civiele procedure, die zich afspeelt in Groningen, heeft de kantonrechter op 12 december 2013 uitspraak gedaan in een zaak tussen eiser en gedaagde, beide vertegenwoordigd door hun advocaten. De zaak betreft een geschil over erfpacht, waarbij de kantonrechter zich onbevoegd verklaarde om van de vorderingen van eiser kennis te nemen. Dit besluit volgde op een comparitie van partijen die op 18 november 2013 had plaatsgevonden, waar de kantonrechter de stellingen van gedaagde over de onduidelijkheid van de dagvaarding niet langer handhaafde. De kantonrechter overwoog dat de vorderingen van eiser, zoals geformuleerd in de dagvaarding, een waarde vertegenwoordigden die hoger was dan de bevoegdheidsgrens van € 40.000, zoals vastgelegd in artikel 93 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). Hierdoor was de kantonrechter niet bevoegd om de zaak te behandelen. De kantonrechter verwees de zaak door naar de rechtbank, waar de verdere procedure zal worden voortgezet. Eiser werd veroordeeld in de kosten van het incident, vastgesteld op € 150,00, te vermeerderen met wettelijke rente. De zaak zal op 8 januari 2014 opnieuw worden behandeld door de rechtbank.