Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.De procedure
- [C] van [A/B] koopt de onroerende zaak te [woonplaats] aan de [Straat + huisnummer];
- de koopsom bedraagt € 310.425,00 exclusief BTW (dit is inclusief het door [C] reeds aan de accountant betaalde bedrag van € 425,00), overdrachtsbelasting en kosten koper;
- levering zo spoedig mogelijk;
- aanbetaling bij levering € 30.000,-;
- de betaling van het restant met door [A/B] aan [C] te verstrekken hypothecaire geldlening;
- voor de hypothecaire geldlening geldt een rente van 4% en aflossing van € 4.000,- per maand;
- er geen financieringsvoorbehoud is overeengekomen;
- er geen voorbehoud ten aanzien van verbouwingen is overeengekomen;
2.De feiten
3.Het standpunt van [A/B]
4.Het standpunt van [C]
5.De beoordeling van het geschil
- Datum 1 april in verband met het sparen voor de aanbetaling; “de huidige huurder hoefde nog niet opgezegd te worden”; 1 mei 2014 was bij wijze van spreken ook prima;
- Navraag bij de Gemeente of de onbebouwde grond wel bebouwd mocht worden?
- [D] zou dit navragen bij de Gemeente.
Ik heb aan tafel niet het idee gehad dat deze opmerkingen “dealbreakers” zouden zijn.
ikdenk(onderstreping voorzieningenrechter)
dat het gestelde in jouw onderstaande e-mail correctis) is naar het oordeel van de voorzieningenrechter evenwel dermate summier, vaag en algemeen, dat daaraan voorshands, in dit geding, geen doorslaggevende betekenis kan en zal worden toegekend.
). Bij toepassing van deze maatstaf dient de rechter overigens terughoudendheid te betrachten.
- vast recht € 3.829,00
- salaris advocaat € 816,00