Uitspraak
UITSPRAAK
[verdachte],
Gang van zaken
Overwegingen
€ 778.511,25
Rechtbank Noord-Nederland
Op 19 november 2014 heeft de Noordelijke Fraudekamer van de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in een ontnemingszaak tegen een veroordeelde die betrokken was bij de frauduleuze exploitatie van 0900-nummers. De rechtbank heeft de veroordeelde de verplichting opgelegd om € 510.420,00 aan de Staat te betalen, ter ontneming van het door haar wederrechtelijk verkregen voordeel. Deze uitspraak volgde op een eerdere veroordeling van de veroordeelde voor oplichting en gewoontewitwassen, waarbij de rechtbank op 23 december 2013 al een vonnis had gewezen. De ontnemingsvordering was ingesteld door de officier van justitie, die het wederrechtelijk verkregen voordeel had geschat op € 1.209.476,00. Tijdens de zittingen op 8 oktober 2014 en eerdere data hebben de raadsman van de veroordeelde en de officier van justitie hun standpunten toegelicht. De rechtbank heeft de vordering beoordeeld aan de hand van de beschikbare bewijsstukken, waaronder een proces-verbaal van de politie en de financiële rapportages van de betrokken bedrijven. De rechtbank concludeerde dat de veroordeelde, samen met haar mededader, de beschikking had over de opbrengsten uit de exploitatie van de 0900-nummers, maar dat niet alle opbrengsten aan haar konden worden toegerekend. Uiteindelijk heeft de rechtbank het bedrag van het wederrechtelijk verkregen voordeel vastgesteld op € 510.420,00, waarbij rekening is gehouden met de gemaakte kosten en de verdeling van de opbrengsten. De verdediging had betoogd dat de veroordeelde niet in staat zou zijn om dit bedrag te betalen, maar de rechtbank oordeelde dat dit een kwestie is voor de executiefase. De rechtbank heeft het meer of anders gevorderde afgewezen en de verplichting tot betaling opgelegd.