ECLI:NL:RBNNE:2014:5742
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- M. Brinksma
- M. Jansen
- T. Kortlang-de Vries
- Rechtspraak.nl
Veroordeling voor opzetheling van een computer met vrijspraak van overige feiten
De rechtbank Noord-Nederland heeft op 18 november 2014 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van meerdere feiten, waaronder opzetheling van een computer. De rechtbank heeft de verdachte veroordeeld voor opzetheling, maar sprak hem vrij van de overige tenlastegelegde feiten, omdat deze niet wettig en overtuigend bewezen konden worden. De verdachte kreeg een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van drie weken opgelegd. De zaak kwam voor de rechtbank na een onderzoek op de terechtzitting van 4 november 2014, waar de verdachte aanwezig was, bijgestaan door zijn advocaat K. Spoor. Het openbaar ministerie werd vertegenwoordigd door mr. N. Tromp.
In de tenlastelegging werd de verdachte verweten dat hij op verschillende data en locaties geweld had gebruikt om geld en goederen van slachtoffers af te nemen. De rechtbank oordeelde dat de verklaringen van de verdachte over een overeenkomst met een van de slachtoffers niet weerlegd werden door het bewijs en dat er onvoldoende bewijs was voor de beschuldigingen van geweld en bedreiging. Daarom sprak de rechtbank de verdachte vrij van de meeste beschuldigingen.
De rechtbank concludeerde dat de verdachte wel schuldig was aan opzetheling van een computer, omdat hij deze had verworven terwijl hij wist dat het een door misdrijf verkregen goed betrof. De rechtbank hield rekening met de ernst van het feit en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte, maar vond een gevangenisstraf van drie weken passend. De vordering van de benadeelde partij werd niet ontvankelijk verklaard, omdat het feit waaruit de schade zou zijn ontstaan niet bewezen was. De uitspraak werd gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, met de voorzitter en twee andere rechters.