ECLI:NL:RBNNE:2014:6345
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- H.H.A. Fransen
- L.W. Janssen
- J. van Bruggen
- Rechtspraak.nl
Veroordeling van verdachten in het onderzoek SIJS voor oplichting, belastingfraude en deelname aan een criminele organisatie
Op 16 december 2014 heeft de Noordelijke Fraudekamer van de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de zaak tegen een viertal verdachten in het onderzoek "SIJS". De hoofdverdachten, aangeduid als verdachte 1 en verdachte 2, zijn veroordeeld voor meermalen gepleegde oplichting, belastingfraude, faillissementsfraude en deelname aan een criminele organisatie. De medeverdachten, verdachte 3 en verdachte 4, zijn veroordeeld voor medeplegen van oplichting en valsheid in geschrift. De rechtbank heeft vastgesteld dat de gepleegde fraude plaatsvond binnen een duurzaam en gestructureerd samenwerkingsverband, waarbij de hoofdverdachten een initiërende en leidinggevende rol vervulden.
De rechtbank heeft in haar overwegingen rekening gehouden met de ernst en omvang van de frauduleuze handelingen, de rol van de verdachten en de benadeling die daaruit voortvloeide. De rechtbank heeft een gevangenisstraf van 36 maanden passend geacht, maar heeft deze gematigd tot 30 maanden vanwege de vertraging in de behandeling van de zaak door de officier van justitie. De rechtbank heeft vastgesteld dat de feiten van oudere datum zijn en dat de vertraging in de afdoening van de zaken een rol heeft gespeeld in de strafmaat.
De rechtbank heeft de verdachten vrijgesproken van enkele onderdelen van de tenlastelegging, omdat niet wettig en overtuigend bewezen kon worden dat zij betrokken waren bij de betreffende feiten. De rechtbank heeft de vordering van de benadeelde partij [benadeelde 17] niet-ontvankelijk verklaard, omdat de verdachte vrijgesproken is van het ten laste gelegde feit dat betrekking had op deze benadeelde partij. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer van de rechtbank, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken.