Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.[A],
[B],
[C],
[D],
ZIJ DIE VERBLIJVEN IN DE ONROERENDE ZAAK STAANDE EN GELEGEN AAN HET [adres] TE [plaats],
1.De procedure
- de dagvaarding,
- de mondelinge behandeling op 20 april 2015, waarbij zijn verschenen de heer [E], woordvoerder van de NAM, de heer [F] en de heer [G], werkzaam bij facilitaire zaken bij de NAM, mevrouw [H], jurist bij de NAM met mr. Borst voornoemd en de heer [A], mevrouw [B], de heer [D] met de heer [I].
- de pleitnota van NAM,
- de pleitnota van de krakers,
- de beslissing om de vonniswijzing te vervroegen naar 21 april 3015.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
Ingevolge artikel 5:2 BW is de eigenaar bevoegd zijn eigendom terug te eisen van een ieder die de zaak zonder recht onder zich houdt. Dat betekent dat de eigenaar zijn eigendomsrecht kan handhaven tegenover iedereen die er inbreuk op maakt.
816,00