ECLI:NL:RBNNE:2015:2414

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
19 mei 2015
Publicatiedatum
19 mei 2015
Zaaknummer
3392013 CV EXPL 14-12801
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
  • R.Tj. Terpstra
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Doorbreking vennootschapsstructuur en de rol van redelijkheid en billijkheid in overeenkomsten

In deze zaak, die werd behandeld door de Rechtbank Noord-Nederland, hebben de besloten vennootschappen Beaureaal B.V. en Celsuscare B.V. Ardyn B.V. aangeklaagd voor het niet betalen van provisie die voortkwam uit een bemiddelingsovereenkomst. De eiseressen vorderden betaling van respectievelijk € 3.993,75 en € 2.231,98, vermeerderd met rente en kosten. Ardyn, de gedaagde, heeft de vorderingen bestreden en in reconventie schadevergoeding gevorderd van Beaureaal en Celsuscare, die zij zou hebben geleden door hun handelen. De kantonrechter heeft op 19 mei 2015 uitspraak gedaan.

De feiten van de zaak zijn als volgt: op 23 november 2009 sloten partijen een overeenkomst tot bemiddeling, waarin werd bepaald dat Ardyn provisie moest betalen aan Beaureaal en Celsuscare voor de omzet die door hun bemiddeling was gegenereerd. Ardyn weigerde echter deze provisie te betalen, wat leidde tot het geschil. De kantonrechter oordeelde dat de vorderingen van Beaureaal en Celsuscare in conventie moesten worden afgewezen, omdat zij tekortgeschoten waren in de nakoming van de bemiddelingsovereenkomst. Dit werd onderbouwd door de vaststelling dat Celsuscare Bedrijfsartsen, een bedrijf dat voortkwam uit Celsuscare, dezelfde diensten ging verlenen aan het Wilhelmina Ziekenhuis en de Zorggroep Fivelland, wat leidde tot het verlies van klanten voor Ardyn.

In reconventie werd de vordering van Ardyn ook afgewezen, omdat zij niet had aangetoond welke schade zij had geleden. De kantonrechter besloot de proceskosten te compenseren, zodat elke partij de eigen kosten droeg. Deze uitspraak benadrukt het belang van redelijkheid en billijkheid in contractuele relaties en de gevolgen van het doorbreken van vennootschapsstructuren.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling privaatrecht
Locatie Groningen
Zaak\rolnummer: 3392013 CV EXPL 14-12801
Vonnis van de kantonrechter van 19 mei 2015
inzake
de besloten vennootschappen Beaureaal B.V. en Celsuscare B.V.
gevestigd te [adres],
eiseressen in conventie, verweersters in reconventie;
hierna ook Beaureaal en Celsuscare te noemen,
gemachtigde mr. M. Zuidema, werkzaam bij Qualitas Juridische Dienstverlening te Steenwijkerwold, rolgemachtigde J. Haringa, deurwaarder te Zuidbroek,
tegen
de besloten vennootschap Ardyn B.V.,
gevestigd te [adres],
gedaagde in conventie, eiseres in reconventie,
hierna Ardyn te noemen,
gemachtigde mr. drs. H.F.A.M. Schuurmans, werkzaam bij Ardyn.
PROCESGANG
Beaureaal en Celsuscare hebben op de bij dagvaarding geformuleerde gronden gevorderd Ardyn te veroordelen tot betaling van € 3.993,75 aan Beaureaal en € 2.231,98 aan Celsuscare, vermeerderd met rente en kosten.
Ardyn heeft de vorderingen bestreden. In reconventie heeft zij gevorderd Beaureaal en Celsuscare hoofdelijk te veroordelen tot vergoeding van de door Ardyn geleden schade, nader op te maken bij staat, vermeerderd met de kosten van de procedure en de nakosten.
Bij tussenvonnis van 11 november 2014 is een comparitie van partijen gelast.
Beaureaal en Celsuscare hebben in reconventie een conclusie van antwoord genomen.
De comparitie van partijen heeft plaatsgevonden op 7 mei 2015, in aanwezigheid van partijen (Beaureaal en Celsuscare vertegenwoordigd door [naam], Ardyn door [naam]) en hun gemachtigden. Van hetgeen ter zitting is verklaard, heeft de griffier aantekeningen gemaakt.
Tot slot is wederom vonnis bepaald. De uitspraak daarvan is vastgesteld op heden.
OVERWEGINGEN

1.De feiten

1.1
Het volgende staat tussen partijen vast en acht de kantonrechter van belang.
1.2
Partijen hebben op 23 november 2009 een overeenkomst tot bemiddeling gesloten. In deze overeenkomst is bepaald dat Ardyn aan Beaureaal en Celsuscare provisie dient te betalen over de omzet die is gegenereerd uit overeenkomsten die door bemiddeling van Beaureaal en Celsuscare tot stand zijn gekomen.
1.3
Door bemiddeling van Beaureaal en Celsuscare zijn overeenkomsten tot stand gekomen tussen Ardyn en het Wilhelmina Ziekenhuis en de Zorggroep Fivelland.
1.4
Over de periode 1 juli 2011 tot en met 31 december 2011 heeft Beaureaal een bedrag van € 2.984,22 en Celsuscare een bedrag van € 1.655,64 aan provisie bij Ardyn in rekening gebracht.
1.5
Ardyn heeft geweigerd deze provisie te betalen.
1.6
De onder 1.3 genoemde overeenkomsten zijn met ingang van 1 januari 2012 geëindigd. Het Wilhelmina Ziekenhuis en de Zorggroep Fivelland zijn vanaf die datum de arbodienstverlening gaan betrekken van Celsuscare Bedrijfsartsen B.V. (hierna: Celsuscare Bedrijfsartsen), waar bedrijfsarts [naam bedrijfsarts] (hierna: [naam bedrijfsarts]), die eerst in dienst was bij Ardyn, in dienst is getreden.

2.Het geschil in conventie

In conventie zijn partijen het niet eens over het antwoord op de vraag of Beaureaal en Celsuscare, doordat Celsuscare Bedrijfsartsen de arbodienstverlening voor het Wilhelmina Ziekenhuis en de Zorggroep Fivelland is gaan verzorgen en daarvoor [naam bedrijfsarts] in dienst heeft genomen, dusdanig zijn tekortgeschoten in de nakoming van de bemiddelingsovereenkomst dat Ardyn de gevorderde provisie niet hoeft te betalen.

3.Het geschil in reconventie

In reconventie zijn partijen verdeeld over het antwoord op de vraag of Ardyn schade heeft geleden die door Beaureaal en Celsuscare moet worden vergoed.

4.De beoordeling

4.1
Gelet op de onderlinge samenhang zullen de vorderingen in conventie en in reconventie hierna gezamenlijk worden behandeld. De kantonrechter zal daarbij, voor zover van belang voor de uitkomst van deze zaak, nader ingaan op hetgeen partijen ter onderbouwing van hun stellingen naar voren hebben gebracht en aan stukken hebben overgelegd.
4.2
Ingevolge de artikelen 6:2 en 6:248 van het Burgerlijk Wetboek worden de rechten en verplichtingen van partijen ten opzichte van elkaar niet alleen bepaald door hetgeen zij in de bemiddelingsovereenkomst zijn overeengekomen, maar ook door de redelijkheid en billijkheid die hun rechtsverhouding beheerst.
4.3
Niet in geschil is dat het Wilhelmina Ziekenhuis en de Zorggroep Fivelland, nadat hun overeenkomsten met Ardyn op 31 december 2011 eindigden, aansluitend per 1 januari 2012 in zee zijn gegaan met Celsuscare Bedrijfsartsen en dat Celsuscare Bedrijfsartsen vanaf die datum dezelfde arbodiensten verleende als Ardyn voordien deed, met inschakeling van de bedrijfsarts die voordien bij Ardyn in dienst was.
4.4
Volgens Beaureaal en Celsuscare hebben zij daarmee niets onoorbaars gedaan. Primair omdat in de bemiddelingsovereenkomst geen concurrentiebeding of een relatiebeding is opgenomen, subsidiair omdat Celsuscare Bedrijfsartsen geheel losstaat van Celsuscare. In reconventie hebben zij daar nog aan toegevoegd dat het klanten van Ardyn vrij staat om hun overeenkomst met Ardyn te beëindigen en met een andere partij te contracteren, waaronder Beaureaal of Celsuscare.
4.5
De kantonrechter volgt Beaureaal en Celsuscare hierin niet. Celsuscare Bedrijfsartsen is weliswaar een zelfstandige rechtspersoon, maar feit is dat Celsuscare Bedrijfsartsen (middellijk) dezelfde directeur enig aandeelhouder heeft als Beaureaal en Celsuscare. Bij de drie besloten vennootschappen werken (grotendeels) dezelfde mensen. Onder aansturing van deze directeur heeft Celsuscare Bedrijfsartsen besloten [naam bedrijfsarts] als bedrijfsarts in dienst te nemen omdat, zoals ter zitting is gebleken, het Wilhelmina Ziekenhuis en de Fivelland Zorggroep zo tevreden waren over [naam bedrijfsarts], en in de dienstverleningsovereenkomsten tussen Ardyn enerzijds en het Wilhelmina Ziekenhuis en de Fivelland Zorggroep anderzijds staat dat die eindigen wanneer [naam bedrijfsarts] vertrekt. Daarmee is, met gebruikmaking van de kennis die Beaureaal en Celsuscare hadden over de contracten tussen Ardyn met het Wilhelmina Ziekenhuis en de Fivelland Zorgroep, bewerkstelligd dat deze klanten van Ardyn zijn overgestapt naar Celsuscare Bedrijfsartsen. Die handelwijze levert naar het oordeel van de kantonrechter aan de zijde van Beaureaal en Celsuscare een dusdanige tekortkoming in de nakoming van de bemiddelingsovereenkomst op – ook bij gebreke van een non-concurrentie- en een relatiebeding – , dat het naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar is dat Ardyn over de tweede helft van 2011 nog provisie aan hen moet betalen. De vorderingen in conventie zullen daarom worden afgewezen.
4.6
Ook de vordering in reconventie zal worden afgewezen. Ardyn heeft weliswaar gesteld dat zij schade heeft geleden door de handelwijze van Beaureaal en Celsuscare, maar heeft niet inzichtelijk gemaakt waaruit deze schade dan bestaat.
4.7
In de uitkomst van de procedure ziet de kantonrechter aanleiding de proceskosten te compenseren, in die zin dat elke partij de eigen kosten draagt.
BESLISSING
De kantonrechter:
in conventie en in reconventie
wijst de vorderingen af;
compenseert de proceskosten, in die zin dat elke partij de eigen kosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.Tj. Terpstra, kantonrechter, en op 19 mei 2015 uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.
typ: wj