ECLI:NL:RBNNE:2015:2926

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
12 mei 2015
Publicatiedatum
18 juni 2015
Zaaknummer
18.720075-14
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - meervoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in zaak van poging tot zware mishandeling en openlijke geweldpleging

In de zaak met parketnummer 18/720075-14 heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 12 mei 2015 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die werd beschuldigd van het medeplegen van poging tot zware mishandeling en subsidiair openlijke geweldpleging. De verdachte, die niet als ingezetene was ingeschreven en geen bekende woon- of verblijfplaats had, was niet verschenen op de zitting. Het openbaar ministerie werd vertegenwoordigd door mr. R.G. de Graaf.

De tenlastelegging omvatte verschillende geweldshandelingen tegen drie slachtoffers, waaronder het achterna lopen, aanvallen en slaan. De feiten zouden zich hebben afgespeeld op 13 oktober 2013 in de gemeente Smallingerland. Tijdens de zitting op 28 april 2015 werd het bewijs tegen de verdachte besproken. De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende bewijs was om aan te nemen dat de verdachte enige vorm van geweld had gepleegd of een significante bijdrage had geleverd aan het geweld dat door anderen was gepleegd.

De rechtbank oordeelde dat de verdachte van zowel het primair als het subsidiair ten laste gelegde feit moest worden vrijgesproken. De uitspraak werd gedaan door de meervoudige kamer van de rechtbank, waarbij de voorzitter mr. A.H.M. Dölle en de rechters mr. M. Jansen en mr. L.G. Wijma aanwezig waren. De uitspraak werd op 12 mei 2015 gedaan en is openbaar gemaakt.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht
Locatie Leeuwarden
parketnummer 18/720075-14
vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 12 mei 2015 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte],

geboren op [geboortedatum] te [geboorteland],
niet als ingezetene ingeschreven in de basisadministratie persoonsgegevens en zonder
bekende feitelijke woon- of verblijfplaats.
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van
28 april 2015.
Tegen de niet verschenen verdachte is verstek verleend.
Het openbaar ministerie werd ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. R.G. de Graaf.

Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
hij op of omstreeks 13 oktober 2013 te [pleegplaats], (althans) in de gemeente Smallingerland,
met een ander of anderen, op of aan de openbare weg, [straat], in elk geval op of aan een openbare weg, openlijk in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3], welk geweld bestond uit
- het achterna lopen en/of (vervolgens) aanvallen van en/of vechten met die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 2] en/of die [slachtoffer 3] en/of
- het stompen en/of slaan in het gezicht, althans op/tegen het hoofd, en/of het schoppen en/of trappen tegen het lichaam van die [slachtoffer 1] en/of
- het stompen en/of slaan in het gezicht, althans op/tegen het hoofd van die [slachtoffer 2] en/of
- het slaan met een riem met gesp, althans een daarop gelijkend voorwerp, tegen het lichaam van die [slachtoffer 1] en/of die [slachtoffer 3];
althans, indien ter zake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij op of omstreeks 13 oktober 2013 te [pleegplaats], (althans) in de gemeente Smallingerland,
(telkens) tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, (telkens) opzettelijk mishandelend [slachtoffer 1] in het gezicht, althans op/tegen het hoofd, heeft gestompt en/of geslagen en/of tegen het lichaam heeft geschopt en/of getrapt en/of [slachtoffer 2] in het gezicht, althans op/tegen het hoofd, heeft gestompt en/of geslagen en/of [slachtoffer 3] en/of [slachtoffer 1] met een riem met gesp, althans een daarop gelijkend voorwerp, tegen het lichaam heeft geslagen, (telkens) waardoor voornoemde [slachtoffer 1] en/of [slachtoffer 2] en/of [slachtoffer 3] letsel heeft/hebben bekomen en/of pijn heeft/hebben ondervonden.
In de tenlastelegging voorkomende schrijffouten of kennelijke misslagen worden verbeterd gelezen. De verdachte is hierdoor niet in zijn belangen geschaad.
Vrijspraak
Met de officier van justitie is de rechtbank van oordeel dat verdachte van zowel het primair als het subsidiair ten laste gelegde feit moet worden vrijgesproken, nu uit de stukken niet blijkt van enige door verdachte gepleegde geweldshandelingen dan wel van een wezenlijke of significante bijdrage aan door anderen gepleegd geweld.

DE UITSPRAAK VAN DE RECHTBANK LUIDT:

Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte primair en subsidiair is ten laste gelegd en spreekt verdachte daarvan vrij.
Dit vonnis is gewezen door mr. A.H.M. Dölle, voorzitter, mr. M. Jansen en mr. L.G. Wijma, rechters, bijgestaan door mr. J.C. Huizenga, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 12 mei 2015.
w.g.
Dölle
VOOR EENSLUIDEND AFSCHRIFT
Jansen
de griffier van de rechtbank Noord-Nederland,
Wijma
locatie Leeuwarden,
Huizenga