ECLI:NL:RBNNE:2015:5876

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
17 december 2015
Publicatiedatum
17 december 2015
Zaaknummer
18.670500-15
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Veroordeling van meerdere verdachten voor de import en opslag van illegaal vuurwerk en wapenbezit

Op 17 december 2015 heeft de meervoudige economische kamer van de Rechtbank Noord-Nederland vier personen en één rechtspersoon veroordeeld voor de import, opslag en het voorhanden hebben van illegaal vuurwerk. De verdachten waren betrokken bij een grootschalige invoer van illegaal vuurwerk, dat werd opgeslagen in een loods op een industrieterrein nabij chemische bedrijven en in een container. Een van de verdachten werd ook veroordeeld voor wapenbezit, omdat hij geladen revolvers in zijn auto en kantoor had. De rechtbank sprak verschillende straffen uit, waaronder werkstraffen en gevangenisstraffen, en legde geldboetes op aan zowel de verdachten als de rechtspersoon. De rechtbank oordeelde dat de verdachten opzettelijk professioneel vuurwerk voorhanden hadden en dat zij niet voldaan hadden aan de meldplicht voor de import van vuurwerk. De rechtbank hield rekening met de ernst van de feiten en de risico's die het illegaal vuurwerk met zich meebracht voor de veiligheid van de samenleving. De rechtbank legde een geldboete op van € 15.000,-- aan de rechtspersoon en veroordeelde de andere verdachten tot gevangenisstraffen en werkstraffen, waarbij de proeftijd voorwaardelijk werd vastgesteld op drie jaar.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht
Locatie Assen
parketnummer 18/670500-15
ter berechting gevoegd parketnummers 18/670502-15, 18/670504-15 en 18/670507-15
vonnis van de meervoudige economische kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 17 december 2015 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

gevestigd te [plaats 1] , [adres] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzitting van 21 april 2015, 1 december 2015, 2 december 2015 en 3 december 2015.
De verdachte is ter terechtzitting van 21 april 2015 verschenen bij monde van haar vertegenwoordiger J.W.H.H. Cohen, bijgestaan door mr. P.S. Wibbelink, advocaat te Almelo.
De verdachte is ter terechtzitting van 1 december 2015, 2 december 2015 en 3 december 2015 niet verschenen en vanwege een faillissement onverdedigd gebleven.
Het openbaar ministerie werd ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. W.H. Frank.

Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
zij op een aantal tijdstippen in de maand december 2012, in na te noemen plaatsen, althans (telkens) in Nederland, samen en in vereniging met anderen of een ander dan wel alleen, al dan niet opzettelijk, (telkens) een hoeveelheid (hierna te noemen) professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, voorhanden heeft gehad en/of heeft afgeleverd aan
A.
[persoon 1] , in de gemeente Losser, -in totaal-
110, althans een aantal kartons/dozen Tukker Terror,
110, althans een aantal kartons/dozen Tukker XXL,
2, althans een aantal kartons/dozen Deep Space
en/of
2, althans een aantal kartons/dozen Incredible Venus
B.
[bedrijf 1] te [plaats 2] , gemeente Hellendoorn en/of in de gemeente Losser, -in totaal-
4, althans een aantal kartons/dozen Tukker Terror,
4, althans een aantal kartons/dozen Tukker Terror,
7, althans een aantal kartons/dozen Tukker XXL,
2, althans een aantal kartons/dozen Deep Space
en/of
2, althans een aantal kartons/dozen Incredible Venus
C.
[persoon 2] in de gemeente Haaksbergen, -in totaal-
4, althans een aantal kartons/dozen Tukker Terror,
7, althans een aantal kartons/dozen Tukker XXL,
2, althans een aantal kartons/dozen Deep Space
en/of
2, althans een aantal kartons/dozen Incredible Venus
en/of
D.
[bedrijf 2] in de gemeente Almelo, -in totaal-
1, karton/doos Deep Space
en/of
1, karton/doos Incredible Venus
en/of aan één of meer anderen.
2.
zij op of omstreeks 6 februari 2014, te [plaats 3] , gemeente Bernheze, al dan niet opzettelijk, consumentenvuurwerk, te weten
-20, althans een aantal dozen Flowers World, artikelnummer 141301
en/of
-58, althans een aantal dozen Swirling Daisy, artikelnummer 141112,
heeft opgeslagen en/of voorhanden heeft gehad terwijl dit vuurwerk niet voldeed aan het bepaalde bij en/of krachtens het Vuurwerkbesluit, immers voornoemd verpakt consumentenvuurwerk was bij het opslaan en het voorhanden hebben anders dan door particulieren, niet op zodanige wijze verpakt dat het volgens bijlage A van het ADR, uitsluitend kan worden aangemerkt als vuurwerk behorende tot klasse 1.4G of 1.4S;
althans, indien terzake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
zij op of omstreeks 6 februari 2014, te [plaats 3] , gemeente Bernheze, al dan
niet opzettelijk, professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, te
weten
-58, althans een aantal dozen Swirling Daisy, artikelnummer 141112,
en/of
20, althans een aantal dozen Flowers World, artikelnummer 141301,
heeft opgeslagen en/of voorhanden heeft gehad;
3.
zij op of omstreeks 27 december 2012, te [plaats 4] , gemeente Losser, althans in Nederland, samen en in vereniging met anderen of een ander dan wel alleen, al dan niet opzettelijk, als degene die vuurwerk binnen het grondgebied van Nederland bracht, niet ten minste 48 uur, voorafgaand aan het binnen Nederland brengen, elektronisch het voornemen hiertoe heeft gemeld bij Onze Minister, immers was op of omstreeks voornoemde datum die melding nog niet gedaan;
In de tenlastelegging voorkomende schrijffouten of kennelijke misslagen worden verbeterd gelezen. De verdachte is hierdoor niet in haar belangen geschaad.

Vordering officier van justitie

De officier van justitie heeft ter terechtzitting gevorderd:
- veroordeling voor het onder 1, 2 primair en 3 ten laste gelegde;
- oplegging van een geldboete van € 15.000,--.

Beoordeling van het bewijs

ten aanzien van het onder 3 ten laste gelegde.
De rechtbank overweegt als volgt.
Aan verdachte is ten laste gelegd dat zij niet heeft voldaan aan de eis om ten aanzien van de import van vuurwerk in Nederland, dit 48 uur voorafgaande aan het binnen Nederland brengen te melden in het zogeheten FLITS-systeem.
Op grond van het bepaalde in artikel 1.3.2. lid 2 van het Vuurwerkbesluit is deze eis voor wat betreft de periode van 15 december tot 1 januari beperkt tot tenminste 24 uur voorafgaande aan het binnen Nederland brengen van vuurwerk.
Verdachte heeft op 27 december 2012 zonder melding het vuurwerk binnen Nederland gebracht. De rechtbank is van oordeel dat de beperking van deze tijdspanne een soepeler regeling is dan de genoemde 48 uur. De rechtbank zal, nu geen rechtsregel zich verzet tegen een bewezenverklaring van het mindere, derhalve bij de bewezenverklaring uitgaan van 24 uur.

Bewezenverklaring

De rechtbank acht het onder 1, 2 primair en 3 ten laste gelegde bewezen, met dien verstande dat:
1.
zij op een aantal tijdstippen in de maand december 2012, in na te noemen plaatsen, samen en in vereniging met anderen opzettelijk, telkens een hoeveelheid hierna te noemen professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik, voorhanden heeft gehad en heeft afgeleverd aan
A.
[persoon 1] , in de gemeente Losser, -in totaal-
110 kartons/dozen Tukker Terror,
110 kartons/dozen Tukker XXL,
2 kartons/dozen Deep Space
2 kartons/dozen Incredible Venus
en
B.
[bedrijf 1] te [plaats 2] , gemeente Hellendoorn en in de gemeente Losser, -in totaal-
4 kartons/dozen Tukker Terror,
4 kartons/dozen Tukker Terror,
7 kartons/dozen Tukker XXL,
2 kartons/dozen Deep Space
2 kartons/dozen Incredible Venus
en
C.
[persoon 2] in de gemeente Haaksbergen, -in totaal-
4 kartons/dozen Tukker Terror,
7 kartons/dozen Tukker XXL,
2 kartons/dozen Deep Space
2 kartons/dozen Incredible Venus
en
D.
[bedrijf 2] in de gemeente Almelo, -in totaal-
1. karton/doos Deep Space
en
1. karton/doos Incredible Venus
2. Primair
zij op 6 februari 2014, te [plaats 3] , gemeente Bernheze, opzettelijk, consumentenvuurwerk, te weten:
-20 dozen Flowers World, artikelnummer 141301,
en
-58 dozen Swirling Daisy, artikelnummer 141112,
heeft opgeslagen en voorhanden heeft gehad terwijl dit vuurwerk niet voldeed aan het bepaalde bij en/of krachtens het Vuurwerkbesluit, immers voornoemd verpakt consumentenvuurwerk was bij het opslaan en het voorhanden hebben anders dan door particulieren, niet op zodanige wijze verpakt dat het volgens bijlage A van het ADR, uitsluitend kan worden aangemerkt als vuurwerk behorende tot klasse 1.4G of 1.4S;
3.
zij op 27 december 2012, te [plaats 4] , gemeente Losser, opzettelijk, samen en in vereniging met anderen als degene die vuurwerk binnen het grondgebied van Nederland bracht, niet ten minste 24 uur, voorafgaand aan het binnen Nederland brengen, elektronisch het voornemen hiertoe heeft gemeld bij Onze Minister, immers was op voornoemde datum die melding nog niet gedaan.
De verdachte zal van het meer of anders ten laste gelegde worden vrijgesproken, aangezien de rechtbank dat niet bewezen acht.

Strafbaarheid van het bewezen verklaarde

Het bewezen verklaarde levert op:
1.Medeplegen van overtreding van een voorschrift gesteld krachtens artikel 9.2.2.1 van de Wet milieubeheer, opzettelijk begaan door een rechtspersoon.
2. Primair.
Overtreding van een voorschrift gesteld krachtens artikel 9.2.2.1 van de Wet milieubeheer, opzettelijk begaan door een rechtspersoon.
3. Medeplegen van overtreding van een voorschrift gesteld krachtens artikel 9.2.2.1 van de Wet milieubeheer, opzettelijk begaan door een rechtspersoon.
Deze feiten zijn strafbaar nu geen omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid uitsluiten.

Strafbaarheid van verdachte

De rechtbank acht verdachte strafbaar nu niet van enige strafuitsluitingsgrond is gebleken.

Strafmotivering

Bij de bepaling van de straf heeft de rechtbank rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, de omstandigheden waaronder dit is begaan, het haar betreffende uittreksel uit de justitiële documentatie en de vordering van de officier van justitie.
De rechtbank heeft in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan het voorhanden hebben en afleveren van professioneel vuurwerk, bestemd voor particulier gebruik.
Daarnaast heeft zij een hoeveelheid vuurwerk opgeslagen en voorhanden gehad waarbij geen sprake was van een juiste verpakking, zodat daardoor niet kon worden vastgesteld welke classificatie dit vuurwerk had.
Tevens heeft zij in het daarvoor bestemde elektronische systeem geen melding gemaakt van de import door haar in Nederland vanuit Duitsland van vuurwerk. Het door verdachte geïmporteerde vuurwerk is door het Nederlands Forensisch Instituut onderzocht en daarbij is geconcludeerd dat het vuurwerk niet aan de eisen voor consumentenvuurwerk voldeed.
Het afleveren van niet aan de eisen voldoende vuurwerk aan andere vuurwerkhandelaren, die dat vuurwerk op hun beurt weer doorverkopen aan particulieren, kan bij het afsteken van dat vuurwerk door die particulieren ernstige risico's met zich meebrengen, zowel voor degene die het vuurwerk afsteekt, als ook voor nietsvermoedende omstanders.
De rechtbank ziet, hoewel verdachte in staat van faillissement verkeert, geen aanleiding om af te wijken van de gevorderde straf. De rechtbank zal verdachte dan ook overeenkomstig de eis van de officier van justitie veroordelen tot na te noemen geldboete.

Toepassing van wetsartikelen

De rechtbank heeft gelet op de artikelen 23, 24, 51, 47, 57 van het Wetboek van Strafrecht, de artikelen 1.2.2 en 1.3.2 van het Vuurwerkbesluit, artikel 9.2.2.1 Wet milieubeheer en de artikelen 1a, 2 en 6 van de Wet op de economische delicten, zoals deze artikelen golden ten tijde van het bewezen verklaarde.

DE UITSPRAAK VAN DE RECHTBANK LUIDT:

Verklaart het onder 1, 2 primair en 3 ten laste gelegde bewezen, te kwalificeren en strafbaar zoals voormeld en verdachte daarvoor strafbaar.
Veroordeelt verdachte tot:
Betaling van een geldboete ten bedrage van € 15.000,-- (zegge: vijftienduizend euro).
Verklaart niet bewezen hetgeen aan verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan het bewezen verklaarde en spreekt verdachte daarvan vrij.
Dit vonnis is gewezen door mr. O.J. Bosker, voorzitter, mr. F.J. Agema en mr. J.Y.B. Jansen, rechters, bijgestaan door A. van Dijk, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 17 december 2015.