Uitspraak
RECHTBANK NOORD-NEDERLAND
1.[A] ,
[B],
1.[C] ,
[D],
[E],
1.De procedure
- het tussenvonnis van 30 december 2015,
- de akte van [A] en [B] ,
- de akte van [C] ,
- de akte van [E] en [D] ,
- het proces-verbaal van comparitie van 24 maart 2016.
2.De verdere beoordeling
€ 24.483,07. Dienovereenkomstig zal vordering 2 worden toegewezen.
De kwijtschelding/schenking is geschied onder vrijstelling van de verplichting tot inbreng in de nalatenschap van schenkers." Gelet hierop oordeelt de rechtbank dat die geschonken bedragen niet hoeven te worden ingebracht.
fl. 564.968,-- vóór aftrek van de uitvaartkosten ad fl. 19.132,-- (rov. 4.29).