Op 6 april 2017 heeft de Rechtbank Noord-Nederland, locatie Groningen, uitspraak gedaan in de zaak tegen een man die zich schuldig heeft gemaakt aan het seksueel corrumperen van de minderjarige zoon van zijn toenmalige vriendin. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 24 maanden, waarvan 18 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van vijf jaren. De rechtbank oordeelde dat de verdachte zich in de periode van 1 juli 2016 tot en met 27 oktober 2016 schuldig heeft gemaakt aan ontucht met de minderjarige, die aan zijn zorg was toevertrouwd. De verdachte heeft de jongen meermalen ontuchtige handelingen laten zien en gepleegd, wat leidde tot ernstige inbreuken op de lichamelijke en geestelijke integriteit van het slachtoffer.
Tijdens de zitting op 23 maart 2017 heeft de verdachte bekend, maar zijn raadsman heeft betoogd dat er geen sprake was van opzet op het seksuele karakter van de handelingen. De rechtbank heeft echter de verklaringen van het slachtoffer als betrouwbaar aangemerkt en heeft de verdachte veroordeeld op basis van de bewezenverklaring van de tenlastelegging. De rechtbank heeft ook rekening gehouden met de eerdere veroordelingen van de verdachte en de noodzaak voor behandeling van zijn psychische problemen. De rechtbank heeft besloten tot een voorwaardelijke straf, waarbij de verdachte zich moet houden aan bijzondere voorwaarden, waaronder klinische behandeling.
De rechtbank heeft daarnaast de vordering van de benadeelde partij toegewezen, waarbij de verdachte is veroordeeld tot betaling van schadevergoeding aan het slachtoffer. De rechtbank heeft de tenuitvoerlegging van een eerder voorwaardelijk opgelegde straf gelast, omdat de verdachte zich niet aan de voorwaarden heeft gehouden. De uitspraak is gedaan door een meervoudige kamer, bestaande uit drie rechters, en is openbaar uitgesproken.