ECLI:NL:RBNNE:2017:1884

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
24 mei 2017
Publicatiedatum
23 mei 2017
Zaaknummer
C/17/154202 / KG ZA 17-67
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beoordeling van de gunningscriteria in een aanbestedingsprocedure door de Gemeente Smallingerland

In deze zaak, die voor de Rechtbank Noord-Nederland is behandeld, gaat het om een kort geding dat is aangespannen door P. Witteveen en Zonen B.V. en Betoncombinatie Becono B.V. (hierna de Combinatie) tegen de Gemeente Smallingerland. De Combinatie heeft deelgenomen aan een nationale openbare aanbestedingsprocedure die op 10 januari 2017 door de Gemeente is gestart voor de herinrichting van de Splitting te Drachten. De Gemeente heeft de inschrijving van Aannemingsmaatschappij Van Gelder B.V. als economisch meest voordelige inschrijving aangemerkt, wat de Combinatie betwist. De vorderingen van de Combinatie omvatten onder andere het verzoek om de voorlopige gunningsbeslissing in te trekken en de opdracht aan de Combinatie te gunnen.

De voorzieningenrechter heeft de procedure en de ingediende stukken beoordeeld, waaronder de pleitnota's van beide partijen en de beoordeling van de inschrijvingen door de Gemeente. De rechter concludeert dat de Gemeente niet evident beoordelingsfouten heeft gemaakt bij de beoordeling van de inschrijvingen, met name met betrekking tot de aspecten communicatie en groen. De rechter oordeelt dat de Gemeente de inschrijving van de Combinatie op een juiste wijze heeft beoordeeld en dat de vorderingen van de Combinatie worden afgewezen. De Combinatie wordt veroordeeld in de proceskosten.

De uitspraak benadrukt het belang van transparantie en objectiviteit in aanbestedingsprocedures, maar erkent ook dat enige subjectiviteit inherent is aan de beoordeling van kwalitatieve criteria. De rechter geeft aan dat de beoordelaars de nodige vrijheid moet worden gegund, zolang de beoordeling maar op een zorgvuldige en gemotiveerde wijze plaatsvindt.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling privaatrecht
Locatie Leeuwarden
zaaknummer / rolnummer: C/17/154202 / KG ZA 17-67
Vonnis in kort geding van 24 mei 2017
in de zaak van
1. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
P. WITTEVEEN EN ZONEN B.V.,
gevestigd te Surhuisterveen,
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
BETONCOMBINATIE BECONO B.V.,
gevestigd te Drachten,
eiseressen,
advocaat mr. H.P. de Lange te Heerenveen,
tegen
de publiekrechtelijke rechtspersoon
GEMEENTE SMALLINGERLAND,
zetelend te Drachten,
gedaagde,
advocaat mr. J.C. Verlinden-Bijlsma te Rotterdam.
Partijen zullen hierna de Combinatie en de Gemeente genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verloop van de procedure blijkt uit:
  • de dagvaarding
  • de mondelinge behandeling d.d. 10 mei 2017 en de ten behoeve daarvan op voorhand van de zijde van de Combinatie overgelegde stukken
  • de pleitnota aan de zijde van de Combinatie
  • de pleitnota aan de zijde van de Gemeente.
1.2.
Ten slotte is vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
De Gemeente is op 10 januari 2017 een nationale openbare aanbestedingsprocedure conform Hoofdstuk 2 van het Aanbestedingsreglement Werken 2016 (ARW 2016) gestart, met als doel te komen tot de realisatie van het uitvoeringsontwerp van de herinrichting van de Splitting te Drachten. De Gemeente is in de aanbestedingsprocedure ondersteund door Arcadis.
2.2.
In de Aankondiging van de opdracht is vermeld dat als gunningscriterium 'de economisch meest voordelige inschrijving' (EMVI) geldt, met een weging van 60/60 voor de onderdelen kwaliteit en prijs. De Gemeente heeft op 18 januari 2017 een rectificatie van de Aankondiging afgegeven, waarbij de wegingsfactor is gecorrigeerd, in die zin dat aan het kwaliteitscriterium een weging van 60% is toegekend en voor de prijs een weging van 40%.
2.3.
Op de aanbestedingsprocedure is de 'Inschrijvingsleidraad ten behoeve van een aanbesteding volgens de openbare procedure nationaal, Bestek 09-2016, Project Herinrichting de Splitting te Drachten' gedateerd 9 januari 2017 (hierna te noemen de Inschrijvingsleidraad) van toepassing.
2.4.
Hoofdstuk 6 van de Inschrijvingsleidraad vermeldt onder meer:

6.Gunningscriteria en beoordeling

De gunningscriteria worden beoordeeld door vertegenwoordigers van de aanbesteder. De gunningscriteria zijn onderverdeeld in criteria die betrekking hebben op kwalitatieve aspecten van de inschrijving en criteria die betrekking hebben op de kwantitatieve aspecten van de inschrijving. De Economisch Meest Voordelige Inschrijving wordt bepaald volgens de methode "Gunnen op waarde" volgens publicatie van 253 van CROW.
(…..)
De meerwaarde van de inschrijving wordt gewaardeerd middels een fictief gunningsvoordeel. De evaluatiesom wordt berekend door de inschrijvingssom te verminderen met het fictief gunningsvoordeel. De inschrijver met de laagste evaluatiesom heeft de economisch meest voordelige inschrijving gedaan. Het werk wordt gegund aan de inschrijver met de economisch meest voordelige inschrijving.
De criteria zijn schematisch weergegeven in onderstaande tabel.
Gunningscriterium
EMVI criterium
Sub criterium
EMVI
Kwaliteit
Prijs
A. Plan van aanpak en fasering
B. Planning
C. Social Return on Investment (SROI)
D. Risicobeheersing ingangskeuring
E. Referentie kerncompetentie
(…..)
6.2.2.
Uitvoering
Bij de inschrijving dient de inschrijver een Plan van aanpak voor de uitvoering van de opdracht in. In dit plan van aanpak moet duidelijk naar voren komen op welke wijze het project wordt aangepakt tijdens de uitvoering van de werkzaamheden (…..).
6.2.3.
Beoordeling Plan van Aanpak en fasering
Sub criterium A Plan van aanpak en fasering
Beoordelingsaspect
Beoordelingscriteria
Maximaal haalbare jury beoordeling
A1 Bereikbaarheid
(…..)
(…..)
A2 Veiligheid
(…...)
(…..)
A3 Communicatie
De mate waarin de inschrijver invulling geeft aan het communiceren met de opdrachtgever- stakeholders en omgeving.
Belangrijke criteria zijn bijvoorbeeld:
 Gebruik van communicatie- middelen (bijv. sociale media, website, inloopuurtje, informatiebrieven, etc.);
 Wijze van verkrijgen en versterken van commitment van stakeholders;
 Wijze van Klachtenregistratie
De inschrijver geeft blijk van een positieve benadering.
De aanpak moet laten zien dat de inschrijver het project doorgrondt en geeft de opdrachtgever vertrouwen
€ 220.000,--
A4 Beheersing risico's
(…..)
(…..)
A5 Groen
De mate waarin de inschrijver invulling geeft aan de onderdelen met betrekking tot (bestaande)bomen, bomengranulaat, permavoid kratten etc.
Belangrijke criteria zijn bijvoorbeeld:
 Communicatie tussen civiel aannemer, groen aannemer en opdrachtgever
 Controle op de kwaliteit en de aanleg bomengranulaat en permavoid kratten en plantvakken.
 Borging van het grondwerk (teelaarde bomengranulaat) onder tijdsdruk.
De aanpak moet laten zien dat de inschrijver het project doorgrondt en geeft de opdrachtgever vertrouwen.
€ 220.000,--
In de onderstaande tabel is voor elk beoordelingscriterium de te behalen fictieve korting aangegeven.
6.2.4.
Waardering A. Plan van Aanpak en fasering
Sub criterium A Plan van aanpak en fasering
Beoordelingsaspect
Waardering
Maximaal te behalen fictieve korting
A1 Bereikbaarheid
(…..)
(…..)
A2 Veiligheid
(…...)
(…..)
A3 Communicatie
sluit onvoldoende aan
€ 0
sluit voldoende aan
€ 55.000
sluit goed aan
€ 110.000
sluit zeer goed aan
€ 165.000
sluit uitmuntend aan
€ 220.000
A4 Beheersing risico's
(…..)
(…..)
A5 Groen
sluit onvoldoende aan
€ 0
sluit voldoende aan
€ 55.000
sluit goed aan
€ 110.000
sluit zeer goed aan
€ 165.000
sluit uitmuntend aan
€ 220.000
2.5.
Publicatie 253 van het CROW 'Gunnen op waarde' vermeldt onder meer:
Normen niet herhalen!
Algemene gebruikseisen liggen vast in normen, eisen en richtlijnen. Een voorbeeld hier is het Bouwbesluit. Naar normen kan worden verwezen, het is onzinnig om de eisen te herhalen. Zeker omdat normen periodiek veranderen: je zal maar naar een oude tekst verwijzen! Iedereen wordt geacht de normen te kennen en moet daaraan voldoen.
Functioneel is om alleen bijzondere of specifieke gebruikseisen te beschrijven (zonder daarbij de mededinging te beperken).
2.6.
Zes marktpartijen hebben een inschrijving ingediend, waaronder de Combinatie. Het door de Combinatie ingediende Plan van Aanpak vermeldt onder meer:

3. COMMUNICATIE

3.1.
Omgevingsmanagement
Voor de communicatie met de omgeving gebruiken we een stappenplan wat bestaat uit de stappen:
inventariseren, vastleggen, analyseren belangen, opvolgen en terugkoppelen. Het stappenplan geeft ons houvast en structuur voor het communiceren met de omgeving. Het stappenplan zal in de voorbereiding een belangrijke rol spelen, maar kan tevens gedurende de uitvoering op ad-hoc basis (onvoorziene issues of een nieuwe stakeholder) ingezet worden. Onze werkwijze is erop gericht om klachten te voorkomen met daarbij een zorgvuldige communicatie. De bewaking is in handen van onze
omgevingsmanager welke 24/7 bereikbaaris.
(…..)
Klachtenregistratie: IMBY ('In My Backyard') tool
Onze ervaring is dat de meeste klachten eenvoudig zijn weg te nemen als ze vroegtijdig bekend zijn bij het projectteam. Aanvullend op de 'reguliere' communicatiemiddelen zetten wij de
IMBY tool(In My Back Yard) in. Stakeholders kunnen deze tool eenvoudig vullen met klachten en wensen. Alle meldingen (en onze reactie daarop) zijn voor iedereen 24 uur per dag inzichtelijk. Tevens zijn hiermee de met derden gemaakte afspraken over de wijze waarop wij klachten oplossen of kansen meenemen navolgbaar verankerd en eenvoudig te administreren. Hiermee kunnen wij direct en oplossingsgericht anticiperen op klachten en wensen én bereiken wij optimale transparantie en beheersbaarheid. Klachtenregistratie via IMBY werkt als volgt:
- We lanceren tijdens de realisatie een project-specifieke IMBY-site en maken deze aan stakeholders bekend voor het plaatsen van klachten en wensen.
- Gedurende de uitvoering werkt onze omgevingsmanager de IMBY-site dagelijks bij. Wij zorgen ervoor dat binnen drie werkdagen een SMART geformuleerde reactie gepubliceerd wordt op welke wijze wij klachten oplossen of kansen meenemen. Wanneer we niet geheel aan een kans of klacht tegemoet kunnen komen zullen wij dit onderbouwd toelichten.
(…..)

5.GROEN

Onze aanpak
In samenspraak met
Pius Flores boomverzorgingzijn we tot de hieronder uitgewerkte werkwijze gekomen. Elke door ons onderzochte
variant had qua verkeersafwikkeling een conflict met het bestaande groen. Voorliggende variant is door een erkend
European Tree Technician (ETT-er)beoordeeld als enige variant welke voldoet aan de gestelde eisen qua groen.
Communicatie, controle en kwaliteit
Voorafgaand aan de werkzaamheden m.b.t. groenvoorziening betrekken we een erkende ETT-er in een
kick-off meeting. Bij de kick-off betrekken we ook de opdrachtgever en aannemer. Hierin maken we afspraken over de groenspecifieke randvoorwaarden. De ETT-er zal toezicht houden en adviseren op de kwaliteit van de volgende werkzaamheden:
- Maatvoering plantplaatsen;
- Opslag en verwerking bomengranulaat;
- Voldoende opslag en aanvoer i.v.m. tegengaan hinder / vertraging;
- Correcte wijze van verwerking materialen;
- Controle verdichting bomengranulaat;
- Controle en bewaking zuurstofgehalte in de ondergrond;
- Werken volgens Norminstituut bomen: 'werken rond bomen' (www.bomenposter.nl)
- Rapporteren aan de directie.
2.7.
De beoordeling van de inschrijvingen heeft plaatsgevonden door een beoordelingsteam bestaande uit vijf personen, te weten twee externe deskundigen van Arcadis en drie deskundigen die in dienst zijn van de Gemeente. De beoordelaars hebben de inschrijvingen eerst ieder individueel beoordeeld. Vervolgens zijn de individuele beoordelingen plenair bespreken binnen het beoordelingsteam en is per beoordelingsaspect de uiteindelijke beoordeling vastgesteld op basis van consensus.
2.8.
Het proces-verbaal van aanbesteding van 23 februari 2017 vermeldt de door de beoordelingscommissie aan alle inschrijvers toegekende scores voor de verschillende aspecten en de daarbij behorende fictieve kortingen.
Ten aanzien van het beoordelingsaspect A3 (Communicatie) heeft de beoordelingscommissie de Combinatie drie punten toegekend (sluit goed aan).
De motivering daarbij luidt:
Het aspect communicatie met opdrachtgever- stakeholder en omgeving wordt goed geborgd.
+ Dagelijkse openstelling van infopunt
+ Communicatie met AZC
+ Gebruik van meerdere infokanalen
- Geen adequate klachtenafhandeling: de benodigde tijd van 72 uur voor klachtenafhandeling duurt te lang;
Ten aanzien van het beoordelingsaspect A5 (Groen) heeft de beoordelingscommissie de Combinatie twee punten toegekend (sluit voldoende aan).
De motivering daarbij luidt:
Het aspect groen wordt voldoende geborgd.
+ Groen wordt summier belicht in het plan, de revisie wordt daarentegen wel expliciet benoemd;
+ Inzet ETT-er
- De werkwijze rondom bestaande bomen wordt gemist.
2.9.
Bij brief van 1 maart 2017 heeft de Gemeente op basis van de gunningscriteria de inschrijving van Aannemingsmaatschappij Van Gelder B.V. te Elburg (hierna te noemen Van Gelder) aangemerkt als economisch meest voordelige inschrijving. De Gemeente is voornemens het werk aan Van Gelder te gunnen.
2.10.
De Combinatie heeft bij brief van 10 maart 2017 de Gemeente om herbeoordeling van haar inschrijving verzocht.
2.11.
De Gemeente heeft bij brief van 21 maart 2017 dit verzoek van de Combinatie gemotiveerd afgewezen.

3.Het geschil

3.1.
De Combinatie vordert bij vonnis, voor zoveel mogelijk uitvoerbaar bij voorraad;
Primair:
a. De Gemeente te gebieden om binnen 48 uur na de datum van dit vonnis, althans binnen een door de rechtbank in goede justitie te bepalen termijn, de voorlopige gunningsbeslissing van de Gemeente in te trekken;
b. De Gemeente te verbieden de opdracht te gunnen aan een ander dan de Combinatie;
c. De Gemeente te gebieden om binnen 48 uur na de datum van dit vonnis, althans binnen een door de rechtbank in goede justitie te bepalen termijn, de opdracht te gunnen aan de Combinatie, voor zover de Gemeente de opdracht nog wenst te gunnen.
Subsidiair:
a. De Gemeente te gebieden om binnen 48 uur na de datum van dit vonnis, althans binnen een door de rechtbank in goede justitie te bepalen termijn, de voorlopige gunningsbeslissing van de Gemeente in te trekken;
b. De Gemeente te gebieden om binnen 14 dagen na de datum van dit vonnis, althans binnen een door de rechtbank in goede justitie te bepalen termijn, de inschrijving van de Combinatie te laten beoordelen door een nieuw van de Gemeente onafhankelijk beoordelingsteam;
c. De Gemeente te gebieden om binnen 14 dagen na de hiervoor onder sub b gevorderde herbeoordeling, althans binnen een door de rechtbank in goede justitie te bepalen termijn, een nieuwe voorlopige gunningsbeslissing te nemen;
Meer subsidiair:
a. De Gemeente te gebieden om binnen 48 uur na de datum van dit vonnis, althans binnen een door de rechtbank in goede justitie te bepalen termijn, de voorlopige gunningsbeslissing van de Gemeente in te trekken;
b. De Gemeente te gebieden om binnen 14 dagen na de datum van dit vonnis, althans binnen een door de rechtbank in goede justitie te bepalen termijn, het werk als genoemd in de Inschrijfleidraad opnieuw aan te besteden, voor zover de Gemeente deze opdracht wenst te gunnen;
Uiterst subsidiair:
a. die voorziening te treffende die de rechtbank in goede justitie passend acht en recht doet aan de belangen van de Combinatie
De Gemeente te veroordelen in de proceskosten, en de nakosten, dit tot een bedrag van
€ 131,- zonder betekening, te verhogen met € 68,- in geval van betekening.
3.2.
De Gemeente voert verweer en verzoekt de voorzieningenrechter de vorderingen van de Combinatie af te wijzen, een en ander, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, met veroordeling van de Combinatie in de kosten van het geding aan de zijde van de Gemeente, waaronder begrepen een redelijke tegemoetkoming in de kosten van rechtsbijstand van de Gemeente, alsmede nakosten ten bedrage van € 131,- zonder betekening en van € 199,- met betekening van het in deze zaak te wijzen vonnis, met de aantekening dat daarover de wettelijke rente zal zijn verschuldigd indien aan een en ander niet is voldaan binnen veertien dagen na datum vonnis.

4.De standpunten van partijen

4.1.
De Combinatie stelt dat de Gemeente met betrekking tot de aspecten A3 (Communicatie) en A5 (Groen) evidente beoordelingsfouten heeft gemaakt en zich niet heeft gehouden aan de uitgangspunten zoals geformuleerd in de publicatie 253 van het CROW 'Gunnen op waarde'. Bij een correcte beoordeling en puntentoekenning door de Gemeente had de Combinatie een fictieve korting van respectievelijk € 165.000,- en € 110.000,- toegekend moeten krijgen. Op grond daarvan had de totale fictieve korting als genoemd in het proces-verbaal van aanbesteding van 23 februari 2017 op € 1.600.000,- vastgesteld dienen te worden. Dit dient te leiden tot een fictieve inschrijfsom van € 1.044.000,- van de Combinatie, zijnde de economisch meest voordelige inschrijving, aldus de Combinatie.
4.2.
Met betrekking tot aspect A3 (Communicatie) stelt de Combinatie dat zij in hoofdstuk 3 van haar Plan van Aanpak heeft vermeld dat de werkwijze van de Combinatie er op gericht is om klachten te voorkomen, met daarbij een zorgvuldige communicatie. Met andere woorden, aldus de Combinatie, preventief, in plaats van reactief (na 72 uur) zoals de commissie concludeert. De Combinatie verwijst daarbij naar de zin:
'Hiermee kunnen wij direct en oplossingsgericht anticiperen op klachten en wensen én bereiken wij optimale transparantie en beheersbaarheid'. De Gemeente had hieruit kunnen (en moeten) afleiden dat de Combinatie (zelfs) proactief, in ieder geval direct en oplossingsgericht, met klachten en wensen van stakeholders om zal gaan, aldus de Combinatie. De 72-uurstermijn zoals is genoemd bij het laatste gedachtestreepje van het hoofdstuk 'Klachtenregistratie: IMBY (In my Backyard) tool' ziet enkel op de administratieve vastlegging van het klachtentraject, niet op de reactietijd en afwikkeling van de klacht zelf. Voorts stelt de Combinatie dat de wijze van klachtenregistratie en niet de tijdsfactor een beoordelingscriterium was.
4.3.
Met betrekking tot het aspect A5 (Groen) heeft de beoordelingscommissie volgens de Combinatie ten onrechte geoordeeld dat 'de werkwijze rondom bestaande bomen wordt gemist'. In hoofdstuk 5 van haar Plan van Aanpak heeft de Combinatie aangegeven dat zij een deskundige heeft geconsulteerd en dat zal worden gewerkt volgens het Norminstituut Bomen: 'werken rond bomen' (www.bomenposter.nl). Volgens de Combinatie is dit een heldere verwijzing naar een normenset, wat in overeenstemming is met de daarvoor geldende uitgangspunten behorend bij de methode 'Gunnen op waarde'. Het is, aldus de Combinatie, in de GWW-sector algemene praktijk en volstrekt gangbaar voor de werkwijze rondom bomen te verwijzen het Norminstituut, het Handboek Bomen (en hoofdstuk 2 van dat Handboek 'werken rond bomen') en de bomenposter. Het Plan van Aanpak borgt door middel van de poster (en de achterliggende normen van het Norminstituut) de werkwijze en geeft hierin voldoende inzicht. Veel gemeenten verwijzen in hun bestek naar het Normeninstituut en de bomenposter. Volgens de Combinatie maakt de Gemeente in haar bestekken hier zelf ook wel gebruik van en heeft de Gemeente een licentie van het Norminstituut. De invulling van de werkzaamheden vindt pas plaats na de kick-off en het is een ETT-er die vervolgens toezicht houdt op de uitvoering van de werkzaamheden conform 'werken rond bomen'. Dat moet volgens de Combinatie mèèr dan 'voldoende' zijn voor het geven van vertrouwen. Het is dan ook onjuist dat de werkwijze rondom bestaande bomen wordt gemist en dat een puntenaftrek bij de meerwaarde op dit kwaliteitsaspect heeft plaatsgevonden.
4.4.
De Gemeente betwist dat de inschrijving van de Combinatie op een onjuiste wijze is beoordeeld. De in hoofdstuk 6 van de Inschrijvingsleidraad genoemde methode 'Gunnen op waarde' volgens publicatie van 253 van het CROW geldt als basis, aldus de Gemeente, maar het beoordelingskader is vervolgens uitgewerkt in de Inschrijvingsleidraad. Volgens de Gemeente is zij op grond van de aanbestedingsprocedure terecht voornemens de opdracht te gunnen aan Van Gelder.
4.5.
De Gemeente voert met betrekking tot het aspect A3 (Communicatie) aan dat zij de nader uitleg van de Combinatie niet leest in haar plan van aanpak. Bovendien gaat het bij de wijze van klachtregistratie om reeds ingediende/geuite klachten en niet om het voorkómen van klachten. De Gemeente betwist voorts dat een snelle en adequate aanpak zou moeten volgen uit de zin
'Hiermee kunnen wij direct en oplossingsgericht anticiperen op klachten en wensen én bereiken wij optimale transparantie en beheersbaarheid'. Deze zin slaat volgens de gemeente op het feit dat door het gebruik van IMBY-tool alle klachtmeldingen 24 uur per dag voor iedereen inzichtelijk zijn. Dit doet geen afbreuk aan het feit dat de Gemeente de klachtenafhandeling niet adequaat vindt vanwege de door de Combinatie aangegeven benodigde tijd van drie werkdagen. Bovendien blijkt uit niets dat de klacht (reeds) enige tijd is opgelost op het moment dat publicatie van de klachtafhandeling plaatsvindt, aldus nog steeds de Gemeente. De tijdsfactor van drie werkdagen is door de Combinatie in haar plan van aanpak vermeld in het kader van de IMBY-tool voor de klachtregistratie en daarom als zodanig beoordeeld.
4.6.
Met betrekking tot het aspect A5 (Groen) betwist de Gemeente dat de verwijzing van de Combinatie naar 'Werken volgens Norminstituut Bomen: 'werken rond bomen' (www.bomenposter.nl)' voldoet aan hetgeen zij in het beoordelingsaspect heeft uitgevraagd. De Gemeente heeft uitdrukkelijk gevraagd om de daarin benoemde criteria te betrekken op (onder meer) de bestaande bomen. Desondanks heeft de Combinatie niets over haar werkwijze met de bestaande bomen vermeld in paragraaf 5 van haar plan van aanpak. De Combinatie verwijst naar een normenset met randvoorwaarden en eisen waaraan voldaan zou moeten worden bij omgang met kwetsbare bomen in het algemeen. In het onderhavige beoordelingsaspect vraagt de Gemeente echter expliciet om de mate waarin de inschrijver op bepaalde vlakken invulling geeft aan de omgang met bestaande bomen in deze specifieke opdracht. Een verwijzing naar een algemene normenset laat dat niet zien, aldus de Gemeente.
4.7.
De Gemeente betwist voorts dat zij over een licentie van het Normeninstituut beschikt en dat zij het Handboek Bomen toepast. De Gemeente wijst er daarbij op dat, ook als het Handboek wel van toepassing zou zijn, uit hoofdstuk 2 het Handboek ('werken rond bomen') volgt dat de werkzaamheden project-specifiek moeten worden omschreven met een goedgekeurd werkplan. Volgens paragraaf 2.4. van het Handboek moet het werkplan gedetailleerd per boom vermelden wanneer, op welke wijze, volgens welke randvoorwaarden, met welk materiaal en met welke hulpmiddelen werkzaamheden moeten worden uitgevoerd. Gezien de beperkte omvang van het plan van aanpak (5 A4-tjes) had volstaan kunnen worden met een kernachtige omschrijving met betrekking tot de bestaande bomen. De Combinatie heeft echter geen enkele omschrijving gegeven, noch bijlagen toegevoegd, maar volstaan met een verwijzing naar een normenset, welke zij evenmin heeft bijgevoegd. Dit terwijl de bestaande bomen staan getekend op de tekeningen bij de aanbesteding, zodat op voorhand duidelijk was om hoeveel bomen het zou gaan.

5.De beoordeling

5.1.
De voorzieningenrechter is van oordeel dat het spoedeisend belang voortvloeit uit de aard van de vordering.
5.2.
Vooropgesteld wordt dat de criteria die de Gemeente heeft geformuleerd kwalitatieve criteria zijn en dat enige mate van subjectiviteit inherent is aan de beoordeling van dergelijke criteria. Weliswaar staat dat (enigszins) op gespannen voet met de objectieve beoordelingssystematiek van het aanbestedingsrecht en de daarop toepasselijke beginselen van transparantie en gelijke behandeling, maar het behoeft - op zichzelf - nog niet mee te brengen dat ook daadwerkelijk sprake is van strijd met dat recht c.q. die beginselen. Van belang is dat (i) zodanige criteria worden geformuleerd dat het voor een kandidaat-inschrijver volstrekt duidelijk is aan welke kwaliteitseisen hij moet voldoen, (ii) de inschrijvingen aan de hand van een zo objectief mogelijk systeem worden beoordeeld, en (iii) de aanbestedende dienst zijn uiteindelijke keuze motiveert op een wijze die het voor de afgewezen inschrijvers mogelijk maakt om (a) de wijze waarop de beoordeling heeft plaatsgevonden te toetsen en (b) te controleren of de beoordeling de (voorlopige) gunningsbeslissing rechtvaardigt. Voor het overige komt de rechter slechts een beperkte toetsingsvrijheid toe wanneer het aankomt op de beoordeling van kwaliteitscriteria. Aan de aangewezen - deskundige - beoordelaars moet dienaangaande de nodige vrijheid worden gegund. Dat klemt temeer nu van de rechter niet kan worden verlangd dat hij specifieke deskundigheid bezit op het gebied van het onderwerp van de opdracht. Slechts indien sprake is van - procedurele dan wel inhoudelijke - onjuistheden, dan wel onduidelijkheden die zouden kunnen meebrengen dat de (voorlopige) gunningsbeslissing niet deugt, is plaats voor ingrijpen door de rechter.
5.3.
De Combinatie heeft bij het aspect A3 (Communicatie) onder klachtenregistratie vermeldt dat zij door middel van de IMBY-tool er voor zorgt dat binnen drie werkdagen een SMART geformuleerde reactie gepubliceerd wordt op de IMBY-site op welke wijze zij klachten oplost of kansen meeneemt. De beoordelingscommissie heeft deze door de Combinatie in haar inschrijving vermelde termijn met een - (min) beoordeeld. Naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter is daarmee niet sprake van een evident onjuiste beoordeling. De door de Combinatie genoemde termijn van drie werkdagen waarbinnen zij een reactie op een klacht publiceert is immers een gegeven. Dat de Combinatie met de door haar voorgestelde IMBY-tool '
direct en oplossingsgericht wil anticiperen op klachten en wensen, maakt dat niet anders. Gelijk de Gemeente heeft aangevoerd slaat deze zin - gezien de context waarin deze is geplaatst - terug op het feit dat door de IMBY-tool alle klachtmeldingen (en de reactie van de Combinatie daarop) 24 uur per dag inzichtelijk zijn. Vervolgens heeft de Combinatie bij de toelichting op de werking van deze tool aangegeven dat de reactie van de Combinatie op klachten en wensen binnen drie werkdagen wordt gepubliceerd. Daar mocht de Gemeente naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter de conclusie uit trekken dat de benodigde tijd voor klachtenafhandeling 72 uur bedroeg. Dat die tijd ziet op de administratieve vastlegging van het klachtentraject, zoals de Combinatie heeft betoogd, volgt daar naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter niet uit. Het behoort vervolgens tot de vrijheid van de beoordelaars van de inschrijving om de genoemde duur van klachtenafhandeling als niet adequaat te kwalificeren.
5.4.
Dat de duur van klachtenafhandeling niet als relevant beoordelingscriterium was geduid, zoals de Combinatie voorts heeft aangevoerd, kan haar naar het voorlopig voordeel van de voorzieningenrechter evenmin baten. De wijze van klachtenregistratie was één van de belangrijke criteria met betrekking tot de te geven invulling aan het communiceren met de opdrachtgever, stakeholders en de omgeving. In dat kader heeft de Combinatie zelf haar IMBY-tool geïntroduceerd. De praktische uitvoering daarvan mocht de beoordelingscommissie naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter dan ook in de beoordeling van het aspect communicatie betrekken.
5.5.
Met betrekking tot het aspect A5 (Groen) is de voorzieningenrechter van oordeel dat de Gemeente terecht heeft geoordeeld dat de Combinatie in haar inschrijving niet kon volstaan met een verwijzing naar het werken volgens het Norminstituut Bomen: 'werken rond bomen' (www.bomenposter.nl). Weliswaar geeft de methode 'Gunnen op waarde' aan dat het onzinnig is om eisen die zijn vastgelegd in normen te herhalen, doch dat is niet waar het in het onderhavige geval om draait. Het enkel werken conform bepaalde eisen en normen geeft immers niet aan hoe de inschrijver van plan is bij dit project om te gaan met de gevraagde invulling met betrekking tot (bestaande) bomen, bomengranulaat, permavoid kratten, etc. Het verwijst naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter slechts naar de (rand)voorwaarden die de inschrijver bij de uitvoering van de opdracht in acht zal nemen. Daarmee heeft de Combinatie echter niet inzichtelijk gemaakt op welke wijze zij concreet en project-specifiek invulling zal geven aan de door de Gemeente genoemde onderdelen. De voorzieningenrechter is dan ook van oordeel dat niet aannemelijk is geworden dat de Gemeente een evidente beoordelingsfout heeft gemaakt. Dat de Combinatie, door het raadplegen van het bureau Pius Flores en de inschakeling van een ETT-er, voornemens is op professionele wijze met het aspect Groen om te zullen gaan, maakt dat niet anders. Voor de inschakeling van een ETT-er is de inschrijving van de Combinatie immers met een + gewaardeerd.
5.6.
Het betoog van de Combinatie dat het volstrekt te doen gebruikelijk is om in bestekken te volstaan met een verwijzing naar (bijvoorbeeld) de bomenposter, het Norminstituut of het Handboek Bomen, kan haar evenmin baten. De Gemeente heeft in haar bestek immers niet verwezen naar het Norminstituut of de bomenposter. Dat de Gemeente volgens de Combinatie wel bekend is met het Norminstituut en de bomenposter, doet daar niet aan af. Overigens behelst een verwijzing naar de Bomenposter en/of het Normeninstituut in een bestek naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter ook niets meer dan een verwijzing naar te stellen eisen, niet naar de wijze van invulling van de opdracht. Bovendien is zodanig verwijzing in een bestek iets anders dan een zodanige verwijzing in een inschrijving. Blijkens de Handleiding (validatie en gebruik) van het Handboek Bomen, waarnaar de Combinatie heeft verwezen, dient de aannemer, bij toepassing van het Handboek Bomen, reeds bij inschrijving via een globaal Plan van Aanpak aan te geven hoe het werk zal worden uitgevoerd. Voorts overweegt de voorzieningenrechter dat, gelijk de Gemeente heeft aangevoerd, uit hoofdstuk 2 (werken rond bomen) van het Handboek volgt dat de werkzaamheden project-specifiek moeten worden omschreven. Behoudens het opsommen van een aantal werkzaamheden waarover een ETT-er zal adviseren en waarop hij toezicht zal houden, heeft de Combinatie niet specifiek aangegeven op welke wijze zij invulling geeft aan de onderdelen met betrekking tot bestaande bomen, bomengranulaat, permavoid kratten, etc. De Gemeente heeft naar het voorlopig oordeel van de voorzieningenrechter terecht geoordeeld dat, anders dan was uitgevraagd, de Combinatie in haar plan van aanpak de werkwijze onvoldoende concreet had uitgewerkt waardoor de werkwijze rondom bestaande bomen werd gemist.
5.7.
De voorzieningenrechter komt dan ook tot het oordeel dat niet aannemelijk is geworden dat de Gemeente evidente beoordelingsfouten heeft gemaakt, noch dat de Gemeente onzorgvuldig gehandeld door de inschrijving van de Combinatie te beoordelen zoals zij blijkens het proces-verbaal van aanbesteding heeft gedaan. Hieruit volgt dat voor rechterlijk ingrijpen geen plaats is en dat alle vorderingen van de Combinatie voor afwijzing gereed liggen.
5.8.
De Combinatie zal als de in het ongelijk te stellen partij worden veroordeeld in de proceskosten, tot op heden aan de zijde van de Gemeente vastgesteld op:
- griffierecht € 618,00
- salaris advocaat
816,00
Totaal € 1.434,00,
te vermeerderen met de nakosten als na te melden.

6.De beslissing

De voorzieningenrechter:
6.1.
wijst de vorderingen af,
6.2.
veroordeelt de Combinatie in de proceskosten, aan de zijde van de Gemeente tot op heden begroot op € 1.434,-, te vermeerderen met de wettelijke rente over dit bedrag met ingang van veertien dagen na heden tot de dag van volledige betaling,
6.3.
veroordeelt de Combinatie in de na dit vonnis ontstane kosten, begroot op € 131,00 aan salaris advocaat, te vermeerderen, onder de voorwaarde dat de Combinatie niet binnen 14 dagen na aanschrijving aan het vonnis heeft voldaan en er vervolgens betekening van de uitspraak heeft plaatsgevonden, met een bedrag van € 68,00 aan salaris advocaat, en te vermeerderen met de wettelijke rente over de nakosten met ingang van veertien dagen na de betekening van dit vonnis tot aan de voldoening,
6.4.
verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. H.J. Idzenga en in het openbaar uitgesproken op 24 mei 2017. [1]

Voetnoten

1.C: 110