ECLI:NL:RBNNE:2017:3046

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
9 augustus 2017
Publicatiedatum
9 augustus 2017
Zaaknummer
C/17/153662 / HA ZA 17-54
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
  • E.Th.M. Zwart-Sneek
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot ontbinding van koopovereenkomst van een sportpaard wegens non-conformiteit

In deze zaak heeft eiseres, een koper van een sportpaard, een vordering ingesteld tegen de verkoper, VDL-STUD EXPORT JR. B.V., met als doel de koopovereenkomst te ontbinden. Eiseres stelt dat het paard niet voldoet aan de verwachtingen die zij had op basis van de koopovereenkomst, omdat het paard gedragsproblemen vertoont, waardoor het niet geschikt is voor de dressuursport. De rechtbank heeft de procedure gevolgd, waarbij onder andere een tussenvonnis en een comparitie van partijen heeft plaatsgevonden. Eiseres heeft het paard in september 2015 gekocht voor € 43.000,00, maar heeft na enkele maanden problemen ervaren met het paard, wat leidde tot haar verzoek om ontbinding van de koopovereenkomst. De rechtbank heeft de feiten en omstandigheden rondom de koopovereenkomst en de gedragsproblemen van het paard zorgvuldig onderzocht. Eiseres heeft onder andere video-opnames en verklaringen van deskundigen overgelegd ter onderbouwing van haar stellingen. De rechtbank heeft echter geoordeeld dat eiseres onvoldoende bewijs heeft geleverd voor haar claims over de gedragsproblemen van het paard. De rechtbank heeft ook overwogen dat VDL haar verplichtingen is nagekomen en dat eiseres op de hoogte was van de eerdere afwijzing van het paard voor de hengstenkeuring. Uiteindelijk heeft de rechtbank de vorderingen van eiseres afgewezen en haar veroordeeld in de proceskosten van VDL.

Uitspraak

vonnis

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling privaatrecht
Locatie Leeuwarden
zaaknummer / rolnummer: C/17/153662 / HA ZA 17-54
Vonnis van 9 augustus 2017
in de zaak van
[eiseres],
wonende te [woonplaats] ,
eiseres,
advocaat mr. F.Y. de Reus te Assen,
tegen
de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
VDL-STUD EXPORT JR. B.V.,
gevestigd te Bears,
gedaagde,
advocaat mr. A. Kroondijk te Wolvega.
Partijen zullen hierna [eiseres] en VDL genoemd worden.

1.De procedure

1.1.
Het verdere verloop van de procedure blijkt uit:
  • het tussenvonnis van 3 mei 2017
  • het proces-verbaal van comparitie van 19 juni 2017.
1.2.
Bij brief zijdens VDL van 6 juli 2017, waarop door [eiseres] desgevraagd niet is gereageerd, is aangegeven dat het proces-verbaal de navolgende kennelijke verschrijvingen bevat:
- pag. 1 onderaan 'W.I. van de Langezwaag' behoort te zijn 'W.Y. van de Lageweg'
- pag. 4, vetgedrukt 'Van de Langezwaag' behoort te zijn 'Van de Lageweg'.
Nu naar het oordeel van de rechtbank inderdaad sprale is van een kennelijke verschrijving dient het proces-verbaal met inachtneming van deze verschrijvingen te worden gelezen.
1.3.
In aanvulling op de stukken vermeld in het tussenvonnis van 3 mei 2017 maken tevens onderdeel van het procesdossier uit een akte van depot zijdens [eiseres] van 16 maart 2017 en een akte van depot zijdens VDL van 19 april 2017.
1.4.
Ten slotte is wederom vonnis bepaald.

2.De feiten

2.1.
Partijen - [eiseres] als koper en VDL als verkoper - hebben in september 2015 een koopovereenkomst gesloten met betrekking tot het paard [naam paard] ( [gegevens paard] ) - hierna: [naam paard] - tegen betaling van een koopsom van € 43.000,00. [naam paard] , geboren in 2012, was een (destijds) 3-jarige hengst die op dat moment ongeveer een half jaar onder het zadel was. [naam paard] is door [eiseres] gekocht teneinde hiermee uiteindelijk in de dressuursport op hoog niveau aan wedstrijden deel te nemen. Ook wilde zij er eventueel hobbymatig mee gaan fokken. Daartoe wilde [eiseres] [naam paard] ter keuring aanbieden bij het KWPN.
2.2.
[naam paard] was vóór het sluiten van de onderhavige koopovereenkomst in Duitsland aangewezen als reservekampioen bij de hengstenkeuring van het stamboek Mecklenburg/Vorpommern (een Duits paardenstamboek). Tevens is [naam paard] vóór het sluiten van de onderhavige koopovereenkomst aangeboden op de KWPN Hengstenkeuring (voorkeuring). [naam paard] werd toen niet aangewezen voor de tweede bezichtiging.
2.3.
Alvorens tot het sluiten van de hiervoor bedoelde koopovereenkomst is overgegaan, is [naam paard] op 10 september 2015 veterinair gekeurd.
2.4.
[naam paard] is vervolgens aan [eiseres] geleverd.
2.5.
De koopsom is door [eiseres] voldaan door betaling van een bedrag van
€ 40.000,00 (een bedrag van € 20.000,00 per bank en een bedrag van
€ 20.000,00 contant), alsmede het leveren aan VDL van een veulen ter waarde van
€ 3.000,00.
2.6.
[eiseres] heeft [naam paard] een paar keer door een professionele ruiter, te weten de heer [naam ruiter] (hierna: [naam ruiter] ), laten rijden. [naam ruiter] is gespecialiseerd in het zadelmak maken en trainen van jonge paarden.
2.7.
Bij brief van 4 november 2015 heeft [eiseres] onder meer het volgende aan VDL medegedeeld:
[…]
Het door mij van u aangekocht paard [naam paard] , blijkt tot op dit moment niet te voldoen aan het doel waarvoor hij is aangekocht: sport en dressuurpaard. Tot op heden is voor mij in het geheel onmogelijk om hem te berijden. Sinds ik [naam paard] in mijn bezit heb, laat ik, vanaf het begin, meerdere keren per week een professional op hem rijden. Hij vertoont ontoelaatbaar gedrag dat zich uit in rodeo achtig bokken. Ik beroep mij op non-conformiteit van [naam paard] .
[…]
2.8.
Naar aanleiding van de hiervoor bedoelde brief van 4 november 2015 is VDL met een eigen ruiter ( [naam eigen ruiter] - hierna: [naam eigen ruiter] ), die [naam paard] vóór het sluiten van de koopovereenkomst enkele maanden heeft getraind, bij [naam paard] gaan kijken. VDL heeft [eiseres] vervolgens aangeboden om [naam paard] op kosten van VDL een maand lang door [naam ruiter] laten trainen. [eiseres] heeft hiermee ingestemd.
2.9.
Na afloop van de hiervoor bedoelde periode van een maand zijn partijen overeengekomen dat [naam paard] twee maanden zou worden gestald en getraind op [naam stal 1] en wel op kosten van beide partijen, ieder voor de helft.
2.10.
[eiseres] heeft [naam paard] na afloop van de periode van twee maanden bij [naam stal 1] eenmaal laten berijden door de heer [naam specialist] (hierna: [naam specialist] ). [naam specialist] is specialist in het zadelmak maken en rijden van probleempaarden. [naam specialist] is toen van [naam paard] afgevallen.
2.11.
Vervolgens heeft [eiseres] [naam paard] bij [naam stal 2] gebracht, alwaar het paard bereden is. [eiseres] en [naam stal 2] hebben vervolgens afgesproken dat [naam paard] door [naam stal 2] verder gereden zou worden en op stal zou blijven staan. Uiteindelijk heeft [naam paard] van 13 tot en met 29 april 2016 bij [naam stal 2] gestald gestaan. Nadat [naam stal 2] had vernomen dat er met betrekking tot [naam paard] een juridisch geschil bestond met VDL, heeft [naam stal 2] [eiseres] laten weten dat zij geen verdere bemoeienis met [naam paard] wilde hebben. [naam paard] is toen door [eiseres] opgehaald.
2.12.
Bij brief van 25 april 2016 heeft [eiseres] de onderhavige koopovereenkomst ontbonden, dan wel vernietigd.
2.13.
In een schriftelijke verklaring van 19 mei 2016 heeft Heinz Voß - die [naam paard] volgens zijn verklaring ongeveer acht keer bij [naam ruiter] onder het zadel heeft gezien - onder meer het volgende verklaard:
[…]
Unter Mithilfe eines Mitarbeiters ist Herr [naam ruiter] vorsichtig in den Sattel gestiegen. Eine sofortige Verspannung des Rückenbereiches des Pferdes war erkennbar. Mit langen Zügeln unt unter Festhalten/Sichrern mittels eines Strickes durch den Mitarbeiter wurde das Pferd vorsichtig geführt. Als der Mitarbeiter diese Sicherung löste und das Pferd sich mit dem Reiter mehr oder weniger frei bewegen konnte erfolgten sofortige mehrfache Bocksprünge (aufgewölbter Rückenbereich) und grobe Widersetslichkeit gegenüber dem Reiter, die mehrere Minuten andauerten. Eventuelle Rittigkeit und Anlehnung des Pferdes waren nicht erkennbar.
Herrn [naam ruiter] gelang es aber sich auf dem Pferd zu halten, welches sich dann später auch etwas beruhigte. Infolge der Widersetzlichkeit des Pferdes ist Herr [naam ruiter] auch einmal von diesem Pferd heruntergefallen. […]
Als ich das Pferd erstmalig sah war ich erstaunt daß das Pferd schon mehr als sieben Monaten unter dem Sattel gewesen seind sollte. Man darf von einem Pfert erwarten das es nach sieben Monaten mehr oder weniger problemlos reitbar ist.
Auch bij den folgenden zufälligen Begegnungen auf der Reitanlage des herrn Koormann war eine wesentliche Verbesserung des Verhaltens des Pferdes nicht erkennbar.
[…]
2.14.
In een schriftelijke verklaring van [A] van 24 februari 2017 is vermeld:
[…]
Op donderdag 4 augustus 2015 is [naam eigen ruiter] bij mij op stal geweest met de First William hengst en heeft de hengst bij mij in de binnenbak eerst gelongeerd en daarna bereden. Gedurende deze training heeft de hengst zich voorbeeldig gedragen.
[…]
2.15.
In een schriftelijke verklaring van 25 februari 2017 heeft [B] het volgende verklaard:
[…]
Ik ben gediplomeerd instructrice richt veel jonge paarden af en rijd zelf op grand prix niveau en zoals ik hem heb gezien in de baan is het een gemakkelijk en brave jonge hengst. [naam eigen ruiter] heeft met de hengst [naam paard] vdl bij mij in zowel de binnen als de buitenbak gereden. Eerst in de binnenbaan, daarna is ze naar buiten gegaan om verkoopfoto's te maken. We hebben een grote buitenbaan zonder omheining en er is veel te zien en vooral voor jonge paarden lastig. Hij was heel braaf schrok nergens van en deed geconcentreerd en fijn zijn werk.
[…]
2.16.
In een schriftelijke verklaring van 28 februari 2017 van [naam keuringsdierenarts] - keuringsdierenarts voor paarden die [naam paard] voor het sluiten van de onderhavige koopovereenkomst heeft gekeurd - is vermeld:
[…]
Ondergetekende dierenarts verklaart op 10-09-2015 het paard [naam paard] […] gekeurd te hebben. Het dier werd aangeboden voor een klinische en röntgenologische keuring ten behoeve van sport en fokkerijdoeleinden. Het dier was reeds goedgekeurd voor een Duits stamboek. Koper wilde de hengst
opnieuwaanbieden bij het KWPN (tijdens de keuring is ter sprake geweest dat het dier reeds aangeboden was). Het dier is klinisch en röntgenologisch gezond verklaart.
[…]
2.17.
In een schriftelijke verklaring van [naam keuringsdierenarts] van 28 februari 2017 is vermeld:
[…]
Half mei 2015 heeft [naam eigen ruiter] de hengst [naam paard] bij mij in de bak gereden, dit om te kijken hoe hij zich op vreemd terrein zou gedragen.
Ze heeft hem eerst gelongeerd waarna ze is opgestapt en in onze 20 x 60 binnenbaan heeft rondgereden.
Het paard heeft zich normaal en braaf gedragen, en vertoonde hierbij geen spanning.
[…]
2.18.
In een schriftelijke verklaring van [D] van 1 maart 2017 is onder meer vermeld:
[…]
Hierbij verklaar ik ([…] gediplomeerd instructrice ORUN en NHB Deurne) dat ik eind juni 2015 [naam eigen ruiter] met de 3 jarige hengst [naam paard] […] in de les heb gehad. Er is mij toen niet iets buitensporigs opgevallen qua karakter en/of lichamelijke gebreken. De instructies van mij kon de hengst zonder problemen uitvoeren. De hengst was werkwillig en gehoorzaam zeker voor een 3 jarige hengst. Ook de nieuwe omgeving was voor dit paard geen enkel probleem, geen spanning of onveilig gevoel bij de ruiter.
[…]
2.19.
In een 4 maart 2017 gedateerde verklaring heeft [E] van [naam stal 1] verklaard:
[…]
Wij hebben deze hengst voor een periode van 2 maanden in training gehad. Hij was destijds in eigendom van de fam. [eiseres] uit [plaatsnaam] . Hij is 9 januari 2016 bij ons in training gekomen en
9 maart 2016 weer opgehaald door de eigenaar.
In de 2 maanden dat wij deze hengst hebben getraind hebben wij geen bijzonderheden aangetroffen. Het was een jong paard en hij was nog vrij groen in zijn opleiding maar hij pakte de training goed op. Hij is bij ons op stal getraind door [F] en [G] en beide amazones konden er goed mee overweg.
[…]
2.20.
In een schriftelijke verklaring van 9 maart 2017 heeft [naam eigen ruiter] onder meer het volgende verklaard:
[…]
Ik heb voor VDL Stud het paard [naam paard] gereden.
[…]
Hij stond bij mij overdag een uurtje in de wei, ging in de paddock en ik reed hem ongeveer 4 x in de week. Ik heb hem in de binnen en buitenbak gereden en daarnaast heb ik hem regelmatig uitgestapt op de weg of over het land.
Ik heb hem meegenomen naar de les, zo nu en dan naar een vreemde locatie, zodat hij nieuwe dingen ziet en leert. Hij heeft zich nooit vreemd of lastig gedragen en onder het zadel is hij altijd meewerkend geweest. Braaf in de hand, op de auto en met rijden in een vreemde omgeving.
[…]
We gaan naar de dierenarts en ze heeft een hele lijst met vragen voor de dierenarts ook geeft ze aan dat het paard gekeurd moet worden voor de sport en voor de fokkerij, ze heeft grootste plannen ze gaat hem klaar laten maken om hem nogmaals aan te bieden bij het kwpn en hij moet op het hoogste niveau mee gaan lopen in de dressuursport.
Ze wil dat ik hem eerst rijd en daarna gaat ze er zelf op. Ze is zeer gespannen, wat ze iets overbrengt op het paard. Ik help haar met rijden en het gaat geleidelijk steeds iets beter.
[…]
Ik vraag haar nogmaals of het goed gaat komen thuis omdat het duidelijk is dat ze er onzeker over is. Ze geeft nogmaals aan dat ze veel hulp krijgt en dat ze hem door laat rijden door iemand anders. Dit totdat ze er zelf mee kan rijden omdat ze zoals ze eerder aangeeft het geld niet heeft voor een ouder paard met deze kwaliteit.
[…]
Ook heb ik duidelijk gemaakt dat het een jonge hengst betreft en dat hij zijn energie kwijt moet.
[…]
Geruime tijd later kwam ik, per toeval bij [naam stal 2] , de hengst weer tegen. Hij zag er top uit, weer mooi in zijn haar en met een frisse blik. Ze gingen hem rijden en ik ben blijven kijken. De stalruiter reed hem vriendelijk en netjes en vond het een fijn paard. [H] gaf aan dat hij Mevr. [eiseres] meerdere malen heeft gevraagd om te komen rijden omdat het een vreselijk braaf paard is maar ze wilde er niets van weten […]
2.21.
In een verklaring van [naam specialist] van 27 maart 2017 is vermeld:
[…]
Ik ben specialist op het gebied van zadelmak maken en het rijden van probleempaarden.
In mijn ogen is dit een normaal geschikt sportpaard.
[…]

3.De vordering

3.1.
De vordering van [eiseres] strekt ertoe, dat de rechtbank bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad:
I.
primair:
voor recht verklaart dat de onderhavige overeenkomst op 25 april 2016 is ontbonden, met veroordeling van VDL tot terugbetaling aan [eiseres] van de koopsom ad € 43.000,00, alsmede gelijktijdige terugname van het paard binnen 14 dagen na betekening van dit vonnis, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 10 mei 2016 tot aan de algehele voldoening;
subsidiair:
de onderhavige overeenkomst ontbindt met veroordeling van VDL tot terugbetaling aan [eiseres] van de koopsom ad € 43.000,00 alsmede gelijktijdige terugname van het paard binnen 14 dagen na betekening van dit vonnis, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding tot aan de algehele voldoening;
tertiair:
voor recht verklaart dat de onderhavige overeenkomst op 25 april 2016 is vernietigd, met veroordeling van VDL in terugbetaling aan [eiseres] van de koopsom ad € 43.000,00 alsmede gelijktijdige terugname van het paard binnen 14 dagen na betekening van dit vonnis, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf 10 mei 2016 tot aan de algehele voldoening;
meer tertiair:
de overeenkomst vernietigt, met veroordeling van VDL tot terugbetaling aan [eiseres] van de koopsom ad € 43.000,00 alsmede gelijktijdige terugname van het paard binnen 14 dagen na betekening van dit vonnis, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding tot aan de algehele voldoening;
nog meer tertiair:
de overeenkomst partieel ontbindt met veroordeling van VDL tot terugbetaling aan [eiseres] van een bedrag zoals de rechtbank in goede justitie zal vermenen te behoren, te betalen binnen 14 dagen na betekening van dit vonnis;
II.
VDL veroordeelt om aan [eiseres] ten titel van schadevergoeding wegens toerekenbaar tekortkoming te betalen het bedrag van € 7.960,66, te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de dag der dagvaarding tot aan de algehele voldoening, alsmede de stallingskosten van € 250,00 per maand vanaf januari 2017 tot aan de dag van het ophalen van het paard, alsmede de overige kosten die [eiseres] vanaf januari 2017 ten behoeve van het paard heeft gemaakt;
III.
VDL veroordeelt tot betaling van de buitengerechtelijke incassokosten ad € 1.250,00.
IV. VDL veroordeelt in de kosten van deze procedure, alsmede de nakosten daarvan.
3.2.
VDL voert verweer.
3.3.
Op de stellingen en verweren van partijen wordt hierna - voor zover van belang - nader ingegaan.

4.Het geschil en de beoordeling daarvan

4.1.
[eiseres] heeft zich beroepen op (buitengerechtelijke) ontbinding van de koopovereenkomst, dan wel vernietiging van die overeenkomst. Tevens vordert zij aanvullende schadevergoeding. [eiseres] heeft hiertoe gesteld dat sprake is van een gedragsprobleem bij [naam paard] , alsmede dat VDL haar niet op de hoogte heeft gesteld van de omstandigheid dat [naam paard] reeds was aangeboden voor de hengstenkeuring van het stamboek KWPN en toen was afgewezen. Hierna zal op deze twee punten nader worden ingegaan.
4.2.
Gedragsprobleem
4.2.1.
[eiseres] heeft allereerst gesteld dat [naam paard] niet aan de koopovereenkomst beantwoordt omdat er sprake is van een gedragsprobleem bij [naam paard] . Indien zij hiervan geweten had, zou zijn [naam paard] niet hebben gekocht, aldus [eiseres] . Volgens [eiseres] vertoont [naam paard] onvoorspelbaar gedrag in de vorm van "rodeo-achtig bokken". [eiseres] heeft ter onderbouwing van deze stelling verwezen naar een door haar gedeponeerde USB-stick waarop video's van [naam paard] staan waarin [naam paard] dit gedrag vertoont, alsmede naar een schriftelijke verklaring van Heinz Voß van 19 mei 2016. Voorts wijst [eiseres] op de omstandigheid dat [naam specialist] , een specialist in het zadelmak maken en rijden van probleempaarden, van [naam paard] is afgevallen tijdens het "rodeo-achtig bokken", welk voorval is te zien op één van de video's op de gedeponeerde USB-stick.
4.2.2.
VDL heeft betwist dat sprake is van een gedragsprobleem bij [naam paard] . Slechts om haar goede reputatie te behouden, waarbij het uitgangspunt wordt gehanteerd dat iedere klant naar tevredenheid wordt bediend, heeft zij destijds aan [eiseres] het aanbod gedaan om [naam paard] door derden te laten trainen. Op de (geluidloze) video's die te zien zijn op de door [eiseres] in het geding gebrachte USB-stick is volgens VDL te zien dat [naam paard] geschrokken is en mogelijk angst had ( [naam paard] knijpt met zijn staart). Deze angst kan diverse oorzaken hebben. Voor een nog jonge hengst is het van belang dat het vertrouwen heeft in de ruiter alvorens het wordt meegenomen op vreemde locaties, waarbij het paard (blijkens deze video's) ook nog is blootgesteld aan in de rijbak opgestelde hindernissen, andere paarden, een wedstrijdring en dergelijke. Vertrouwen, geduld en begeleiding zijn dan ook uitermate belangrijk in de opleiding van een paard, dat van nature een vluchtdier is, aldus nog steeds VDL. Ten aanzien van de video waarop de val van [naam specialist] wordt getoond, heeft VDL opgemerkt dat [naam paard] eerst ontspannen stapt, vervolgens flink "de sporen" krijgt en [naam specialist] zelf afgeleid lijkt te zijn. Nadat [naam paard] struikelt en door de achterhand zakt, raak hij in paniek en komt [naam specialist] steeds losser in het zadel te zitten en lijkt [naam paard] hier angstig van te worden. Nadat [naam specialist] vervolgens vrij eenvoudig zonder hulp weer opstapt, vervolgt hij op een ontspannen manier - en al bellend - zijn weg. VDL verwijst voorts naar de door haar in het geding gebrachte schriftelijke verklaringen (waaronder die van [naam specialist] waaruit volgt dat [naam paard] een normaal geschikt sportpaard is.
4.2.3.
Naar het oordeel van de rechtbank heeft [eiseres] haar stelling dat sprake is van een gedragsprobleem bij [naam paard] door overlegging van de USB-stick met daarop video's van [naam paard] en de schriftelijke verklaring van Heinz Voßs onvoldoende onderbouwd. Op de video's is weliswaar te zien dat [naam paard] een aantal keren bokt, maar dit bokken kan naar het oordeel van de rechtbank - waarbij in aanmerking wordt genomen dat het hier een nog relatief jonge hengst betreft (in 2016 vier jaar oud) - in het licht van het gemotiveerde verweer van de zijde van VDL niet tot het oordeel leiden dat sprake is van een gedragsprobleem bij [naam paard] . Nog afgezien van de specifieke omstandigheden in de hiervoor bedoelde (geluidloze) video's (waarbij VDL terecht heeft gewezen op de blootstelling aan hindernissen, andere paarden, een wedstrijdring, terwijl niet valt te beoordelen aan welke geluiden het paard heeft blootgestaan) staat hiertegenover dat VDL op een ter griffie gedeponeerde USB-stick diverse video's in het geding heeft gebracht (alsmede verwezen naar video's op youtube) waarop [naam paard] is te zien terwijl hij - zoals ook [eiseres] heeft erkend - zeer braaf zijn werk doet. Ook uit de diverse door VDL in het geding gebrachte schriftelijke verklaringen van personen die kennis van zaken hebben en ook daadwerkelijk ervaringen hebben met [naam paard] - die hiervoor onder 2. zijn geciteerd - volgt een beeld van [naam paard] als een brave, drie-/vierjarige hengst. De rechtbank hecht daarbij met name belang aan de verklaringen van [naam eigen ruiter] van 9 maart 2017 en van [E] van [naam stal 1] van 4 maart 2017 omdat deze [naam paard] langere tijd hebben meegemaakt. Tevens acht de rechtbank van belang dat [naam specialist] , die ook door [eiseres] als specialist op het gebied van zadelmak maken en het rijden van probleempaarden is aangeduid, heeft verklaard dat [naam paard] een "normaal geschikt sportpaard" is. De enkele omstandigheid dat hij van [naam paard] is afgevallen, staat daar derhalve in de visie van [naam specialist] zélf niet aan in de weg. De door [eiseres] in het geding gebrachte verklaring van Heinz Voß acht de rechtbank minder van belang. Nog afgezien van het antwoord op de vraag of Heinz Voß kennis van zaken heeft, blijkt uit zijn verklaring dat hij slechts toevalligerwijs een aantal keren heeft gezien dat een ander ( [naam ruiter] ) [naam paard] bereed. Op grond van het voorgaande is de rechtbank van oordeel dat [eiseres] haar stelling dat sprake is van gedragsproblemen bij [naam paard] onvoldoende heeft onderbouwd. De vordering is dan ook niet op deze grond toewijsbaar.
4.2.4.
Gelet op het voorgaande kan het antwoord op de vraag of al dan niet sprake is van een consumentenkoop in het midden worden gelaten. Het antwoord op deze vraag is immers slechts van belang voor het geval geoordeeld zou worden dat wél sprake is van een gedragsprobleem bij [naam paard] in welk kader partijen hebben gedebatteerd omtrent de vraag op wie de bewijslast rust ter zake van de vraag of dit gedragsprobleem al dan niet reeds aanwezig was ten tijde van het sluiten van de koopovereenkomst en in welk kader relevant is of al dan niet sprake is van een consumentenkoop.
4.3.
De hengstenkeuring KWPN
4.3.1.
[eiseres] heeft voorts gesteld dat zij - zoals VDL bekend was - [naam paard] had willen aanbieden voor de hengstenkeuring van het stamboek KWPN in de hoop dat zij een goedgekeurde hengst voor haar eigen hobbyfokkerij zou verkrijgen. Na het sluiten van de koopovereenkomst is haar echter gebleken dat [naam paard] reeds was aangeboden voor deze hengstenkeuring en toen was afgewezen. Ten onrechte heeft VDL haar daarvan niet op de hoogte gesteld, aldus [eiseres] .
4.3.2.
VDL heeft hiertegen aangevoerd dat zij [eiseres] destijds op de hoogte heeft gesteld van de omstandigheid dat [naam paard] was aangeboden op de KWPN Hengstenkeuring (voorkeuring) en dat [naam paard] toen niet is aangewezen voor de tweede bezichtiging. Volgens VDL heeft [eiseres] toen te kennen gegeven dat zij [naam paard] wilde aanbieden voor de nakeuring, hetgeen zij ook bij de veterinaire keuring van [naam paard] heeft aangegeven. VDL heeft hiertoe gewezen op de verklaringen van [naam eigen ruiter] van 9 maart 2017 en van [naam keuringsdierenarts] (de desbetreffende keuringsdierenarts) van
28 februari 2017.
4.3.3.
De rechtbank overweegt dat uit de verklaring van [naam eigen ruiter] van 9 maart 2017 volgt dat zij mee is geweest naar de keuring van [naam paard] en dat [eiseres] toen gezegd zou hebben dat ze [naam paard]
nogmaals(onderstreping rechtbank) zou aanbieden bij het KWPN. Ook de desbetreffende keuringsdierenarts ( [naam keuringsdierenarts] ) heeft in een verklaring van 28 februari 2017 medegedeeld dat [eiseres] [naam paard]
opnieuwwilde aanbieden bij het KWPN, waaraan hij heeft toegevoegd dat tijdens de keuring ter sprake is geweest dat [naam paard] reeds aanboden was. Omdat [eiseres] heeft nagelaten om (voldoende) op deze verklaringen in te gaan - hetgeen wél op haar weg had gelegen - zal de rechtbank aan haar stelling dat VDL haar er destijds niet van op de hoogte heeft gesteld dat [naam paard] reeds was aangeboden op de KWPN Hengstenkeuring en toen was afgewezen (niet aangewezen voor de tweede bezichtiging) als onvoldoende onderbouwd voorbij gaan. Daarmee heeft [eiseres] onvoldoende onderbouwd waarom er grond zou zijn om de koopovereenkomst buitengerechtelijk of in rechte te vernietigen, zodat de daartoe strekkende vorderingen zullen worden afgewezen.
4.4.
[eiseres] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van VDL worden vastgesteld op:
- griffierecht € 1.924,00
- salaris advocaat
€ 1.788,00(2 punten × tarief € 894,00)
Totaal € 3.712,00.

5.De beslissing

De rechtbank
5.1.
wijst de vorderingen af,
5.2.
veroordeelt [eiseres] in de proceskosten, aan de zijde van VDL tot op heden vastgesteld op € 3.712,00,
5.3.
verklaart dit vonnis wat betreft de kostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. E.Th.M. Zwart-Sneek en in het openbaar uitgesproken op 9 augustus 2017. [1]

Voetnoten

1.82.