ECLI:NL:RBNNE:2017:3211
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens te late indiening en bewijs van verzending van besluit
In deze zaak hebben de erven van eisers beroep ingesteld tegen de beslissing op bezwaar van de Belastingdienst/Toeslagen inzake zorgtoeslag 2009. Het beroepschrift is op 2 februari 2017 op de post gedaan, maar pas op 6 februari 2017 door de rechtbank ontvangen. De rechtbank heeft vastgesteld dat de termijn voor het indienen van het beroepschrift op 25 mei 2011 eindigde, waardoor het beroep bijna zes jaar te laat is ingediend. De rechtbank heeft eisers in de gelegenheid gesteld om de reden van de termijnoverschrijding toe te lichten, waarop eisers op 26 februari 2017 hebben gereageerd.
De Belastingdienst heeft op 3 mei 2017 gereageerd op een verzoek van de rechtbank om de verzendregistratie van het besluit van 13 april 2011 te overleggen. Tijdens de zitting op 20 juni 2017 was de Belastingdienst niet aanwezig, maar eisers waren vertegenwoordigd door hun gemachtigde. De rechtbank heeft overwogen dat de termijn voor het indienen van een beroepschrift op grond van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) zes weken bedraagt en dat deze termijn begint op de dag na de bekendmaking van het besluit. De rechtbank heeft vastgesteld dat het bestreden besluit op 13 april 2011 is verzonden en dat de eisers niet aannemelijk hebben gemaakt dat zij het besluit pas op 2 januari 2017 hebben ontvangen.
De rechtbank concludeert dat de Belastingdienst voldoende aannemelijk heeft gemaakt dat het besluit op de juiste wijze is verzonden en dat eisers de ontvangst van het besluit niet op een geloofwaardige wijze hebben betwist. Daarom verklaart de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar uitgesproken op 11 juli 2017 door mr. H.J. Bastin, rechter, in aanwezigheid van A.J. Kinds, griffier.