ECLI:NL:RBNNE:2017:5296
Rechtbank Noord-Nederland
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Niet-ontvankelijkheid van beroep wegens niet betalen griffierecht in bestuursrechtelijke zaak
In deze zaak heeft eiser op 13 augustus 2017 beroep ingesteld tegen de uitspraak op bezwaar van de inspecteur van de Belastingdienst, welke uitspraak dateert van 1 augustus 2017 en betrekking heeft op de aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen over het jaar 2012. Het zaaknummer is LEE 17/2907 en de zitting vond plaats in Groningen. De rechtbank heeft op basis van artikel 8:54 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) uitspraak gedaan zonder zitting.
De rechtbank heeft overwogen dat iemand die beroep instelt, op grond van artikel 8:41, eerste lid, van de Awb griffierecht moet betalen. In deze zaak was het griffierecht vastgesteld op € 46,00. De griffier heeft eiser bij brief van 23 augustus 2017 gewezen op de verplichting tot betaling van het griffierecht en hem meegedeeld dat dit binnen vier weken moest worden voldaan. Vervolgens heeft de griffier eiser bij aangetekende brief van 21 september 2017 nogmaals in de gelegenheid gesteld om het griffierecht te betalen binnen vier weken na dagtekening van die brief.
Echter, het griffierecht is niet tijdig betaald. De rechtbank heeft daarom geoordeeld dat het beroep kennelijk niet-ontvankelijk is, zoals bepaald in artikel 8:41, zesde lid, van de Awb. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan door mr. M. van den Bosch, rechter, en is openbaar uitgesproken op 7 november 2017. Tegen deze uitspraak kan binnen zes weken na de dag van verzending verzet worden gedaan bij de rechtbank.