Op 27 september 2018 heeft de Rechtbank Noord-Nederland uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van poging tot doodslag, bedreiging en mishandeling. De rechtbank sprak de verdachte vrij van de poging tot doodslag en de bedreiging, omdat de belastende getuigenverklaringen onvoldoende betrouwbaar werden geacht. De rechtbank oordeelde dat de verklaringen van de getuigen inconsistent waren en dat er geen ander bewijs was dat de betrokkenheid van de verdachte bij deze feiten kon aantonen. De rechtbank concludeerde dat er onvoldoende bewijs was om de verdachte te veroordelen voor deze ernstige beschuldigingen.
Echter, de rechtbank vond de verdachte wel schuldig aan twee mishandelingen. De feiten vonden plaats op verschillende data in 2015 en 2016, waarbij de verdachte meerdere keren geweld had gebruikt tegen verschillende slachtoffers. De rechtbank legde een taakstraf op van 80 uren op, met de waarschuwing dat bij niet-nakoming vervangende hechtenis van 40 dagen zou worden toegepast. De rechtbank hield rekening met de impact van de mishandelingen op de slachtoffers en de eerdere veroordelingen van de verdachte voor soortgelijke feiten. De benadeelde partij in de zaak van poging tot doodslag werd niet-ontvankelijk verklaard in zijn vordering, omdat het feit niet bewezen was verklaard.