ECLI:NL:RBNNE:2018:5024
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Ontslag van rechtsvervolging wegens ontoerekeningsvatbaarheid na poging tot afpersing met geweld
In deze zaak heeft de Rechtbank Noord-Nederland op 20 november 2018 uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van poging tot afpersing. De verdachte heeft op 12 juli 2018 in Drachten geprobeerd om medewerkers van een tankstation onder bedreiging van een mes te dwingen geld aan hem af te geven. Tijdens de zitting op 6 november 2018 werd vastgesteld dat de verdachte lijdt aan een ernstige verstandelijke beperking, wat zijn toerekeningsvatbaarheid beïnvloedt. De officier van justitie eiste vrijspraak voor het primair ten laste gelegde en veroordeling voor het subsidiair ten laste gelegde. De verdediging steunde dit standpunt. De rechtbank oordeelde dat de verdachte niet in staat was om zijn wil in vrijheid te bepalen door zijn psychische problematiek. Daarom werd de verdachte ontslagen van alle rechtsvervolging, omdat het bewezen verklaarde niet aan hem kon worden toegerekend. De rechtbank volgde de adviezen van deskundigen en concludeerde dat er geen strafmaatregel opgelegd hoefde te worden, gezien de omstandigheden van de verdachte en de zorg die hij ontvangt van zijn pleegouders. De rechtbank heeft de verdachte vrijgesproken van het primair ten laste gelegde en het subsidiair ten laste gelegde bewezen verklaard, maar hem niet strafbaar geacht. Het geschorste bevel tot voorlopige hechtenis werd opgeheven.