Op vrijdag 27 oktober 2017 hoorde een bevoegd zedenrechercheur en gecertificeerd studioverhoor in de kindvriendelijke studio een persoon genaamd: [slachtoffer] , geboren op [geboortedatum] 2012. Van dit verhoor werden audiovisuele opnamen gemaakt. Onderstaande betreft een uitwerking van het verhoor.
Verbalisant: Je kwam vandaag om met mij de praten [slachtoffer] , en wat kwam jij mij vertellen?
[slachtoffer] : Dat pappa dingen deed met mijn kut.
Verbalisant: Vertel daar eens alles over.
[slachtoffer] : Pappa likt aan mijn kut en dat mocht ik niet zeggen. En hij wrijft aan mijn kut.
Verbalisant: Hoe vaak is dat geweest? Dat pappa aan jouw kut likte?
[slachtoffer] : 15.
Verbalisant: 15, en waar was dat? Dat pappa aan jouw kut likte.
[slachtoffer] : Natuurlijk in mijn bed.
[slachtoffer] : En niemand mocht het ook weten.
Verbalisant: Van wie mocht niemand het weten?
[slachtoffer] : Van pappa.
Verbalisant: Maar was dit dan in waar je nu woont? Of was het dan in het huis wat in brand was?
[slachtoffer] : Waar ik nu woon
(de rechtbank begrijpt: in de vakantiewoning te [pleegplaats] ).
Verbalisant: Wie waren er allemaal bij als pappa aan je kut likte?
[slachtoffer] : Niemand, alleen ikke. En pappa.
Verbalisant: Oké, en waar deed die dat mee?
[slachtoffer] : Met zijn tong natuurlijk!
Verbalisant: En jij zei net van ‘pappa zit aan mijn kut en pappa likt aan mijn kut’, wat bedoel je met ‘pappa zit aan mijn kut’?
[slachtoffer] : Met zijn handen heen en weer wrijven. Of met zijn vinger erin.
Verbalisant: En waar gebeurde dat dan? Als pappa met zijn vinger heen en weer ging bij jouw kut?
[slachtoffer] : Natuurlijk in mijn bed!
Verbalisant: En wat had je dan aan? Als pappa met zijn vingers bij je kut zat?
[slachtoffer] : Een onderbroek.
Verbalisant: Zat pappa dan over je onderbroek, naast je onderbroek? In je onderbroek?
[slachtoffer] : In mijn onderbroek.
Verbalisant: Ja en waar deed die dat dan mee, in je onderbroek?
[slachtoffer] : Met zijn handen natuurlijk!
Verbalisant: En was het dan met een hand? Of met twee handen?
[slachtoffer] : Eén hand! En met de vinger.
Verbalisant: En wat deed die dan met die vinger?
[slachtoffer] : In mijn kut natuurlijk, gekkie.
Verbalisant: En hoe vaak is dat dan gebeurd? Dat pappa met zijn vinger in jouw kut zit?
[slachtoffer] : 100 keer.
Verbalisant: En wanneer is de laatste keer geweest dat pappa dat met jou deed?
[slachtoffer] : Toen die naar de boot ging.
Verbalisant: En als pappa jouw kut likt, en je zei net, dat deed die met zijn tong, wat doet die dan precies met zijn tong?
[slachtoffer] : Uh heen en weer.
Verbalisant: Heen en weer, en waar gaat die dan heen en weer? Waaroverheen?
[slachtoffer] : In mijn kut.
Verbalisant: In je kut, is dat dan in je kut? Of naast je kut? Of op je kut? Of anders? Als die likt?
[slachtoffer] : Weet ik niet.
Verbalisant: Dat weet je niet. Oké. En wat deed die dan het vaakste? Likken aan je kut of met de vinger in je kut?
[slachtoffer] : Alle twee.
Verbalisant: Alle twee oké. Nou heb je dingen verteld die pappa bij jou deed, hè? Vinger in de kut en likken aan de kut. [slachtoffer] ? Zijn er ook dingen gebeurd die jij bij pappa deed?
[slachtoffer] : Hmmm alleen zijn piemel wassen.
Verbalisant: Waar waren jullie dan als je die piemel ging wassen?
[slachtoffer] : Natuurlijk in bad!
Verbalisant: En waarmee ging je pappa’s piemel wassen?
[slachtoffer] : Meet zeep natuurlijk gekkie! En water.
Verbalisant: En hoe gaat dat dan? Als je pappa’s piemel wast, hoe doe je dat dan?
[slachtoffer] : Met mijn hand.
Verbalisant: Wie zijn idee was dat? Om pappa zijn piemel te wassen?
[slachtoffer] : Mijne.
Verbalisant: Jouwe? Wat zei je dan?
[slachtoffer] : Niets.
Verbalisant: Maar hoe kwam dat dan? Dat je dat ging doen?
[slachtoffer] : Omdat pappa dat lekker vond.
Verbalisant: Hoe weet je dat? Dat pappa dat lekker vond?
[slachtoffer] : Omdat ik dat altijd mocht doen.
Verbalisant: Hoe vaak heb je dat gedaan dan?
[slachtoffer] : Vijf, zoveel als ik ben.
Verbalisant: Als je pappa zijn piemel waste, je zegt dat was in bad. Wie waren daar allemaal bij?
[slachtoffer] : Ik, ik alleen.
Verbalisant: En in welk huis was dat? Dat je pappa’s piemel waste?
[slachtoffer] : Nieuwe
(de rechtbank begrijpt: in de vakantiewoning te [pleegplaats] ).