ECLI:NL:RBNNE:2019:1590

Rechtbank Noord-Nederland

Datum uitspraak
16 april 2019
Publicatiedatum
17 april 2019
Zaaknummer
18/930105-18
Instantie
Rechtbank Noord-Nederland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vrijspraak van verdachte in zaak van mishandeling en wederrechtelijke vrijheidsberoving

Op 16 april 2019 heeft de rechtbank Noord-Nederland, locatie Assen, uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, die werd beschuldigd van mishandeling en wederrechtelijke vrijheidsberoving. De zaak was aanhangig gemaakt door het openbaar ministerie, dat vertegenwoordigd was door mr. H.J. Mous. De verdachte, geboren in 1999, was aanwezig in de rechtszaal en werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. B. Hartman, die waarnam voor mr. R.C. Fransen. Tijdens de zitting op 2 april 2019 werd het bewijs tegen de verdachte besproken. De tenlastelegging omvatte ernstige beschuldigingen, waaronder het openlijk plegen van geweld tegen een slachtoffer en het dreigen met een mes.

De officier van justitie heeft vrijspraak gevorderd van alle ten laste gelegde feiten, en de verdediging heeft dit standpunt ondersteund. De rechtbank heeft de zaak zorgvuldig beoordeeld en kwam tot de conclusie dat niet wettig en overtuigend bewezen kon worden dat de verdachte een juridisch relevante bijdrage had geleverd aan de beschuldigingen. Hierdoor heeft de rechtbank besloten om de verdachte vrij te spreken van de hem ten laste gelegde feiten. De uitspraak werd gedaan door de meervoudige kamer van de rechtbank, waarbij mr. H.H.A. Fransen als voorzitter fungeerde, samen met mr. B.I. Klaassens en mr. C. Brouwer. De griffier, mr. D.M.A. Jansen, was ook aanwezig bij de uitspraak.

Uitspraak

RECHTBANK NOORD-NEDERLAND

Afdeling strafrecht
Locatie Assen
parketnummer 18/930105-18
Vonnis van de meervoudige kamer voor de behandeling van strafzaken d.d. 16 april 2019 in de zaak van het openbaar ministerie tegen de verdachte

[verdachte] ,

geboren op [geboortedatum] 1999 te [geboorteplaats] ,
wonende te [straatnaam] , [woonplaats] .
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek ter terechtzitting van 02 april 2019.
Verdachte is verschenen, bijgestaan door mr. B. Hartman advocaat te Amsterdam welke waarneemt voor mr. R.C. Fransen.
Het openbaar ministerie is ter terechtzitting vertegenwoordigd door mr. H.J. Mous.

Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
1.
hij op of omstreeks 16 november 2017 in de gemeente Emmen en/of elders in Nederland tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, opzettelijk [slachtoffer] wederrechtelijk van de vrijheid heeft beroofd en/of beroofd heeft gehouden, een en ander hierin bestaande dat verdachte en/of zijn mededader(s) - een portier van de auto waarin die [slachtoffer] zat hebben/heeft opengetrokken en/of die [slachtoffer] hebben/heeft bevolen uit die auto te stappen en/of (daarbij) aan die [slachtoffer] een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, hebben/heeft getoond en/of - die [slachtoffer] tegen een auto hebben/heeft gedrukt en/of - dreigend die [slachtoffer] dat mes/voorwerp op/tegen/dichtbij de keel/hals hebben/heeft gezet/gehouden en/of - die [slachtoffer] een kopstoot tegen het hoofd hebben/heeft gegeven en/of - die [slachtoffer] hebben/heeft bevolen in de door verdachte en/of (een van) zijn mededader(s) bestuurde auto plaats te nemen en/of - met die [slachtoffer] in de auto zijn/is weggereden en/of - (later) die [slachtoffer] hebben/heeft bevolen uit te stappen en/of - die [slachtoffer] hebben/heeft gestompt en/of geslagen en/of - die [slachtoffer] , nadat deze tegen de grond was gegaan, hebben/heeft bevolen op te staan en/of - dreigend met dat mes/voorwerp voor die [slachtoffer] zijn/is gaan staan en/of - die [slachtoffer] hebben/heeft bevolen in die door verdachte en/of (een van) zijn mededader(s) bestuurde auto plaats te nemen en/of - dreigend tegen die [slachtoffer] hebben/heeft gezegd dat deze een groot probleem zou hebben als verdachte en/of (een of meer van) zijn mededader(s) daarvoor opgepakt zou(den) worden en/of - (opnieuw) met die [slachtoffer] in de auto zijn/is weggereden en/of - (later) bij die [slachtoffer] in diens eigen auto is gestapt en met die [slachtoffer] is meegereden;
2.
hij op of omstreeks 16 november 2017 in de gemeente Emmen en/of elders in Nederland meermalen, althans eenmaal (telkens) openlijk, te weten op of aan een openbare weg en/of op een voor het publiek toegankelijke plaats, in vereniging geweld heeft gepleegd tegen [slachtoffer] , (telkens) hierin bestaande dat verdachte en/of zijn mededader(s) - die [slachtoffer] een kopstoot hebben/heeft gegeven en/of - die [slachtoffer] een mes, althans een scherp en/of puntig voorwerp, op/tegen/dichtbij de keel/hals hebben/heeft gezet/gehouden en/of - die [slachtoffer] hebben/heeft gestompt en/of geslagen, terwijl dit door hem gepleegde geweld enig lichamelijk letsel voor die [slachtoffer] ten gevolge heeft gehad;
althans, indien ter zake van het vorenstaande geen veroordeling mocht volgen, dat
hij op of omstreeks 16 november 2017 in de gemeente Emmen en/of elders in Nederland meermalen, althans eenmaal, (telkens) tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen, (telkens) met voorbedachten rade [slachtoffer] heeft mishandeld (telkens) door na kalm beraad en rustig overleg die [slachtoffer] - een kopstoot te geven en/of - te stompen en/of te slaan.

Beoordeling van het bewijs

Standpunten van de officier van justitie en de verdediging
De officier van justitie heeft vrijspraak gevorderd van al het ten laste gelegde. Ook de raadsman heeft algehele vrijspraak bepleit.
Oordeel van de rechtbank
De rechtbank acht het onder 1, 2 primair en subsidiair ten laste gelegde niet wettig en overtuigend bewezen, nu niet is komen vast te staan dat verdachte een juridisch relevante bijdrage heeft geleverd aan het ten laste gelegde. Verdachte zal daarom hiervan worden vrijgesproken.

Uitspraak

De rechtbank

Verklaart niet bewezen hetgeen verdachte onder 1, 2 primair en subsidiair is ten laste gelegd en spreekt verdachte daarvan vrij.
Dit vonnis is gewezen door mr H.H.A. Fransen, voorzitter, mr. B.I. Klaassens en mr. C. Brouwer, rechters, bijgestaan door mr. D.M.A. Jansen, griffier, en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank op 16 april 2019.
Mr. C. Brouwer is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.