Op 4 juni 2019 heeft de Rechtbank Noord-Nederland in Assen uitspraak gedaan in de strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1987 en thans gedetineerd in PI Leeuwarden. De zaak betreft een veroordeling voor het dealen en in bezit hebben van verschillende soorten drugs, waaronder heroïne, cocaïne, MDMA, methadon, hasjiesj en hennep. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte gedurende een periode van 29 maart 2018 tot en met 26 november 2018 in Hoogeveen en elders in Nederland, opzettelijk heeft gehandeld in deze verdovende middelen. De verdachte is op 27 november 2018 aangehouden na een doorzoeking van zijn woning, waar aanzienlijke hoeveelheden drugs zijn aangetroffen. Tijdens de zittingen op 13 maart en 21 mei 2019 heeft de verdachte verklaard dat hij drugs verkocht vanuit zijn woning en dat hij ook betrokken was bij de handel in heroïne en cocaïne. De rechtbank heeft op basis van de verzamelde bewijsmiddelen, waaronder verklaringen van medeverdachten en getuigen, de verdachte schuldig bevonden aan de tenlastegelegde feiten. De officier van justitie had een gevangenisstraf van 3 jaar geëist, waarvan 2 jaar voorwaardelijk, en de rechtbank heeft deze eis overgenomen. De rechtbank heeft daarbij rekening gehouden met de verslavingsproblematiek van de verdachte en de noodzaak van behandeling. De verdachte is veroordeeld tot een gevangenisstraf van 3 jaar, waarvan 2 jaar voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden voor reclassering en behandeling van zijn verslaving.