ECLI:NL:RBNNE:2019:4471
Rechtbank Noord-Nederland
- Op tegenspraak
- Rechtspraak.nl
Verlenging van de begunstigingstermijn voor het afvoeren van bodemassen door Van Bentum Recycling Centrale B.V.
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Noord-Nederland op 18 oktober 2019 uitspraak gedaan in een geschil tussen Gedeputeerde Staten van Fryslân en Van Bentum Recycling Centrale B.V. over de afvoer van bodemassen. Gedeputeerde Staten had verzoeksters, Van Bentum Recycling Centrale B.V. en haar vestiging in Heerenveen, opgedragen om voor 30 november 2019 een partij van circa 400.000 ton bodemassen af te voeren, met een dreiging van een dwangsom van € 250.000,- per week bij niet-naleving. Verzoeksters hebben tegen dit besluit bezwaar gemaakt en een verzoek om voorlopige voorziening ingediend, omdat zij van mening zijn dat de begunstigingstermijn te kort is om aan de last te voldoen.
Tijdens de zitting op 8 oktober 2019 hebben verzoeksters toegelicht dat zij al 170.000 ton hebben afgevoerd en dat de afvoer van een partij van 237.000 ton contractueel is vastgelegd. Echter, de resterende 90.000 ton is afhankelijk van de medewerking van de overheid en de recente PAS-uitspraak van de Raad van State, die veel projecten stillegt. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de spoedeisendheid aanwezig is, gezien de naderende deadline van de begunstigingstermijn.
De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat de vraag of de bodemassen als afvalstof gekwalificeerd moeten worden, essentieel is voor de beoordeling van de last. Aangezien deze vraag niet in deze procedure beantwoord kan worden, heeft de voorzieningenrechter besloten om het verzoek van verzoeksters toe te wijzen. De begunstigingstermijn is verlengd tot 1 juli 2020, en de kosten van het griffierecht en proceskosten zijn aan verzoeksters vergoed.